Bestrijd de ideologie die onze waarden bedreigt

Bari Weiss
Bari Weiss

Dit artikel van Bari Weiss, voormalig opinieredacteur van de New York Times, verscheen oorspronkelijk in het Engels in Tablet Magazine (tabletmag.com), en verschijnt hier met toestemming in vertaling.

Kun je dat geloven…? Er is misschien geen vraag die dit jaar vaker is gesteld. De meest recente grote verontwaardiging in de joodse gemeenschap kwam op de sabbat voor Jom Kippoer – de heiligste dag van de joodse kalender – toen veel Amerikaanse joden stomverbaasd leken door wat voor mij voorspelbaar nieuws was: Alexandria Ocasio-Cortez, progressieve superster, had zich teruggetrokken van deelname aan een evenement ter ere van Yitzhak Rabin, de Israëlische premier die werd vermoord vanwege zijn pogingen om vrede te sluiten met de Palestijnen. Rabin was, zoals Bill Clinton zei op zijn begrafenis, ‘een martelaar voor de vrede van zijn land’.

Misschien wist ze niet wie Rabin was?

Veel joden waren in shock. Als Rabin, symbool van het progressieve zionisme, al buiten de orde is, welke Israëliërs zijn dan wel acceptabel? Hoe zit het dan met de 95% van de joden die de joodse staat steunen? Waarom zou het Congreslid uit de Bronx – die de politieke partij vertegenwoordigt waaraan meer dan 70% van de Amerikaanse joden consequent trouw zijn gebleven – zoiets kunnen doen?

Omdat ze eerder heeft toegegeven dat ze ‘geen geopolitiek expert in deze kwestie is’ wist ze misschien niet wie Rabin was? Dat moest het zijn. Of misschien was het de schuld van de joodse gemeenschap: Als ze maar was voorgesteld aan de columnisten uit de Haaretz-stal was ze vast wel langsgekomen. Zei AOC tenslotte niet dat ze van sefardische afkomst was? Realiseerde ze zich niet dat Mandy Patinkin—Mandy Patinkin! Ambassadeur van het International Rescue Committee! —het evenement leidde? Ze moet dat niet begrepen hebben. Er bestond vast verwarring over. Misverstanden.

Gewiekst

Maar het was niet AOC die in de war was. De gewiekste politica had begrepen wie er zouden zijn en gaf een glashelder signaal af wie er bij de nieuwe progressieve coalitie hoort en wie niet. De verwarring bestaat bij de Amerikaanse joden die denken dat ze, door zich te onderwerpen aan voortdurend veranderende loyaliteitstesten, op de een of andere manier de oude status quo en hun plaats daarin kunnen behouden.

Heeft u gezien dat de Ethical Culture Fieldston School een spreker uitnodigde die Israëliërs gelijkstelde aan nazi’s? Wist u dat Brearley nu aan gezinnen vraagt om een verklaring te schrijven waarin ze hun steun aan ‘anti-racisme’ betuigen? Zag u dat Chelsea Handler een clip van Louis Farrakhan tweette? Zag u dat demonstranten een synagoge in Kenosha bekladden met ‘Free Palestine’-graffiti? Hoorde u over de demonstratie in Washington D.C. waar ze zongen ‘Israël, we kennen je, jij vermoordt ook kinderen’? Hoorde u dat de Biden-verkiezingscampagne excuses aanbood aan Linda Sarsour na haar eerst te hebben veroordeeld? Zag u dat Twitter de club van Bret Weinstein schorste maar nog steeds toestaat dat de Iraanse ayatollah openlijk oproept tot genocide van het joodse volk? Zag u dat burgemeester Bill de Blasio ‘de joodse gemeenschap’ tot zondebok maakte voor de verspreiding van Covid in New York, en tegelijk massaprotesten verdedigde omdat dit een ‘historisch moment van verandering’ is?

Verward

Luister, het is een vreselijk jaar geweest. We hebben allemaal veel aan ons hoofd; vaak is het zenuwslopend, soms verschrikkelijk. Daar komt bij dat veel van deze verhalen alleen aan de oppervlakte komen op plekken als Twitter; ze halen niet de pagina’s van The New York Times of het Facebook-account van je vrienden, waar tegenwoordig de meeste Amerikanen hun nieuws vandaan halen. Verslaggevers brengen deze verhalen niet adequaat, door ze in de context te plaatsen, lezers te vertellen welke waar zijn en welke niet, welke ertoe doen en welke niet.

Het is dus niet zo gek dat veel slimme, goedbedoelende mensen verward zijn. Of liever: Op zoek zijn naar iemand om uit te leggen waarom een opkomende beweging die voorgeeft de idealen te bevorderen die zij altijd gesteund hebben – eerlijkheid, gerechtigheid, het rechtzetten van historisch onrecht – het gevoel geeft dat ze het tegendeel doet.

Een nieuw gevaar

Ook is er de the X factor van Donald Trump, die moeilijk te overschatten is. Een begrijpelijke vijandigheid ten aanzien van hem heeft veel joden belet het probleem aan de andere kant te zien. Om ook maar een moment weg te kijken van de obsceniteit in het Witte Huis zien velen als onverantwoordelijk of irrelevent.

Met de meeste Amerikaanse joden deel ik de walging voor Trump en het trumpisme, dat schijnheiligheid en wreedheid heeft genormaliseerd op manieren die de Amerikaanse samenleving hebben verminkt. Die waarheid doet niet af aan een andere: Er is een ander gevaar, en dit komt van links. En anders dan Trump heeft dit culturele dominantie verworven en de elites en machtigste instituten van Amerika veroverd.

In geval van een Biden-overwinning is het moeilijk voorstelbaar dat het weerstand ontmoet. Laat me daarom mijn oogmerk glashelder maken: Ik wil alarm slaan. Ik wil zeggen: Wees niet langer geshockeerd. Zeg niet langer: Kun je dit geloven? Het is tijd om de realiteit te aanvaarden als we enige hoop willen houden om haar beter te maken.

Het individu boven de groep of stam

Om de enorme omvang van de verandering waar we nu doorheen gaan te begrijpen, moeten we Amerika even zien zoals de overgrote meerderheid van de Amerikaanse joden dacht dat het was – en zoals we altijd dachten dat het zou blijven.

Het was liberaal.

Niet liberaal in de enge, partijpolitieke betekenis, maar liberaal in de meest ruime en typisch Amerikaanse betekenis van het woord: de overtuiging dat iedereen gelijk is omdat iedereen geschapen is naar het beeld van God. Het geloof in de heiligheid van het individu boven de groep of de stam. Het geloof dat de rechtsstaat – en gelijkheid voor de wet – de grondslag vormt van een vrije samenleving. Het geloof dat een eerlijk proces en de aanname dat iemand onschuldig is tot zijn schuld bewezen is, goed zijn, en dat groepsgeweld slecht is. Het geloof dat pluralisme een bron van kraccht is; dat tolerantie een reden tot trots is; en dat de vrijheid van denken, geloven en spreken het fundament van de democratie is.

Het liberale wereldbeeld erkende dat er dingen in het leven zijn – de belangrijkste dingen – die buiten het gebied van de politiek liggen: vriendschappen, kunst, muziek, familie, liefde. Dit was een wereld waarin Antonin Scalia en Ruth Bader Ginsburg hechte vrienden konden zijn. Omdat, zoals Scalia eens zei, sommige dingen belangrijker zijn dan stemmen.

Cruciaal is dat dit liberalisme gebaseerd is op de opvatting dat de Verlichtingsinstrumenten van rede en wetenschappelijke methode dan wel ontworpen mogen zijn door dode witte mannen, maar dat zij aan iedereen toebehoren en het beste gereedschap zijn voor de menselijke vooruitgang dat ooit gemaakt is.

Martin Luther King

Racisme was slecht omdat het in tegenspraak was met de fundamenten van dit wereldbeeld, aangezien het mensen niet beoordeelde op grond van hun karakter maar van hun huidskleur. En hoewel de grondleggers van Amerika onmiskenbaar schuldig waren aan hypocrisie stond hun eigen morele falen hun transformationele project niet in de weg. De ‘founding documents’ waren niet inherent slecht maar ‘grandioos’, zoals Martin Luther King Jr. zei, omdat zij ‘een belofte (waren) waarvan elke Amerikaan de erfgenaam zou worden’. Met andere woorden: De grondleggers plantten zelf het zaad voor de vernietiging van de slavernij. En onze tweede ‘founding fathers’ — abolitionisten zoals Frederick Douglass — realiseerden dat. Amerika zou nooit perfect zijn, maar we konden altijd streven naar een perfectere unie.

Ik wist niet eens dat dit wereldbeeld een naam had omdat ik het ingegoten kreeg met alles waarmee ik in contact kwam – de opvattingen van mijn ouders, de scholen waar ze me naartoe stuurden, de synagoges waar we naartoe gingen, de tijdschriften en kranten die we lazen, enzovoort.

Een nieuwe ideologie

Ik was een van vele miljoenen Amerikanen die verwend waren met deze idealen. Sinds de Tweede Wereldoorlog is het Amerikaanse intellectuele en culturele leven gemaakt en beschermd door een aantal instituten — universiteiten, kranten, tijdschriften, platenmaatschappijen, beroepsorganisaties, vakbonden, culturele centra, uitgeverijen, Hollywood-studios, denktanks, historische en kunstmusea – die afgestemd waren op deze principes. Als zodanig bezaten zij een ongelofelijke macht – een macht die ons respect afdwong omdat zij de liberale orde in stand hielden.

Dat is niet langer zo. Het Amerikaanse liberalisme ligt onder vuur. Er is een nieuwe ideologie die het wil vervangen.

‘Therapeutisch totalitarisme’

Niemand heeft nog besloten welke naam de macht moet krijgen die het liberalisme wil afzetten. Sommigen zeggen dat het ‘Sociale Rechtvaardigheid’ is. De auteur Rod Dreher heeft het ‘therapeutisch totalitarisme’ genoemd. De schrijver Wesley Yang verwijst ernaar als de ‘opvolger ideologie’ – dat wil zeggen de opvolger van het liberalisme.

Op een gegeven moment zal het een formele naam krijgen, een naam die recht doet aan zijn mengsel van postmodernisme, postkolonialisme, identiteitspolitiek, neomarxisme, kritische rastheorie, intersectionaliteit en therapeurische mentaliteit. Tot dan toe is het aan ieder van ons om het duidelijk onder ogen te zien. We moeten voorbij de hashtags, de slogans en het jargon kijken om het eerlijk te beoordelen – en het vervolgens uit te leggen aan anderen.

Corrupte spelregels

Het uitgangspunt van het nieuwe geloof luidt zo ongeveer als volgt: We zijn in een oorlog waarin de strijdmachten van gerechtigheid en vooruitgang staan opgesteld tegenover de strijdmachten van achterlijkheid en onderdrukking. En in een oorlog moeten de normale spelregels – eerlijke procesgang, politieke compromissen, de aanname van onschuld, vrije meningsuiting, zelfs de rede – worden opgeschort. Om te beginnen zijn die regels zelf immers al corrupt – aangezien ze zijn opgesteld door dode witte mannen om hun eigen macht in stand te houden. ‘Het gereedschap van de meester zal nooit het huis van de meester ontmantelen’, zoals schrijver Audre Lorde zegt. En het huis van de meester moet worden ontmanteld – omdat het in zijn fundamenten verrot is.

Kleurenblindheid is zelf racistisch

Het kloppende hart van deze nieuwe ideologie is de kritische rastheorie. De juriste Angela Harris zegt het beknopt in haar voorwoord van Critical Race Theory: An Introduction:

‘Anders dan het traditionele burgerrechten-discours, dat de nadruk legt op doormodderen en stapsgewijze vooruitgang, stelt de kritische rastheorie de fundamenten van de liberale orde zelf ter discussie, inclusief de gelijkheidstheorie, juridisch denken, Verlichtingsrationalisme en de neutrale principes van het constitutioneel recht.’

De kritische rastheorie zegt dat er niet zoiets als neutraliteit bestaat, zelfs niet in het recht, en dat dat de reden is dat de notie van kleurenblindheid – de Kingiaanse droom om mensen niet te beoordelen naar hun huidskleur maar naar hun karakter – zelf  racistisch moet worden genoemd. Racisme gaat niet langer over individuele discriminatie. Het gaat over systemen die ongelijke uitkomsten tussen raciale groepen toestaan. Als niet iedereen de race in dezelfde tijd uitloopt, moet het parcours wel slecht zijn geweest en dient dat ontmanteld te worden.

Vandaar de pogingen om de SAT af te schaffen, of het toelatingsexamen voor elitaire scholen als Stuyvesant and Lowell —decennialang de motoren van de Amerikaanse meritocratie die het kinderen uit arme gezinnen mogelijk maakte vooruit te komen op grond van hun verdiensten, ongeacht hun ras. Of het recente betoog van de klassieke muziekrecensent van The New York Times om blinde audities voor orkesten af te schaffen.

In feite moet elk kenmerk van het menselijk bestaan dat ongelijke uitkomsten creëert worden uitgewist: Het kerngezin, beleefdheid, zelfs rationaliteit kan worden gedefinieerd als inherent racistisch of als bewijs van blanke heerschappij, zoals een Smithsonian instituut afgelopen zomer beweerde. De KIPP charter schools hebben onlangs de woorden ‘werk hard’ verwijderd uit hun beroemde motto ‘Werk Hard. Wees Aardig’, omdat het idee van hard werken ‘de illusie van meritocratie ondersteunt’.

Denise Young Smith, een van de eerste zwarte mensen in de leiding van Apple, nam ontslag na gezegd te hebben dat huidskleur niet het enige legitieme teken van diversiteit is. Ze is slachtoffer van een ‘diversiteitscultuur’ die, zoals de schrijver Zaid Jilani heeft opgemerkt, zich verspreidt ‘door het hele bedrijfsleven en wordt afgedwongen door een hoogopgeleide activistische klasse’.

We zijn allen racist of antiracist

De machtigste exponent van dit wereldbeeld is Ibram X. Kendi. Zijn boek How to Be an Antiracist staat bovenaan elke bestsellerslijst; zijn foto siert het mannenblad GQ; hij is een van Time’s invloedrijkste mensen van het jaar; en zijn onderzoeksgroep aan Boston University kreeg onlangs 10 miljoen dollar van Twitter-topman Jack Dorsey.

Volgens Kendi zijn we allemaal ofwel racist ofwel antiracist. Om een Goed Mens te zijn en geen Slecht Mens moet je ‘antiracist’ zijn. Neutraliteit bestaat niet, evenmin als ‘niet racist’. Kendi wil die woorden uit het woordenboek schrappen.

Martin Luther King Jr.’s beroemdste toespraak zou niet voldoen aan Kendi’s definitie van antiracisme, evenmin als die waarin Barack Obama zei dat er teveel vaderloze zwarte gezinnen zijn. Bijna alles dat Amerikanen de afgelopen tientallen jaren is geleerd over hoe je een antiracist moet zijn, is volgens de expliciete definitie van Kendi racistisch.

Retorisch briljant

Het is een retorisch briljante strategie. Racisme is de zwaarste zonde in het Amerikaanse leven. Wie zou ooit iets anders willen zijn dan antiracist? En zo presenteren Kendi en zijn ideologische bondgenoten, onder het mom van een rechtvaardig streven naar achterstallige gerechtigheid en gelijke kansen voor Zwarte Amerikanen, de Amerikanen met een zero-sum keuze: conformeer je aan hun wereldbeeld of je bent niet meer te onderscheiden van Richard Spencer en consorten.

En voor het geval morele overreding niet effectief is, heeft Kendi nog iets achter de hand: Gebruik de macht van de federale regering. ‘Om de erfzonde van het racisme te herstellen’, schreef hij in Politico, ‘zouden de Amerikanen een anti-racistisch amendement moeten toevoegen aan hun Grondwet dat twee leidende antiracistische principes vastlegt: Raciale ongelijkheid is het bewijs van racistisch beleid en de verschillende raciale groepen zijn gelijk.’

Om het amendement te ondersteunen stelt hij een Departement van Antiracisme voor. Dit zou het recht krijgen lokale besturen en privébedrijven te onderzoeken en diegenen te straffen ‘die niet vrijwillig hun racistische beleid en ideeën veranderen’. Stel je voor hoe zo’n departement een joodse school zouden bekijken die leert dat de joden God’s uitverkoren volk zijn, laat staan een school die zionisme onderwijst.

Cultureel relativisme

Kendi — die, let wel, nu de oude leerstoel van Elie Wiesel aan de universiteit van Boston bekleedt — gelooft dat ‘antiracist zijn betekent dat je alle culturen in al hun verschillen beschouwt als van hetzelfde niveau, als gelijken’. Hij schrijft: “Wanneer we cultureel verschil zien, zien we cultureel verschil – niets meer en niets minder.’ Het is moeilijk voorstelbaar dat culturen die eermoord op ‘onkuise’ jonge vrouwen vergoeilijken ‘niets meer en niets minder’ dan cultureel anders zijn dan de onze. Maar of hij het nu gelooft of niet, het is duidelijk dat het aanhangen van een dergelijk relativisme een zeer effectief middel is om hogerop te komen en de macht te grijpen.

Het zou vanzelf moeten spreken dat een ideologie die beweert dat er geen betekenisvolle verschillen tussen culturen bestaan voor joden niet alleen belachelijk is – wij hebben een duidelijk onderscheiden geschiedenis, traditie en religie die de bron geweest is van zowel enorme tragedie als grenzeloze geschenken – maar ook, zoals de geschiedenis heeft aangetoond, dodelijk.

Zionisme wordt omgevormd tot kolonialisme

Door gewoon als onszelf te bestaan ondermijnen joden het beeld van een wereld zonder verschil. En dus moeten de dingen om ons heen, die ons anders maken, gedemoniseerd worden zodat ze uitgewist of vernietigd kunnen worden: Zionism wordt omgevormd tot kolonialisme; regeringsambtenaren rechtvaardigen de moord op onschuldige joden in Jersey City; joodse bedrijven mogen worden geplunderd want joden zijn ‘het gezicht van het kapitaal’. Joden worden afgevlakt tot ‘witte mensen’, onze geschiedenis uitgewist, zodat iemand met uitgestreken gezicht kan beweren dat de Holocaust slechts een ‘misdaad van witten tegen witten’ was.

Dit is niet langer een marginale opvatting. Zoals filosoof Peter Boghossian heeft opgemerkt: ‘Deze ideologie is de dominante morele leer aan onze universiteiten en is doorgesijpeld tot in elk facet van het Amerikaanse leven – uitgeverijen, techniek, kunst, theater, kranten, media’, en in toenemende mate het bedrijfsleven. Het heeft de macht niet gegrepen door bevelen van bovenaf, maar door zich van onderaf meester te maken van de zingeving.

Mars door de instituties

Gedurende de afgelopen decennia en de afgelopen jaren steeds sneller heeft een vastbesloten jonge groep mensen bijna alle instituties van het Amerikaanse culturele en intellectuele leven veroverd. In plaats van dat die instituties hen gevormd hebben, hebben zij de instituties hervormd. Je hoeft niet de meerderheid binnen een instituut te hebben om deze opvattingen te propageren. Je hoeft die meerderheid alleen maar te laten zwijgen, bang dat ze door een onbevreesde en fanatieke minderheid wordt belasterd als racisten als ze het lef heeft het er niet mee eens te zijn.

Daarom heeft Californië geprobeerd een curriculum voor etnische studies aanvaard te krijgen waarin joden alleen maar genoemd worden om uit te leggen dat zij, samen met Ierse immigranten, tot de witten worden gerekend.

Daarom lijken degenen die beweren dat ze iets geven om diversiteit en inclusiefheid niets te geven om het diepgewortelde racisme tegen Aziatische Amerikanen aan onderwijsinstellingen als Harvard.

Een zionist is niets minde dan een racist

Daarom werd een jonge joodse vrouw, Rose Ritch, onlangs uit de studentenraad gezet. Zij werd beschuldigd van medeplichtigheid aan racisme omdat, in overeenstemming met de Sovjet-leugen, een zionist niets minder is dan een racist. Haar collega-studenten begonnen een campagne om haar uit haar positie te verjagen met de leus ‘Impeach her Zionist ass’.

Daarom stuurden de Democratische Socialisten van Amerika, het opkomende machtscentrum van de Democratische Partij in New York, een vragenlijst naar kandidaten voor de gemeenteraad van New York waarin ook beloofd moest worden om geen reis naar Israël te maken.

Daarom krijgt Tamika Mallory, een uitgesproken bewonderaarster van Louis Farrakhan, een glamourbehandeling in een fotoshoot voor Vogue.

En daarom vond AOC, de vaandeldrager van nieuw links in Amerika, Yitzhak Rabin politiek niet de moeite waard, maar zong ze een paar dagen later wel de lof van de Black Panthers. Zij is de voorbode van een politieke realiteit waarin joden weinig macht zullen hebben.

Het maakt niet uit hoe progressief je bent, hoe vegan of hoe gay, hoe graag je een universele gezondheidszorg wilt en voorschoolse opvang en een einde aan de drugsoorlog. Als je gelooft in de gerechtvaardigdheid van het bestaan van de joodse staat – sowieso als je gelooft in joods particularisme – maak je jezelf tot vijand van deze beweging.

‘Jood-zijn is racisme’

‘Het valt moeilijk te overschatten hoe verstikkend dit wereldbeeld is specifiek voor joodse collegestudenten’, schreef Blake Flayton, a progressieve joodse student aan George Washington University me onlangs. ‘We passen niet in de ‘onderdrukker’ of ‘onderdrukten’-categorieën. We zijn zowel bevoorrecht als gemarginaliseerd, we worden beschermd door de machtigen en zijn tegelijk het doelwit van dezelfde racistische idioten die ook mensen van kleur aanvallen. De haat die we op de campus ondervinden heeft niets te maken met het Israëlisch-Palestijnse conflict. Die komt doordat joden de anti-racistische ideologie trotseren, gewoon door te bestaan. Het is dus niet zozeer dat zionisme racisme is. Jood-zijn is racisme.’

Laat me u dat uitleggen. Dit gaat niet over zionisme of huisbazen of kapitalisme of AIPAC. We leven in een wereld waarin tegen iedereen wordt gezegd om ofwel aan de kant van de ‘racisten’ ofwel aan de kant van de ‘antiracisten’ te gaan staan. Joden die weigeren uit te wissen wat ons anders maakt zullen steeds vaker als racisten worden bestempeld, vaak met behulp van andere joden die wanhopig graag geaccepteerd willen worden door de cool kids

Leiders zien gevaar niet

Als u, nu het slot van dit essay nadert, zich afvraagt waarom dit niet eerder aan de orde is gekomen, is het antwoord dat we opnieuw op een moment van de joodse geschiedenis zijn beland van grote urgentie, waarin de leiders, met zeldzame uitzonderingen, het gevaar niet tegemoet zullen treden.

Ik begrijp waarom mensen hier blind voor zijn geweest. Het leven is een halve eeuw lang goed – uitzonderlijk goed – geweest voor Amerikaanse joden. Veel oudere leiders van de joodse gemeenschap ontbreekt het aan het morele voorstellingsvermogen om deze dreiging te zien. Ook is het voor iedereen moeilijk om de woorden ‘Ze zijn gewoon niet zo in je geïnteresseerd’ te begrijpen.

‘Wat kan er fout gaan?’

Als ik dit probeer te bespreken met joden in leiderschapsposities dan krijg ik of een boomerachtige reactie – in de zin van dat de wereld altijd zal zijn zoals ze voor hen was – of uitgesproken verzet. ‘Oh alsjeblieft, wokeness is alleen maar belangrijk in heel kleine kring op Twitter.’Als je dan uitlegt dat dat niet zo is en dat deze ideologie universiteiten, uitgeverijen, media en musea heeft overgenomen en nu hard op weg is dat te doen met het bedrijfsleven, kom je een nieuw struikelblok tegen: ‘Maar is dit niet gewoon het rechtzetten van enkele historische onrechtvaardigheden? Wat kan er fout gaan?’Dan moet je uitleggen dat wat er fout kan gaan – en wat er nu al fout gaat – het ruïneren is van het leven van gewone, goede mensen, en hoe meer instituties en bedrijven er het slachtoffer van worden, hoe meer levens het zal ruïneren.

De dominostenen vallen hard en snel. En zo krijg je rabbijnen die betogen dat joden niet zouden moeten claimen dat ze horen bij Israël. Of een organisatie die als doel heeft antisemitisme te bestrijden maar zich op één lijn stelt met Al Sharpton. Of een heethoofd in de stad met de grootste joodse populatie van het land wiens gemeenteinstellingen zich drukker maken om het dekking geven aan politici dan om de fysieke veiligheid van joden te verzekeren.

Twee maanden geleden deed ik mee aan een Zoom-bijeenkomst die werd bijgewoond door enkele belangrijke joodse filantropen. Na een kort praatje over mijn ervaringen bij The New York Times, merkte ik op dat als ze wilden begrijpen wat er met mij gebeurd was, ze de macht moesten beseffen van dat nieuwe, nog naamloze geloof dat de krant had gekaapt en nog veel meer instituties die essentieel zijn voor het Amerikaanse leven. Over wat er toen gebeurde ben ik sindsdien steeds blijven nadenken.

Een van de financiers van de bijeenkomst ging hard tegen me in,  vertelde dat het werk van Ibram X. Kendi van vitaal belang was en schilderde mij af als een reactionair omdat ik me keerde tegen een modieuze ideologie. Omdat dit een vooraanstaande persoon is en machtig genoeg om signalen af te geven die anderen in de joodse wereld volgen, zette dit commentaar mij buitenspel, terwijl bijna alle anderen er geheel overdonderd het zwijgen toe deden. 

Van deze mensen kun je nog het kwaadst worden. Ze hebben de financiële mogelijkheden om zich te keren tegen deze ideologie, maar willen dolgraag hip worden gevonden; opdat hun kinderen hun plek op de juiste scholen houden; opdat ze aan de juiste tafels kunnen zitten tegen de juiste beloning; opdat ze worden geëerd aan Brown of Harvard; opdat hun zaken goed genoeg gaan om hun huis in Aspen of East Hampton te kunnen verbouwen. Omdat ze koste wat kost bij de juiste mensen in aanzien willen blijven zijn ze bereid hun ogen te sluiten voor wat er voor de rest van ons op komst is.

Twee fronten

Jonge joden die de omvang van dit probleem beseffen en het willen bestrijden staan tegenover twee fronten: hun ideologische vijanden en de leiders van hun eigen gemeenschap. Maar onder deze groep – mensen zonder sociaal of politiek kapitaal te verliezen, sommigen nog niet eens afgestudeerd – vind ik de zieners van onze gemeenschap.

De dynamiek doet me denken aan die waarmee Theodor Herzl geconfronteerd werd: Het establishment van zijn gemeenschap was sterk gekeerd tegen zijn zionistisch project. Het waren de armere, jongere joden – vooral die uit Rusland – die het eerst de noodzaak zagen van het levensreddende zionisme.

Decadent

Financiers en gemeenschapsleiders die over elkaar heen buitelen om bondgenootschappen te sluiten met modieuze activisten en ideeën leven een decadent, verwend leven dat deze jonge trotse joden zich niet kunnen veroorloven. Ze leven ver weg van het geweld dat joden treft op plaatsen als Crown Heights en Borough Park. Als het in een stad misgaat, kunnen ze hun toevlucht zoeken in hun tweede huis. Het kan voor de rijken zonder gevolgen zijn om te flirten met een ideologie die voorstelt de politie, het traditionele gezin of het kapitalisme af te schaffen. Maar voor de meeste joden en de meeste Amerikanen heeft het verliezen van die ideeën een hoge prijs.

Oorlog tegen eeuwige waarden

Amerika is niet volmaakt. De problemen die de afgelopen jaren aan de oppervlakte zijn gekomen hebben mijn opvattingen zwaarder dan ooit tevoren op de proef gesteld. Maar de ideeën waar dit land op gebaseerd is zijn echt uitzonderlijk en onze verdediging meer dan waard. Ze worden belaagd door het trumpisme, maar ook door degenen die denken dat de oplossing voor onze problemen ligt in een obsessie met ras; door te suggereren dat sommige Amerikanen van geboorte beter of slechter zijn dan andere; en door af te breken in plaats van te vernieuwen. Dat leiders en filantropen die belast zijn met het beschermen en koesteren van onze gemeenschap dergelijke nihilistische en anti-Amerikaanse ideeën omarmen en eraan meewerken is een schandaal.

Het is geen toeval dat joden floreerden in een wereld waarin het  liberalisme overheersend was. Het idee dat we elke persoon moeten beoordelen op zijn/haar daden, en niet op zijn/haar positie of afkomst; dat mensen een eigen verantwoordelijkheid hebben – dit zijn revolutionaire ideeën die in wezen joods zijn. We moeten nooit geschokt zijn dat een ideologie die oorlog voert tegen deze juiste en eeuwige waarden onvermijdelijk oorlog tegen ons zal voeren.

Vertaling Chris Rutenfrans