Biomassa blijft nog wel tien jaar de grootste subsidieslurper

de-purmer-1024x1024
Gemeentelijke biomassacentrale in Purmerend

Ondanks alle kritiek op biomassa, is de staat via de SDE+ regeling al zoveel verplichtingen aangegaan, dat biomassa tot 2030 de grootste subsidieslurper voor hernieuwbare energie zal blijven. En de opvolger, SDE++, accepteert vanaf dit jaar toch weer subsidieaanvragen voor het verstoken van biomassa.

Het verstoken van hout is ooit, in een vlaag van naïviteit – als dat het was – door de Europese Unie CO2-neutraal verklaard: op de plek van een omgehakte boom kan weer een nieuwe boom groeien, zo is het idee, waarbij die net zo veel CO2 uit de lucht opneemt als is vrijgekomen bij het verbranden van de vorige boom.

Kansloze pijler

Anno 2020 is wel duidelijk dat die vlieger zelden op gaat. Het kan in de praktijk een eeuw of langer duren eer de CO2-schuld van een verstookte boom volledig is ingelost. Bovendien stoot hout per opgewekte kilowattuur méér CO2 uit dan kolen, en veel meer dan gas. En ook het arbeidsintensieve oogsten en transporteren van biomassa stoot extra CO2 uit. Hoewel duurzame biomassastook in zeer beperkte mate wel mogelijk is, kan het nooit een van de pijlers onder de Nederlandse energievoorziening worden.

Niettemin is biomassa een hoeksteen van het Nederlandse subsidiestelsel voor duurzame energie, de SDE+ (Stimuleringsregeling Duurzame Energietransitie). De SDE+ keert een subsidiebedrag uit per opgewekte kilowattuur elektriciteit (of gigajoule warmte). Dit bedrag compenseert in theorie het verschil tussen de goedkoopste manier om die kilowattuur te produceren (met kolen of gas), en de werkelijke kosten. Per goedgekeurd project geldt die subsidie voor het verwachte aantal geproduceerde kilowatturen over een periode van 12 of 15 jaar.  

Er gaat niet minder, maar juist meer subsidie naar houtstook

Elk jaar waren er voor de SDE+, en zijn voorloper MEP, meerdere indieningsrondes, en met elk goedgekeurd project legde de staat zich dus voor 12 à 15 jaar vast om jaarlijks subsidie uit te keren. 

Sinds 2010 is zo 9,8 miljard euro uitgekeerd aan ‘duurzame’ energieproducenten. Na windenergie was biomassa de grootste ontvanger, met bijna drie miljard euro.

De massale kritiek op biomassa, waar dit jaar ook een groot deel van de milieubeweging in mee ging, kan aan bestaande SDE+- verplichtingen niets veranderen, die zijn juridisch afdwingbaar. En die dwingen de staat om steeds meer subsidie aan biomassa-projecten uit te keren, waardoor het in de periode tot 2030 zelfs de grootste slokop wordt, met in totaal een aanspraak van bijna 18 miljard euro.

Die verplichtingen lopen zelfs door tot ruim na 2030. Want als een project in 2019 is goedgekeurd, heeft de aanvrager nog vier jaar om het te bouwen, waarna die vanaf 2023 tot 2038 de afgesproken subsidie incasseert.

Het totaal van 18 miljard euro kan alleen lager uitvallen als geplande projecten worden afgeblazen – zoals voorlopig is gebeurd met de biomassa-centrale van Vattenfall in Diemen – , of als de energieproductie van een project onder de raming blijft.

Het goede nieuws is, dat de SDE+-regeling in 2019 afliep. Het staat wel nog te bezien of het goed nieuws is, dat die per 2020 is vervangen door de SDE++, waarvan de eerste indieningsronde dit najaar was. Hoewel de insteek van de SDE++ net iets anders is dan die van de SDE+, zal dat voor de bestaande categorieën duurzame energie in de praktijk niet veel uitmaken.

Het verstoken van biomassa staat gewoon weer in de lijst met subsidiabele categorieën – zelfs zonder subsidieplafond, terwijl voor zon- en wind-energie wel zo’n plafond geldt. Onder de SDE++ gaat de staat zich onvermijdelijk vastleggen op nog meer subsidies voor biomassa, bovenop de bestaande aanspraak van 18 miljard euro.  

Biomassa is geen innovatie, integendeel

Wat bezielt verantwoordelijk minister Eric Wiebes om nu toch weer in te zetten op biomassa? Nog los van de grotendeels fictieve CO2-neutraliteit, is het ook wezenlijk in strijd met waar SDE voor staat: Stimuleringsregeling Duurzame Energietransitie. De bedoeling van al die subsidiemiljarden is, dat het een duurzame, dat wil zeggen blijvende, transitie naar een nieuw type energievoorziening stimuleert.

Biomassa verstoken doen we echter al sinds we jager-verzamelaars waren; er gaat geen enkele innovatie-impuls van uit. En vanwege de hoge kosten van stookhout vallen biomassacentrales stil zodra de subsidie ophoudt. Dat heeft niets te maken met het geven van een kick-start aan nieuwe technologie die een bijdrage levert aan een maatschappelijke transitie en ooit op eigen benen moet kunnen staan.     

In het nieuwe jaar publiceert Arnout Jaspers in Wynia’s Week een uitvoerig artikel over de energiesubsidies SDE+ en SDE++. Wilt u deze onderzoeksjournalistiek mogelijk maken? Steunt u dan Wynia’s Week. Doneren kan HIER Hartelijk dank!