Het woke-isme is een aanval op de redelijkheid

WOKEBBOEK-Be-150122-DEF
De Belgische taalkundige en ondernemer Paul Boonefaes schreef een aanklacht tegen het gemak waarmee de ‘woketrein’ in onze landen voet aan de grond krijgt

door Paul Boonefaes

‘Europa pleegt zelfmoord. Of tenminste, de leiders van Europa hebben beslist om zelfmoord te plegen. Of de Europese bevolking dat zomaar zal laten gebeuren, zullen we nog moeten zien’, waarschuwde schrijver Douglas Murray in 2017.

‘Gedaan met de Europese zelfhaat die we tegenwoordig als een jokaribal in het gezicht krijgen’, verklaarde de Antwerpse burgemeester Bart De Wever in maart 2021. ‘De dagelijkse stroom aan eco-fundamentalistische en woke provocaties voedt het Trumpisme zonder omzien en zonder weerga.’

Maar ondanks waarschuwingen van (conservatieve) politici en intellectuelen dendert de woketrein verder.

Waar de culturele ineenstorting van het westen aan te wijten is, verklaart Douglas Murray in zijn boek The Strange Death of Europe: ‘Europa heeft het vertrouwen verloren in zijn waarden, tradities en autoriteit. Europa wordt verteerd door een schuldgevoel over zijn verleden.’

Het begon bij de wereldoorlogen

De oorsprong van dat schuldgevoel ligt in de wereldoorlogen en de verschrikkingen van de Holocaust. Dat zulke horror kon gebeuren in het epicentrum van de westerse beschaving, heeft het westerse zelfbeeld een enorme klap gegeven. Daaruit kwam de groeiende invloed van de Frankfurter Schule voort met ontgoochelde marxistische ideologen die zich afzetten tegen de moderniteit.

Dat leidde tot het postmodernisme, waar de rede, de rationaliteit en de objectiviteit in vraag werden gesteld. Dat heeft verstrekkende gevolgen. Als we niet meer kunnen bepalen wat waar is, dan verliezen we onszelf. Dan wachten enkel chaos en geweld.

In 1953 schreef Hannah Arendt daarover: ‘Het ideale subject van een totalitaire staat is niet de overtuigde nazi of communist, maar mensen voor wie het onderscheid tussen feit en fictie (d.w.z. de realiteit van de ervaring) en het onderscheid tussen waar en onwaar (d.w.z. de normen van het denken) niet meer bestaan.’ Het is duidelijk dat we ondertussen op dit punt zijn aanbeland.

En toen kwam het eco-fundamentalisme

Uit het postmodernisme volgde later onder meer het eco-fundamentalisme waarover Bart De Wever zich beklaagt. Die strekking ziet de mensheid zélf als bron van alle kwaad. Het idee dat de mensheid een speciale, unieke rol heeft, hebben ze begraven. Inclusief de notie dat de mensheid superieur is aan andere diersoorten. Er kan immers geen hiërarchie van waarden, culturen of systemen meer bestaan.

Die notie uit het postmodernisme is tragisch. Alle levende wezens zijn georganiseerd in een hiërarchie. Hiërarchische systemen zijn zelfs noodzakelijk voor een functionerend sociaal systeem. Anders keren we ons tegen elkaar.

De Britse schrijfster Melanie Phillips luidt de alarmbel. ‘Als we niet meer overtuigd zijn dat er iets is dat de mensheid uniek maakt waardoor we respect moeten hebben voor élke mens, dan gaan we ons tegen elkaar keren. Dat kan niet anders dan leiden tot barbarij, repressie en geweld. Nietzsche schreef ‘God is dood’. Een culturele ineenstorting is het gevolg daarvan. Als je God verjaagt en tegelijk de waarden en principes van het humanisme uitholt, wat drijft je dan nog?

Met het verdwijnen van religie uit ons leven ebde ook langzaam het geloof in onze gedeelde christelijke basiswaarden weg. Het idee diep in onszelf dat er fundamentele principes en waarden zijn die het verdedigen en uitdragen waard zijn, werd de afgelopen decennia weggerelativeerd.’

Na de Koude Oorlog verdween het zelfvertrouwen

De twee seculiere religies van de vorige eeuw, het communisme en het nationaalsocialisme, hebben gefaald. Het Westen is na de Koude Oorlog zijn zelfvertrouwen kwijtgeraakt, het vertrouwen in westerse normen en waarden werd uitgehold en wordt nu frontaal aangevallen. In de plaats daarvan heeft een radicale ideologie het terrein bezet met een cynische, polariserende visie op mens en samenleving. Die ideologen en activisten hanteren zichzelf door een orwelliaans, misleidend discours met een dubbelzinnig taalgebruik, gecombineerd met totalitaire methodes en repressie tegen andersdenkenden.

Wat diep verontrustend is, is dat mensen en instellingen die beter weten en horen weerstand te bieden dat niét doen. Zelfs de liberalen lijken afstand te doen van de basisbeginselen van het liberalisme. Privébedrijven springen mee op de kar omdat ze denken er iets aan te kunnen verdienen.

Het woke-isme als verontrustende religie

Geen enkele maatschappij kan lang overleven zonder een overkoepelend verhaal dat zin geeft aan ons bestaan. De Israëlische historicus Yuval Noah Harari wijst erop dat de maximale sociologische grens van een functionerende groep mensen ongeveer honderdvijftig deelnemers telt. Je kan niet meer mensen echt grondig kennen.

Groepen kleiner dan honderdvijftig personen kunnen zichzelf organiseren en in stand houden. Grotere groepen hebben mythes nodig om langdurig vreedzaam te kunnen samenleven. ‘Large numbers of strangers can cooperate successfully by believing in common myths.’  Volgens Harari ligt daar de oorsprong en het belang van godsdiensten. Ze zijn essentieel om grote samenlevingen toe te laten om langdurig vreedzaam samen te leven.

Ik wil met mijn boek [zie onder] aantonen dat de maatschappelijke analyse en de methodes van de activisten die ‘Social Justice Warriors’ worden genoemd, op zijn zachtst gezegd diep verontrustend zijn en in hun praktische toepassing helemaal niks met rechtvaardigheid te maken hebben. Eerder het omgekeerde.

De activisten willen revolutie

De activisten willen het systeem niet zozeer aanpassen, maar omverwerpen. Hun analyse van wat fout loopt in onze maatschappij en de stelling dat het Westen een inherent racistische, patriarchale maatschappij is, is niet alleen karikaturaal en feitelijk onjuist, maar bezwijkt ook onder interne tegenstrijdigheden. Hun repressieve methodes zijn verwerpelijk.

Die houding is in strijd met alles waar onze westerse vrije samenleving voor staat. Is het dan verstandig om achter die vlag van ‘Diversiteit, Inclusie en Gelijkheid’ te blijven aanlopen? Dat is de vraag die de lezer zich zou moeten stellen.

We worden vandaag geconfronteerd met een ideologie die alles wat we al honderden jaren zeker weten in vraag stelt en die met absolute zekerheid dingen poneert waarvan we allemaal weten dat ze niet waar zijn. De moderniteit wordt opzij geduwd door de toegepaste postmoderniteit.

De grens tussen waarheid en fictie vervaagt en daarmee ook onze referentiekaders. Onze vrijheden die we decennialang als vanzelfsprekend ervoeren, eroderen steeds sneller. Intolerantie, polarisering, tribalisme en geweld komen in de plaats.

Woke tegen de redelijkheid

Het tegengestelde van woke is niet racisme. Het tegengestelde van woke is redelijkheid. ‘De redelijkheid is de grootste uitvinding van de mensheid. Het is niet wat we denken, maar hoe we denken. Het is op deze fundamenten dat alles wat ons dierbaar is werd gebouwd. Wetenschap, technologie, engineering, wiskunde. Door de Rede hebben we al onze problemen kunnen oplossen en overleven en ongeziene welvaart kunnen scheppen. Die Rede ligt nu onder vuur door diegenen die vergeten zijn hoe we zover zijn geraakt, of het nooit hebben geleerd,’ zegt de auteur Julian Christopher.

Wokeness is overal en dat virus zal zich blijven verspreiden zolang we niet durven opkomen voor onze westerse waarden. We zijn bang om dat te doen, want er mag sinds het postmodernisme geen hiërarchie van waarden meer zijn. Wat zijn onze kernwaarden in een liberale westerse samenleving? Als we in het Westen geen antwoord formuleren op die vraag, zal die gapende leegte opgevuld worden door tirannen.

Om samen te leven is er een verhaal nodig

Marie­Louise von Franz was de naaste medewerkster van Carl Jung en formuleert het zo: ‘We weten dat wanneer missionarissen de mythe van een volk vernietigen, dat volk begint te zwalpen. Dan is het verloren. Geen enkele samenleving kan leven van uitkeringen. Elke samenleving heeft een mythe nodig. Alle grote beschavingen hadden in hun bloeiperiode zo’n levende mythe. Ik denk dat de mythe waar wij in het Westen op leefden in verval is ge­ raakt.’

Auteur Vivek Ramaswamy deelt die analyse: ‘De echte oplossing bestaat in het geleidelijk ontwikkelen van een visie op onze gedeelde [Amerikaanse] identiteit die zo diep is en zo krachtig, dat de woke-ideologie verwatert. Zodat we niet meer uit elkaar gespeeld kunnen worden door bedrijven op zoek naar maximaal winstbejag. Het harde werk is opnieuw op zoek gaan naar wie we echt zijn.’

Een gezond, open, positief en inclusief nationalisme als dam tegen totalitaire onverdraagzaamheid. Ook bij ons duikt die analyse op.

Ramaswamy: ‘Ik ben een millennial en de generatie waartoe ik behoor snakt naar een hoger doel, snakt naar een identiteit. Bedrijven buiten dat uit door consumerisme met moraliteit te mengen, terwijl we iets heel anders en veel substantiëlers nodig hebben: patriottisme, vertrouwen en hard werk. We moeten echt eens praten over een soort civiele burgerdienst tijdens de middelbare school. Mensen appreciëren nooit wat ze zomaar cadeau krijgen. Ze appreciëren wat ze samen bouwen.’ Niet iedereen zal het met deze voorstellen eens zijn, maar voor zulke debatten is de democratie bestemd.

Liberalisme  als  tegengif

Dr James Lindsay en Helen Pluckrose komen tot dezelfde conclusie: ‘We hebben de vorige generaties niet opgevoed met liberale basiswaarden. We hebben ze niet grootgebracht met onze rijke geschiedenis en de verhalen over onze helden. Zo zijn die jonge generaties makkelijk over te halen en makkelijk te overtuigen. Ze missen een solide basis over hoe we een vreedzame en welvarende maatschappij geworden zijn.’

Julian Christopher sluit daarbij aan. ‘Wat is de inzet?’, vraagt hij zich af. ‘Alles wat u dierbaar is, staat op het spel. Uw werk, uw thuis, uw partner, uw kinderen, uw overtuiging en belangrijkste van al – uw identiteit. Als ze u dat kunnen afpakken, dan hebben ze gewonnen. Zet een stapje terug en vraag uzelf af hoe we in het Westen zo’n welvaartsniveau hebben kunnen bereiken? Ons dak boven ons hoofd. Een politiemacht die criminaliteit bestrijdt. De straten waardoor we rijden. De energie die ons verwarmt. Het eten dat ons voedt. Het is heel eenvoudig: alles wat we hebben, is tot stand gekomen door een gemeenschappelijk beeld van wat objectieve realiteit inhoudt. Als je bijvoorbeeld niet aanvaardt dat 2 + 2 = 4, dan kunnen we geen appartementsgebouwen meer neerzetten. We kunnen geen cake meer bakken, of vliegtuigen in de lucht houden, een alarm instellen of experimenten uitvoeren. We kunnen geen oordelen meer vellen, voorspellingen doen of een coherente argumentatie uit­ bouwen als we het niet eens zijn met wat echt is, wat waarheid is. We moeten het eens zijn dat er een objectieve realiteit bestaat waarnaar we kunnen verwijzen, of alles valt in duigen. Het is die objectiviteit die nu wordt belaagd.’

Sinds het einde van de Koude Oorlog was er geen duidelijke vijand meer. Ondertussen werd het systeem van binnenuit aangevreten door een ideologie die onze openheid, vrijheid en tolerante samenleving cynisch uitbuit. Herbert Marcuse, peetvader van de Frankfurter Schule, schrijft letterlijk dat het westerse liberalisme ideaal is om de revolutie voor te bereiden. Niet alleen hebben we onze verworven vrijheden nooit hoeven verdedigen, we hebben die liberale basiswaarden nooit uitdrukkelijk in onze opvoeding meegekregen.

De activisten voor Sociale Rechtvaardigheid gaan niet stoppen bij het verzieken van de sfeer onder collega’s, het neerhalen van standbeelden, het dekoloniseren van de publieke ruimte, het cancelen van andere meningen. De strijd is pas gestreden als de revolutie plaatsgrijpt en de utopische egalitaristische droom waargemaakt kan worden. Alleen: dat heeft nog nooit ergens gewerkt.

Bovendien is dat einddoel geen gedeelde breed gedragen ambitie van een meerderheid in de maatschappij. Het is de verborgen agenda van een fanatieke extreemlinkse minderheid die haar radicale recepten verpakt in misleidend taalgebruik, een moreel superieure pose en een uitgebreid arsenaal van repressie tegen andersdenkenden.

Waar stopt dit alles? De Amerikaanse academicus en auteur James A. Lindsay stelt de vraag: ‘Waar ligt uw woke breekpunt?’ Het is het best dat breekpunt ruim vooraf te bepalen. Achteraf gaan mensen immers vaak hun houding rationaliseren en zo vervagen normen in snel tempo.

Wanneer ligt de grens?

Stel u dus vandaag de vraag: wanneer gaan de woke activisten volgens u té ver? Woke vandalen bekladden standbeelden van Leopold II. Niemand durft te reageren. Welke standbeelden moeten ze nog omverhalen en hoeveel kunstwerken moeten ze nog van daken halen? Welke gebouwen moeten ze nog besmeuren?

Hoeveel mensen moeten ze nog bedreigen voor u zegt: dit gaat echt té ver? Wanneer maakt u een vuist? Als het contact met uw eigen kinderen onmogelijk wordt omdat ze gebrainwasht terugkeren van de universiteit? Als een naaste ontslagen wordt omwille van een misplaatste maar onschuldig bedoelde grap?

Bovenstaand artikel is samengesteld uit enkele fragmenten uit het nieuwe boek Zwijg! Waarom woke niet deugt van Paul Boonefaes. Het boek kunt u HIER bestellen, omvat 128 pagina’s en kost 22,50. Het boek is ook beschikbaar als e-book.

Paul Boonefaes (1965) studeerde talen in Antwerpen, behaalde een MBA, was werkzaam in de internationale maritieme sector en pendelt nu tussen Knokke en de Algarve.