Maak ongezond eten duurder, stimuleer de groentewinkel

groot-kwaliteit-van-de-groenteboer-is-vaker-beter
Kwaliteit is in een groentewinkel vaak beter

Net als veel anderen, ben ik door de lockdown en het thuiswerken een paar kilo’s aangekomen. Omdat het zeker op oudere leeftijd moeilijk is om die extra kilo’s weer kwijt te raken, is een toename van het aantal mensen met overgewicht waarschijnlijk een blijvend gevolg van de coronacrisis.

De helft van de volwassenen heeft inmiddels overgewicht en meer dan een op de zeven Nederlanders is obees. Overgewicht is niet alleen schadelijk voor mensen zelf – overgewicht vergroot het risico op diabetes, hart- en vaatziekten en bepaalde vormen van kanker – het is ook nog eens kostbaar voor de samenleving.

Overgewicht kost geld

Overheidsbemoeienis met onze leefstijl wordt vaak als een vorm van betutteling en paternalisme gezien. Toch zijn er goede argumenten voor overheidsingrijpen om overgewicht en obesitas tegen te gaan. Overgewicht en obesitas kosten de hele samenleving geld. Ruim 2% van de zorgkosten, bijna twee miljard euro, zijn toe te schrijven aan overgewicht en obesitas.

Deze zorgkosten worden mede opgebracht door mensen die zelf geen overgewicht hebben. We vragen van mensen die gezond leven om solidair te zijn met mensen die ongezond leven en bij te dragen aan de hogere zorgkosten van mensen met overgewicht.

Mensen met overgewicht hebben verder een hoger ziekteverzuim. De kosten van dit verzuim bedragen ook nog eens twee miljard euro per jaar en worden opgebracht door alle werkenden. Door de oorzaken van overgewicht aan te pakken, kunnen deze kosten voor de samenleving worden beperkt.

We eten teveel

Overgewicht is de prijs van te veel en ongezond eten. De gemiddelde voedselconsumptie per hoofd van de bevolking in Nederland is ruim 3000 calorieën per dag. Dat is bijna de helft meer dan een volwassen vrouw nodig heeft en twintig procent meer dan een volwassen man nodig heeft om op een normaal gewicht te blijven.

Een deel van deze voedselconsumptie verspillen we en gooien we weg, maar zelfs dan is onze voedselconsumptie meer dan we nodig hebben om op normaal gewicht te blijven. We eten simpelweg te veel.

Voedingswetenschappers denken vaak dat overgewicht kan worden bestreden door gezonde voeding goedkoper te maken. Door gezonde voeding goedkoper te maken zouden mensen gezonder gaan eten. In hun wereldbeeld moet je gezond gedrag belonen, niet ongezond gedrag bestraffen door het duurder te maken. Politieke partijen nemen dat over.

Zo schrijven de PvdA en de ChristenUnie in hun verkiezingsprogramma dat ze gezonde voeding goedkoper willen maken door de btw op groente en fruit te verlagen of af te schaffen. Dat is geen goed idee. Als we voedsel goedkoper maken, gaan mensen nog meer consumeren. Gezonde voeding goedkoper maken heeft een averechts effect en zal het probleem met overgewicht alleen maar groter maken.

Maak ongezond eten duurder

Door gewasveredeling, intensieve landbouw en veeteelt en andere technologische vernieuwingen is de landbouwopbrengst de afgelopen vijftig jaar enorm toegenomen en ons voedsel een stuk goedkoper geworden. We zijn ook rijker geworden waardoor we meer geld hebben om aan voedsel uit te geven. Boeren klagen terecht over de te lage prijzen die ze voor hun producten krijgen. Ons voedsel is te goedkoop geworden.

Om ervoor te zorgen dat we niet alleen minder gaan eten maar ook minder ongezond gaan eten, moet ongezond eten duurder gemaakt worden. Net zoals we accijnzen hebben op alcohol en tabak zouden we ook een extra belasting op suiker, zout en verzadigde vetten moeten heffen. Zo betalen mensen die ongezond en te veel eten mee aan de hogere zorgkosten en andere maatschappelijke kosten die ze veroorzaken. Een accijnsheffing verhoogt de prijs en vermindert de consumptie. Economisch onderzoek geeft aan dat bijvoorbeeld een prijsstijging van suikerhoudende frisdranken met 10% tot een daling van de consumptie van frisdranken met 9 tot 13% leidt.

Suikertaks

Een aantal landen heeft inmiddels een suikertaks ingevoerd. In deze landen daalde de consumptie van suiker en gingen producenten minder suiker in hun producten stoppen. Ons land is nog niet zo ver. Het CDA had in zijn vorige verkiezingsprogramma een suikertaks staan, maar die werd er door het verkiezingscongres weer uitgehaald.

Voor de komende verkiezingen hebben de PvdA, GroenLinks, D66, de ChristenUnie en de Partij voor de Dieren in hun programma voorstellen opgenomen voor een suikertaks of willen ze suikerhoudende frisdranken duurder maken.

Het is opvallend dat linkse partijen als de PvdA en GroenLinks nu voorstander zijn van een suikertaks. Eerder verzetten ze zich daartegen omdat een dergelijke belasting vooral lagere inkomens treft. Mensen met lagere inkomens leven over het algemeen ongezonder, omdat ongezonde voeding meestal goedkoper is dan gezonde voeding.

Tegelijkertijd komt overgewicht bij lagere inkomens vaker voor dan bij hogere inkomens. Een suikertaks raakt lagere inkomens meer en dat is precies de bedoeling want deze groep zou hun eetpatroon het meest moeten aanpassen.

Ondanks de toenemende steun voor een belasting op ongezonde voeding komt deze er waarschijnlijk niet. Het ministerie van Financiën ligt namelijk dwars. Na het debacle met de kinderopvangtoeslag kan de belastingdienst er voorlopig geen nieuwe taken bij hebben.

Kwaliteit is bij groentewinkel beter

Een accijns op ongezonde voeding is nodig, maar tekent ook de eenzijdige discussie over ons voedsel. De discussie gaat vrijwel uitsluitend over de prijs en over dierenwelzijn, biodiversiteit en de natuur.

Het gaat bijna nooit over de kwaliteit van ons voedsel. We kopen onze groente steeds vaker bij de supermarkt en steeds minder bij de gespecialiseerde groentewinkel. Tussen 2008 en 2017 is het aantal groentewinkels met bijna een derde afgenomen, terwijl het aantal supermarkten is gestegen.

In veel centra van grote steden zijn groentewinkels inmiddels volledig verdwenen uit het straatbeeld. De kwaliteit van groente en fruit bij groentewinkels is over het algemeen beter dan bij supermarkten. Supermarkten letten vooral op de prijs en dit gaat ten koste van de kwaliteit. Dat veel van de groente en fruit bij de supermarkt weinig smaak heeft, helpt ook niet om mensen gezonder te laten eten.

De aandacht voor biologisch voedsel lost dat niet op. Biologisch voedsel is duurder, maar een biologische komkommer in de supermarkt is net zo smakeloos als een komkommer waar wel bestrijdingsmiddelen over zijn gespoten.

Verbannen van fastfoodzaken

Vorige week pleitten de wethouders gezondheid van de vier grote steden en van de gemeente Ede voor meer mogelijkheden om verkooppunten van ongezond voedsel te weren. Door een wijziging van de Warenwet of de Omgevingswet willen ze de mogelijkheid krijgen om fastfoodzaken te verbannen uit bepaalde gebieden zoals uit de omgeving van scholen. Of ze hun zin krijgen, is twijfelachtig.

Zelfs als ze hun zin krijgen is het de vraag of het effect sorteert. Door de grote leegstand van winkels in de centra van steden zijn wethouders economische zaken maar al te blij als zich ergens een horeca- of fastfoodzaak wil vestigen.

Het economisch belang gaat meestal voor het gezondheidsbelang. In plaats van fastfoodzaken te willen weren zouden wethouders beter de vestiging van gezonde winkels, zoals groentewinkels, kunnen stimuleren. Dat dient zowel het gezondheidsbelang als het economisch belang van de gemeente.