Toen ik terugkwam in de Schilderswijk was er iets verschrikkelijks gebeurd

SYP111221-promoSchilderswijk

Een boek komt niet uit het niets, en dat geldt ook voor mijn boek Het verdriet van de Schilderswijk. Daarom nu een kort persoonlijk verslag van de reis die ik maakte om te komen tot dit boek.

Als kind woonde ik in de Schilderswijk en na onze verhuizing naar Voorburg heb ik hevig heimwee gehad. Pasgetrouwd kwam ik in 1983 terug in de wijk en de schok was groot. Van die sjofele maar oergezellige wijk uit mijn kinderjaren was niets meer over. Op straat werd ik voortdurend lastiggevallen en zelfs klemgereden door buitenlands uitziende mannen. Er werd ingebroken in ons huis en meerdere keren in onze auto. Verderop in de straat woonde een drugshandelaar waar de politie invallen deed. Om de hoek was een tippelzone.

Kritiek was ongepast

Met de buitenlandse buurvrouwen kon ik bijna geen contact krijgen; de meesten waren niet benaderbaar. Eén lieve buurvrouw wilde wel contact, maar zij sprak geen Nederlands, haar zevenjarige dochtertje moest voor haar tolken. In ons portiek woonden ook nog een paar oude Schilderswijkers, Nederlandse bejaarden die bang en verbitterd waren. Ze wilden nog steeds niet weg, maar waren vreemdelingen in hun eigen wijk.

De kinderen in onze straat spraken geen Nederlands met elkaar. Toen onze oudste twee jaar was, ontdekten we dat op de school die we overwogen niet één autochtoon Nederlands kind meer zat. Met pijn in het hart zijn we in 1987 vertrokken. We zagen geen toekomst meer in de Schilderswijk.

Was het overal in de wijk zo erg? Ik wist het niet. Wat ik wel wist: hier was iets verschrikkelijks gebeurd en het leek alsof niemand het erover wilde hebben. Toen bij verkiezingen veel van die overgebleven autochtone Schilderswijkers op de Centrumpartij stemden, sprak beschaafd Nederland er schande van. In de media werd de multiculturele samenleving bezongen en wie kanttekeningen zette, was een racist.

Hoe kon dit gebeuren?

In latere jaren kwam ik soms andere oud-Schilderswijkers tegen, en ik maakte mee hoe wildvreemde mensen me als een verloren dochter in de armen sloten, alleen maar omdat ik uit de Schilderswijk kwam. De wijk bleef in mijn gedachten, en toen ik een paar jaar geleden eindelijk tijd kreeg, besloot ik uit te zoeken wat er gebeurd was.

Ik wilde weten hoe de Schilderswijk zo heeft kunnen veranderen. Hoe een straatarme, overbevolkte arbeiderswijk ondanks verzet van de bewoners een wijk kon worden waaruit vrijwel alle oorspronkelijke bewoners verdwenen zijn, een wijk waarin eigenlijk alleen de straatnamen nog aan vroeger herinneren. Zo kwam ik in september 2019 in het Haags Gemeentearchief terecht waar alle verslagen van raadsvergaderingen en allerlei andere documenten bewaard worden.

Armoe en verwaarlozing

Het was alsof ik in een tijdmachine was gestapt. Ik las dat in 1963 9.000 van de 15.000 huizen in de wijk ‘sterk aan het verkrotten waren’ en ik vulde in gedachten de details uit mijn kindertijd in. O ja… zo slecht waren die huizen. Zo gewoon was het om geen warm water te hebben, geen douche, geen eigen voordeur, geen centrale verwarming. En wel lekkages, gammele muren, kierende ramen en ongedierte. En dan was ons huis nog lang zo slecht niet geweest als sommige huizen die ik in de verslagen tegenkwam. Hoeveel mensen van nu beseffen dat – nog maar zo kort geleden – tienduizenden Nederlanders in deze armoe leefden?

De verkrotting van de Schilderswijk was niet het enige probleem waar de gemeente mee te maken had: de oorlog had diepe wonden geslagen in de stad en de woningnood was nijpend. Het werd me duidelijk dat het gemeentebestuur voor een zware opgave stond. Helaas werd al snel nog duidelijker dat de Schilderswijkers geen prioriteit waren.

Hoge ambtenaren en wethouders droomden van een moderne stad waarin de wijk een obstakel was en de bevolking een hinderlijk detail. Men streefde openlijk naar ‘een zekere wijziging in de bevolkingssamenstelling van de gebieden rond de binnenstad’. Die onbeschaafde Schilderswijkers moesten maar weg.

Machteloos verzet

Ik las noodkreten van de Schilderswijkers. De bewoners klaagden over de verkrotting, over het dichttimmeren van panden en over de braakliggende stukken grond. Ik las over uitbuiting door huisjesmelkers en natuurlijk over de komst van de immigranten.

Het gemeentebestuur had geen plannen om de wijk leefbaar te maken voor de bewoners, maar vond de Schilderswijk blijkbaar wel handig als afvoerputje. De grote meerderheid van de gastarbeiders en Surinamers kwam in de oude wijken terecht, waarvan de Schilderswijk de grootste was. Ook protesten tegen deze extra belasting haalden niets uit.

Elke keer dat de gemeente keuzes moest maken, trokken de Schilderswijkers aan het kortste eind. Dit gold zowel voor de oude als voor de nieuwe Schilderswijkers. De wijk werd zwaar belast en de bewoners werden in de steek gelaten. Zoals een Schilderswijker het verwoordde: ‘Dat hele zooitje daar op dat Binnenhof, die eten van ons en wij magge hier met mekaar oorlog maken, wij magge hier ellende hebben!’

Minachting

De rode draad in alle verhalen bleek de minachting voor de Schilderswijkers te zijn. Het is natuurlijk ook veel makkelijker om op anderen neer te kijken dan om hen serieus te nemen. Stel je voor dat ‘die ander’ recht van spreken zou hebben. Of erger nog: stel je voor dat je niet onverschillig zou kunnen blijven wegkijken. Dan zijn gemakzucht en arrogantie een stuk aantrekkelijker. Het is de oude minachting van de bovenklasse voor de onderklasse, het neerkijken op mensen die het minder goed getroffen hebben.

De onderklasse betaalt altijd een zware prijs voor de onverschilligheid van de bovenklasse, en de Schilderswijk was geen uitzondering. De wijk is eraan kapot gegaan; de oude bewoners zijn verdreven. Al gaat mijn boek over de geschiedenis van de Schilderswijk, het is duidelijk dat op meer plekken in Nederland deze houding bij de bovenklasse een grote rol heeft gespeeld en vaak nog speelt. Daarom eindig ik mijn boek met een waarschuwing:

‘De ondergang van de oude Schilderswijk was een tragedie, maar laat deze ramp tenminste nog nut hebben. Laten we leren van de fouten die daar gemaakt zijn. Opdat niet weer machtelozen vermalen worden door de onverschilligheid van machtigen.’

‘Het verdriet van de Schilderswijk’ van Maaike van Charante omvat 202 bladzijden en kost 22,50 euro (geen verzendkosten). Het boek verschijnt op 20 december 2021 bij Uitgeverij Blauwburgwal en is overal te koop en te bestellen. Wie vóór 20 december HIER bestelt krijgt een gesigneerd exemplaar thuisgestuurd.