Onze regering loopt met open ogen het euroravijn in

JohannesVervloed 5-3-23

‘Toekomst van de euro’ was de titel van het debat in de Tweede Kamer afgelopen donderdag 9 maart. De impliciete vraag was of de euro nog wel een toekomst heeft. Diverse scenario’s passeerden de revu, maar geen van alle kon minister Sigrid Kaag (Financiën, D66) bekoren. Zij hield stoïcijns vast aan het in het regeerakkoord afgesproken EU- en eurozone-beleid. 

Oftewel ‘doormodderen’, alle door de Kamerleden geuite zorgen en onheilsvoorspellingen ontkennend dan wel bagatelliserend. Nederland blijft gewoon in de euro en we zien wel waar het schip strandt. Deze houding van het cabinet RutteVier is onverstandig en zal ons duur komen te staan.

Euro heeft beloften niet waargemaakt

De titel ‘Toekomst van de euro’ was veelbelovend. Eindelijk zou er een fundamenteel debat plaatsvinden over de euro, over de muntunie die in 1992 in Maastricht was gecreëerd. Zijn na 30 jaar de roze geurende voorspellingen uitgekomen en de economieën van de lidstaten van de eurozone naar elkaar toegegroeid? Is er stabiliteit aan de interne markt toegevoegd en heeft de gemeenschappelijke munt een belangrijke plaats op het wereldtoneel veroverd?

De conclusie van de meerderheid van de Kamerleden is: niets van dit alles. De euro heeft de belofte geenszins waargemaakt. Integendeel, de economieën zijn alleen maar verder uit elkaar gegroeid met gigantische schuldenbergen van de achterblijvende economieën als gevolg. Stabiliteit is ver te zoeken gezien de eurocrisis die eind 2009 uitbrak en uiteindelijk slechts in 2012 met de nucleaire optie ‘whatever it takes’ van toenmalig ECB-president Draghi kon worden bezworen. En de dollar is nog steeds oppermachtig.

Gigantische herstructurering van schulden mogelijk

Bovendien vinden de meeste Kamerleden dat de vooruitzchten er niet beter op zijn geworden. De schuldenbergen blijven toenemen, de (zuidelijke) lidstaten willen of kunnen niet hervormen om hun concurrentiepositie te verbeteren en op die manier naar de andere (noordelijke) lidstaten toe te groeien.

Met als mogelijk gevolg dat zij, geconfronteerd met de renteverhogingen van de ECB om de inflatie te bestrijden, in de problemen komen en aan hun rente- en aflossingsverplichtingen van schulden, die meer dan 100 procent van hun bbp bedragen, niet langer kunnen voldoen.

Dan zal er een gigantische herstructurering van die schulden plaats moeten vinden, waarbij de herstructurering van de schuld van Griekenland van 2010 zal verbleken. Overleeft de euro(zone) een dergelijke zeer kostbare herstructurering van de Italiaanse schuld (en die van Spanje en wellicht nog andere lidstaten)? Of blijkt Italië in tegenstelling tot Griekenland ‘too big to bail-out’ en moet het de eurozone verlaten met als zeer waarschijnlijke uitkomst dat de euro klapt?

Stabiliteits en Groei Pact (SGP)

Een dergelijke voorgespiegelde gang van zaken werd door minister Kaag onwaarschijnlijk geacht. Het komende aangepaste Stabiliteits en Groei Pact (SGP) voorziet er volgens haar in dat de schuldenbergen over 4 tot 7 jaar worden afgebouwd en het Corona Herstelfonds, sinds kort NextGenerationEU geheten, zorgt ervoor dat de betrokken lidstaten weer op adem komen.

Het fonds dwingt af dat hervormingen eindelijk plaats zullen vinden en met het aangepaste SGP komt begrotingsdiscipline terug. Een eventueel noodzakelijke herstructurering van de schuld van zuidelijke lidstaten komt grotendeels voor rekening van de eigenaren van de schuld en voor het overblijvende deel bieden de EU-crisisbestrijdingsmiddelen ESM en het resolutiefonds voor banken soelaas.

Deze ‘visie’ van de regering, zoals neergelegd in een brief van afgelopen september aan de Kamer, is volgens veel Kamerleden puur wensdenken. Ze ontkent of bagatelliseert het doemscenario van een Italiaanse default en in versterkte mate van een default van meerdere lidstaten.

Opt-out

Terwijl een herstructurering van de schuld van Italië (en andere hoge schulden-lidstaten) Nederland een vermogen gaat kosten. De herstructurering van Griekenland zal Nederland waarschijnlijk tenminste 3,2 miljard euro kosten, mogelijk meer. Een bail-out van Italië zal een veelvoud van dat bedrag vergen.

Beter is volgens een aantal Kamerleden een Nederlandse opt-out bij nieuwe EU-fondsen. Als het fout gaat met de euro, dan staat ons land in ieder geval minder ‘aan de lat’.

Een begrotingsunie is duur

Een andere weg werd nog geprobeerd door Volt. Die partij wil een begrotingsunie met een eigen minister van Financiën en eigen belastinginkomsten, lees: een federale unie. De schulden zouden gemutualiseerd moeten worden en nieuw schuldpapier zou door de Europese Commissie moeten worden uitgegeven om in de hoge schuldenlanden investeringen te kunnen blijven doen.

Maar ook dit scenario kreeg geen applaus van de regering, hoewel ik minister Kaag zelf ervan verdenk dat zij een dergelijk scenario stiekem wel ziet zitten. Ondanks de kosten die dat met zich mee zou brengen. De Groningse hoogleraar economie Lex Hoogduin heeft uitgerekend dat een dergelijke begrotingsunie Nederland tenminste 21 miljard euro per jaar, mogelijk oplopend tot 35 miljard, gaat kosten.

Bovendien lost een begrotingsunie het probleem van divergentie (het uit elkaar groeien van de economieën van lidstaten) niet op. Hoge schulden-lidstaten zullen er zelfs mee aangemoedigd worden om een laks begrotingsbeleid te voeren, het bekende ‘moral hazard’ effect. Anderen betalen tenslotte de rekening …

Self-fulfilling prophecy

Het debat over de toekomst van de euro werd vervolgens kapot geslagen met de opmerking van minister Kaag dat een speculatie over doemscenario’s en een mogelijke uittreding van Nederland uit de eurozone om daaraan te ontsnappen gevaarlijk is. Het zou de financiële markten onnodig ongerust maken en zelfs een ‘self fulfilling prophecy’ kunnen zijn. Van een flexibel eurolidmaatschap wil zij niets weten.

Minister Kaag ziet kortom geen brood in de 3 scenario’s die door de Kamerleden werden bepleit:

1. Een transfer-, lees: schuldenunie.

2. Een opt-out bij nieuwe EU-fonds(en).

3. Een flexibel eurolidmaatschap.

Moties

Ingediende moties aan het einde van het debat om de regering te dwingen tot het opstellen van een noodscenario voor het geval de euro in de problemen komt of het aan de kaak stellen van onorthodoxe ingrepen van de ECB om de euro overeind te houden, werden door minister Kaag ‘ontraden’ en werden ook niet aangenomen. Het enige positieve puntje van het hele debat is de aangenomen motie van Pieter Omtzigt om als Nederland niet mee te doen aan nieuwe EU-fondsen à la het Herstelfonds.

Over het geheel genomen beschouw ik het debat over de toekomst van de euro als teleurstellend en een gemiste kans om Nederland op tijd voor te bereiden op doemscenario’s die naar alle waarschijnlijkheid gaan plaatsvinden. Ik kan met Derk Jan Eppink van JA21 niet anders concluderen dan dat de Nederlandse regering met open ogen het ravijn in loopt.

Johannes Vervloed was gedurende bijna vier decennia verbonden aan het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken, met als standplaatsen onder meer Jakarta, Sint-Petersburg en Parijs.

Wynia’s Week verschijnt twee keer per week, 104 keer per jaar. De donateurs maken dat mogelijk. Doet u mee? Hartelijk dank!