Schwab omarmt kritiekloos de tech-elite

ArieGraafland 5-2-22
China is bezig met de ontwikkeling van zelfrijdende auto’s

We staan aan de vooravond van een technologische revolutie die de manier waarop we leven, werken en met elkaar omgaan drastisch zal veranderen. Klaus Schwab, directeur van het World Economic Forum (WEF), noemt dat de ‘vierde industriële revolutie’ en heeft daar een gelijknamig boek over geschreven. Als voorbeelden noemt hij onder andere artificiële intelligentie (AI), robotica, het internet of things (IoT), zelfsturende auto’s, 3D-printing, nanotechnologie, biotechnologie, materials sciences, energie-opslag en kwantum computing. Het zijn de recente ontwikkelingen in de onderzoekslaboratoria van de technische universiteiten en specifieke hightech-bedrijven die hiermee bezig zijn.

Tech-cowboys

Wie het boek onbevangen leest, zal het ongetwijfeld interessant vinden. Dat is het ook, de thematiek is van belang en in een aantal gevallen ethisch zeer omstreden. Mijn belangrijkste kritiek is dat het een groot aantal problemen uit de weg gaat. Daar is een reden voor: het boek is eigenlijk een WEF-rapport, en het probeert kool en geit te sparen.

De tech-industrie, Booking.com, Google, Facebook, Twitter, Uber etc. wordt gedragen door een zogenaamde ‘platform’-economie. Dat platform wordt beheerd (en is ontwikkeld) door een paar uiterst succesvol ondernemende en slimme tech-cowboys die er schatrijk van geworden zijn. Dat mag, maar het is inmiddels zo uit proportie dat links en rechts in de economie zich ernstig zorgen maakt. Dat probleem komt niet aan de orde bij Schwab, want deze ondernemers zijn de belangrijkste gasten op de door hem georganiseerde bijeenkomsten in Davos.

Honderd miljardairs

Ongeveer vijf jaar geleden had een goede vierhonderd miljardairs de helft van al het kapitaal op de hele wereld in handen. Vandaag de dag zijn dat er pakweg honderd. Ze zijn inmiddels nog veel rijker geworden. In China bezit de top-
1 procent een derde van alle kapitaal. Bedrijven worden strikt gecontroleerd door de Communistische Partij.

Terwijl er nagedacht wordt over een ‘carbon budget’ waardoor u minder mag gaan vliegen, vliegen de tech-ondernemers zonder enige EU-beperking naar Davos. Onderwijl ‘cureren’ ze uw Twitter-account volgens hun eigen ‘community standards’ op wat wel en niet gezegd mag worden.

De ‘verlichte leiders’

The Fourth Industrial Revolution is toegankelijk geschreven. Hoewel het gaat om een ingewikkelde materie en er complexe problemen worden besproken, leest het als een roman. Maar al lezend merk je dat Schwab zich vooral richt tot de ceo’s van de grote bedrijven en de politieke leiders op wereldniveau. Hoewel er wel wat aandacht is voor publieke en private initiatieven, zijn het toch vooral de ‘verlichte leiders’ voor wie het boek uiteindelijk geschreven is en die de boodschap moeten uitvoeren.

Schwab benadrukt de onderlinge verbondenheid van verschillende stakeholders: regeringen, zakenleven, de universiteit en de maatschappij. Ieder met een eigen verantwoordelijkheid. Die verschillende ‘stakeholders’ vormen een belangrijk thema in zijn boek. En Schwab heeft daar een boodschap voor, want de huidige beslissers zijn gevangen in een traditionele, lineaire wijze van denken. Veel te veel gefocust op directe resultaten. Te weinig op de toekomst. Het WEF gaat dat veranderen.

Het World Economic Forum

Veel, zo niet alles van wat hij schrijft is gebaseerd op initiatieven en projecten van het World Economic Forum. Het boek geeft in die zin mede vorm aan de toekomst van het WEF. Mijn keuze van key technologies is gebaseerd op werk dat gedaan is door het WEF zelf, zo schrijft Schwab. Ze zijn te vinden in de Global Agenda Council. Het WEF doet zelfstandig onderzoek. Het boek van Schwab is tegelijk een WEF-rapport: Deep Shift, Global Agenda Council on the Future of Software and Society.

Wouter Roorda heeft laten zien hoe ver het WEF al doorgedrongen is in de Nederlandse politiek: ‘Nederland participeert in ten minste acht WEF-initiatieven. De relatie tussen de Nederlandse staat en deze particuliere club is niet alleen intensief, maar ook mistig. Een overzicht ontbreekt. Parlementaire verantwoording eveneens’. Democratie is nu eenmaal geen topic voor het WEF.

De vierde revolutie

De eerste industriële revolutie liep van 1760 tot 1840, de tijd van het spoorwegnet en de stoommachine. De tweede revolutie begon laat 19de eeuw en liep tot in de 20ste eeuw door; massaproductie, elektriciteit en lopende band zijn de kenmerken. De derde wordt gekenmerkt door de eerste digitale technologie en automatisering.

Nu zitten we middenin een vierde revolutie. We hebben een alomtegenwoordig internet en artificiële intelligentie. Er is echter meer aan de hand, we hebben nu ook geavanceerd onderzoek als ‘gene sequencing’, nanotechnologie en kwantum computing. Veel voorbeelden van Schwab zijn te vinden in het boek van Erik Brynjolfsson en Andrew McAfee, The Second Machine Age. Beide auteurs zijn verbonden aan het Amerikaanse Massachusetts Institute of Technology (MIT).

Pratende computers

In The Second Machine Age gaat het om de invloed van AI, en toepassingen in autonoom opererende machines. Intelligente robots en computerwetenschappen zijn belangrijke thema’s. ‘We dachten dat we het wel konden overzien’, zo schrijven de auteurs, ‘maar de laatste jaren vielen we van de ene verbazing in de andere. Computers konden diagnoses maken van ziektebeelden, ze converseerden met ons, en schreven teksten die niet meer te onderscheiden waren van die van een journalist’.

Robots rennen rond in assemblagehallen, en hoewel er in het begin nog wel eens wat fout ging, liep na verloop van tijd alles op rolletjes. Brynjolfsson en McAfee besloten samen te gaan werken, en het resultaat was dit fascinerende boek. Schwab noemt hun boek een aantal keren, zoals hij ook andere auteurs noemt. Maar hij geeft nooit een letterlijk citaat, geen voetnoot, geen precieze verwijzing. Dat is kenmerkend voor zijn hele boek. Dat maakt het enerzijds toegankelijk, en anderzijds ongeschikt voor wie wat meer wil weten.

DNA

Synthetische biologie is voor Schwab een interessante volgende stap. We kunnen organismes aanpassen middels hun DNA, het zo genoemde ‘editen’, de CRISPR/Cas9 methode. Genetisch gemanipuleerde plantensoorten zijn een bekend voorbeeld van gene editing. 3D-productie kan gecombineerd worden met gene editing om bijvoorbeeld weefsels te repareren. Dit gebeurt op dit moment al om huid-, bot- en hartweefsel te maken, het zogenaamde bioprinting. Dit biologische domein is voor Schwab de grootse uitdaging van dit moment. Veel van wat volgt in zijn boek noemt hij economie, maar ik zie vooral een holistische managementtheorie.

Menselijke arbeid wordt vervangen door machines

De ene kant van het maatschappelijk spectrum denkt dat de impact van de vierde industriële revolutie op de economie al grotendeels voorbij is. De andere kant, waartoe Schwab behoort, denkt dat die impact nog moet komen en dat deze monumentaal zal zijn. Hoewel Schwab oog heeft voor de nadelige kanten van de technologie – veel menselijke arbeid zal worden vervangen door machines – blijft hij een optimist. Hoe we straks moeten omgaan met de te verwachten miljoenen werklozen blijft onduidelijk.

Schwab wijst de leiders van de grote bedrijven op de veranderende verwachtingen van klanten en op de nieuwe partners die competitief het veld van de economie betreden. De producten en de manier waarop gewerkt wordt zullen veranderen. We leven in een digitale wereld waar websites prijzen vergelijken en informatie bieden over betere service.

De rol van de overheid

Ook de rol van de overheid komt aan de orde. Er vindt in de democratische landen een steeds sterkere polarisatie plaats en de invloed van ngo’s wordt steeds groter. Dat maakt regeren er niet makkelijker op. Volgens Schwab moeten regeringen zich realiseren dat de macht is verschoven van de staat naar niet-statelijke instituties. (Hierbij kun je denken aan een ngo als Milieudefensie, die de staatsmacht kan aantasten.) Overheden moeten leren de bevolking effectiever te betrekken bij hun plannen en leren experimenteren met politieke besluitvorming, aldus Schwab. En daar lijkt me nogal wat werk te verzetten.

Verschillen in inkomen

We leven in een wereld waar informatie, ideeën en mensen sneller reizen dan ooit. Maar ook in een wereld van toenemende ongelijkheid die in de nabije toekomst nog meer versterkt zal worden door de veranderingen in arbeid. Het effect van de vierde industriële revolutie is dat het een ‘winner takes all’ is. De ‘human cloud’-platforms (zoals Uber) ontlopen voorlopig de eis van een minimumloon, en werkgeversbelastingen.

Het WEF Global Risks Report uit 2016 toont de immense verschillen in inkomen die leiden tot werkloosheid en maatschappelijke instabiliteit. Richard Wilkinson en Kate Pickett hebben laten zien dat grote verschillen in inkomen leiden tot meer geweld, meer mensen in de gevangenis, meer psychische stoornissen en zelfs overgewicht.

De inkomenskloof in Amerika

Als tegenwicht tegen het boek van Schwab kan The Price of Inequality (2012/2013) dienen van de Amerikaanse econoom Joseph Stiglitz. Dat boek geeft een veel beter beeld van de scheefgroei in de economie en van het probleem van inkomensverschillen. Het is een studie naar maatschappelijke ongelijkheid. Deregulering, de financialisering van de economie, en de topinkomens in Amerika komen uitvoerig aan de orde. De ongelijkheid in Amerika is ‘tektonisch’ aldus Stiglitz.

Het boek van Stiglitz heeft een heel andere toon dan dat van Schwab. De ceo’s komen er niet zo makkelijk van af. Stiglitz’ boek is inmiddels een tiental jaren oud. Sindsdien is er nogal wat veranderd. Het is met name de digitale tech-industrie die gigantisch rijk is geworden.

De digitale economie wordt gedomineerd door een kleine elite met enorme bedrijven. Samen hebben ze ongeveer 90 procent van de kritieke markten als computersystemen, social media, online zoekmachines en boekenverkoop in handen, schrijft Joel Kotkin. Ze zijn niet langer tevreden met distributie alleen, maar ‘cureren’ het nieuws voor ons volgens hun normen en persoonlijke smaak. De consument wordt zwaar beïnvloed, zo schrijft ook Stiglitz.

En niemand in Amerika heeft door hoe groot de inkomenskloof wel niet is. Een groot deel is al afgehaakt, zowel in Amerika als hier. En bovendien wordt de democratie om zeep geholpen, zo zegt Kotkin. En dat probleem zie ik nauwelijks tot niet bij Schwab terug, zijn focus ligt geheel en al bij de ‘enlightened leaders’. De moeizame en kwetsbare democratie die toch al bijna verdwenen is, is geen onderwerp voor het WEF.

Ratio, hart, ziel en lijf

In ‘The way forward’, het slothoofdstuk van zijn boek, schrijft Schwab dat wij verantwoordelijk zijn voor het voortbestaan van de aarde. Hij onderscheidt vier elementen van ons mens-zijn: ratio, gevoel, ziel en lichaam. Politici, bedrijfsleiders, universiteit en jonge generatie moeten deze vier elementen integreren in hun werk. Daar komt de term ‘stewardship’ vandaan, een term uit het managementdenken waar verantwoordelijkheid voor de planeet, Gaia, centraal staat. Denk aan Paul Polman van Unilever. Wat Schwab probeert te doen is al deze groepen samenbrengen, hij noemt dat de ‘Multi stakeholder theorie’, in de termen van het WEF heet het de ‘Spirit of Davos’.

Het probleem is nu dat de politici en de CEO’s nergens tijd voor hebben. De CEO’s worden overdonderd door een gigantische lading vaak digitale informatie en technologische veranderingen die ze niet bij kunnen houden. De politici worden gevloerd door stapels ‘dossiers’. Nergens gaat het nog om inhoud, elk probleem wordt gezien als ‘dossier’ waar een ‘oplossing’ voor moet komen. Met andere woorden, niemand leest nog wat. En zeker niet de twee boeken die ik hier noem.

Iedereen in de politiek is bezig met ‘beleid’, het maakt niet uit in welke sector. Inhoudelijk hoef je niets te weten, want er wacht altijd wel een nieuw ‘dossier’ of een nieuwe baan. Die inhoudelijke leegte begint zich te wreken, de oppositie wordt slecht geïnformeerd en niemand heeft tijd voor verdieping. En een flinterdun WEF-rapport voor een uiterst complex probleem maakt het er niet beter op.

Klaus Schwab, The Fourth Industrial Revolution, (Penguin Random House, 2016)