We krijgen nog meer talkshows en ze worden nóg eenvormiger en nóg dommer

hans
Eva Jinek, presentatrice van de talkshow Eva, en Johan Derksen, vaste tafelgast bij Vandaag Inside. Beeld: YouTube.

De afgelopen weken bevond ik me in het gezelschap van jonge ondernemers en ambtenaren die erom lachten dat er nog altijd mensen zijn die, zoals ik, regelmatig naar tv-talkshows kijken. Vanuit hun perspectief investeer je dan tijd in kabbelende, niet zelden tot weinig klaarheid leidende gesprekken, waarbij dan ook nog eens mensen aanschuiven die alleen vanwege hun kijkcijfer-appeal een plekje krijgen toebedeeld. En dan vaak met matige grappen en niet ter zake doende schimpscheuten komen aanzetten in plaats van messcherpe en indrukwekkende info.

Kortom: als je anno 2025 nog steeds talkshows kijkt, ben je, zo was de ondertoon, een geprivilegieerde losbol die uiterst slordig met zijn tijd omspringt. Een boomer, dus. Waarom naar geprakte compromissen-tv kijken als je via YouTube of Spotify dagelijks de laatste topfragmenten van je favoriete coach, journalist, kok, filosoof of politieke duider tot je kunt nemen?

Toenemende sleetsheid

Uitgaand van de gedachte dat de jeugd de toekomst heeft en dat het gezelschap enigszins representatief is voor hoe jonge generaties over talkshows denken, zou je verwachten dat de talkshow zo niet aan de einde van zijn cyclus is gekomen dan toch op z’n minst over niet al te lange tijd kijkerspubliek en relevantie zal gaan inboeten. Daarover heeft Victor Vlam, sinds enige tijd aanschuivend als mediadeskundige bij Vandaag Inside, zo zijn eigen gedachten.

‘Ja, ik zie sleetsheid bij veel talkshows. De manier waarop iemand als Splinter Chabot overal aanschuift en op die manier door talkshows van de NPO als het ware stuk wordt gekauwd, is een zwaktebod. Al is het eigen aan het genre dat makers en producenten op zeker spelen. En vrij schaamteloos na-apen. Hoeveel talkshows hadden niet opeens sidekicks en vliegende reporters toen DWDD daarmee scoorde? Talkshows hebben altijd al de neiging gehad op elkaar te gaan lijken. En nu het er steeds meer worden, neemt het imitatiegedrag logischerwijs ook toe.’

De kwaliteit van talkshows mag bij Vlam dan onder een vergrootglas liggen, met een onbekende uitkomst, over het veronderstelde einde of de neergang van de talkshow is hij glashelder. Daar is geen sprake van! ‘Omdat nieuws en dramaseries steeds meer via andere kanalen worden gevolgd, wordt het medium televisie steeds meer synoniem met live-tv. En talkshows zijn live. Dus als tv-genre zal het de komende jaren, verwacht ik, alleen maar verder in belang toenemen. De aantrekkingskracht van tv-zenders zal steeds meer door talkshows worden bepaald. Investeringen in talkshows zie ik dan ook eerder toe- dan afnemen.’

De ironie van het toekomstige talkshowlandschap, zoals Vlam die schetst, is dat wat de jongeren zeggen te verafschuwen – namelijk dat talkshows geen concreet resultaat opleveren en te vaak verwarring vergroten in plaats van verkleinen – alleen maar verder zal toenemen. Inhoud kost namelijk geld. Vlam: ‘Hoewel een talkshow maken relatief goedkoop is, heb je toch een fikse redactie nodig om elke dag opnieuw de onderwerpen te bepalen en de gasten te regelen. Bij de Eva-redactie werken toch algauw een stuk of dertig mensen. Dus wát er aan inhoud in een talkshow zit, moet voorgeproduceerd worden. Dat is arbeidsintensief. En allesbehalve gratis.’

Steeds dezelfde characters

Met het benadrukken van de kosten neemt Vlam een aanloopje naar een fenomeen dat in Amerika al gevestigd is, maar in Nederland nog vrij bescheiden meehobbelt en de informatiedichtheid van praatprogramma’s zeker niet gaat opkrikken: de panelshow. ‘Vanuit de commercie geredeneerd is het voordeel van panelshows dat je dagelijks nóg minder hoeft voor te bereiden,’ aldus Vlam. ‘Omdat steeds dezelfde characters op een vaste plek in een vast decor zitten. Kies je die panelleden aan het begin zó uit dat ze allemaal vlot kunnen praten, elkaar karakterologisch goed aanvullen en ze gezamenlijk ook nog eens het hele onderwerpen- en meningenspectrum bestrijken, dan ben je spekkoper. En heb je tot in lengte van dagen het recept voor een veelbekeken panelshow.’ Klopt het dat Vandaag Inside eigenlijk meer een panelshow is dan een talkshow? ‘Bijna wel, hè. Wilfred, Johan en René zijn in feite het geoliede panel van die show. Ze zitten er elke dag. Zij kléuren de uitzending!’ 

Vlam wijst op de Amerikaanse panelshow The View, die bij de zender ABC al ruim twee decennia een vaste plek heeft verworven. En na al die tijd nog altijd razend populair is. ‘Het is een vrouwelijke variant van Vandaag Inside. Net als bij Wilfred en consorten komt alles ter sprake: politiek, kunst, mode, showbizz, wat niet al? Sterren als Whoopi Goldberg en Megan McCain zijn door dit programma nóg meer gaan schijnen.’

Intolerant links

Bij de vraag of talkshows de laatste ontmoetingsplekken zijn in een verbrokkeld medialandschap (en daarmee tegenwicht bieden aan online-‘snippets’ die je eigen wereldbeeld onderstrepen) dan wel voornamelijk lolly’s om het kijkerspubliek naar een bepaalde zender te trekken, neigt Vlam naar het laatste. ‘Eigenlijk speelt alles dat rechts van de VVD zit in de grote talkshows geen enkele rol. En dan heb je het toch grofweg over een derde van de Tweede Kamerzetels. Dat constaterende vind ik dat de maatschappelijke waarde van talkshows zeer beperkt blijft. Pathetisch te zeggen dat het de “laatste ontmoetingsplekken” zijn, onderschrijf ik dus niet. Kijk de statistieken er maar op na: bij talkshows zijn links georiënteerde gasten veruit in de meerderheid! Zelfs bij een rechtse omroep als WNL. Talkshows zijn dus eerder zélf een bubbel, dan dat ze de bubbel doorbreken.’

Wat zegt het over het kijkerspubliek dat al die met linkse gasten volgeladen talkshows maar blijven bestaan? En zich van tv-seizoen naar tv-seizoen kunnen blijven slepen? Vlam: ‘Dat rechtse kijkers wel genegen zijn naar linkse talkshows te kijken, maar linkse kijkers niet naar rechtse. Voor rechtse talkshows is nauwelijks markt.’

Is dit een zoveelste voorbeeld van linkse intolerantie?

‘Je kunt in ieder geval constateren,’ weegt Vlam zijn woorden, ‘dat de bereidheid van rechtse stemmers om naar linkse talkshow-gasten te kijken veel groter is dan die van linkse stemmers om naar rechtse talkshow-gasten te kijken.’          

Wynia’s Week verschijnt drie keer per week, 156 keer per jaar, met even onafhankelijke als broodnodige artikelen en columns, video’s en podcasts. De groei en bloei van Wynia’s Week is te danken aan de donateurs. Doet u al mee? Doneren kan op verschillende manieren. Kijk HIER. Hartelijk dank!