Het vrijgevochten Griekenland bevrijdt u van linkse denkdwang en klimatisme

ArnoutNuijt 21-8-25-BEELD_scaled
Het Griekse eiland Spetses. Beeld: Arnout Nuijt.

Eeuwenlang misschien wel kregen Grieken en andere christenen in het Ottomaanse Rijk van hun priesters te horen dat ze de islamitische overheersing door de Turken (de tourkokratia) maar geduldig moesten ondergaan, omdat het Gods wil was geweest, als straf voor hun zonden. Maar, zo predikten de geestelijken, ergens in de toekomst lonkte de romeïko: de bevrijding van de tirannie van de Antichrist in de gedaante van de sultan. De Grieken zouden daarbij steun krijgen van buitenlandse vorsten. Hoe die bevrijding uiteindelijk in zijn werk ging kunt u verder lezen in The Greek Revolution, 1821 and the Making of Modern Europe (2021) van de Britse historicus en Griekenland-kenner Mark Mazower. 

Inderdaad, een honderdjarige Griekse bevrijdingsoorlog begon in de jaren twintig van de negentiende eeuw, met een opstand tegen de Ottomanen op de Peloponnesos. De revolte werd door Europeanen van heinde en ver gesteund met geld en vrijwilligers. De stoere strijd van de Grieken tegen de Ottomaanse overheersing paste naadloos in de Romantische tijdgeest van de rest van Europa, al leek de Griekse cultuur uit die tijd weinig meer op de Griekse wereld uit de Oudheid. Voor de klassiek geschoolde Noord-Europese elite zou een bezoek aan de beroemde steden uit de Oudheid steevast uitlopen op een teleurstelling: die lagen al eeuwen in puin. Het land van de oude Grieken lag er na eeuwenlange Turkse bezetting maar armetierig bij.  

Autochtonen 

Ook de onstuimige Britse dichter Lord Byron liet het veroveren van vrouwen even voor wat het was. Hij verkocht zijn landhuis en snelde – zonder militaire ervaring, maar met zijn hele vermogen – toe om de Grieken te helpen. Voordat hij echter met een eigen legertje een Turks fort kon aanvallen, bezweek hij aan een hevige, ter plekke opgelopen koorts.  

Na een tiental jaren echter zouden de Grieken met buitenlandse hulp de Peloponnesos en de streek ten noorden ervan bevrijden en werd het stoffige dorpje Athene uitgeroepen tot hoofdstad. Grieken die binnen dat gebied leefden werden vanaf dat moment autochtonen genoemd; die daarbuiten, in gebieden die nog bevrijd moesten worden, heterochtonen. 

Gaandeweg wisten de Grieken hun grondgebied gestaag uit te breiden en veel volksgenoten te bevrijden. Het Ottomaanse Rijk werd intussen, mede door Oostenrijk-Hongarije en de Russische tsaren, langzaam teruggeduwd in de richting van de Bosporus. Na de volledige ineenstorting van dat rijk tijdens de Eerste Wereldoorlog poogden de Grieken nog grote Griekse minderheden nabij Istanboel (Constantinopel) en rond Izmir (Smyrna) te bevrijden en die gebieden in te lijven, maar dat bleek een brug te ver. De Turken hervonden zich snel onder leiding van Atatürk en versloegen het Griekse leger in 1923.  

Meer dan een miljoen heterochtone Grieken uit wat nu Turkije is vluchtten tijdens deze Megali Katastrofi (Grote Verwoesting) naar Griekenland. Honderdduizenden in Griekenland wonende Turkse moslims werden tegelijkertijd naar Turkije uitgezet, zodat Griekenland een vrij homogene bevolking overhield.  

Burgeroorlog 

Griekenland bleek echter onregeerbaar. Tijdens de rest van het Interbellum was de politiek van het land zeer instabiel en eind jaren dertig kwam de dictator Metaxas aan de macht. In de Tweede Wereldoorlog werd het land door Nazi-Duitsland bezet en dat legde de kiem voor een burgeroorlog die in de tweede helft van de jaren veertig zou doorwoeden. Communistische verzetsbewegingen kregen grote delen van het land onder controle.  

Na 1945 slaagde de nieuwe Griekse regering erin om slechts na jarenlange felle strijd en met Brits-Amerikaanse steun het land terug te veroveren. Wat ook hielp was dat de Moskou-getrouwe Griekse communisten de steun verloren van Joegoslavië, terwijl Josef Stalin geen heil zag in het voeren van een proxy-oorlog tegen de VS en Groot-Brittannië in het Middellandse Zee-gebied. 

Financiële crisis 

De naoorlogse periode werd wederom gekenmerkt door instabiliteit. Zowel links als rechts deed pogingen tot een staatsgreep. Teveel om op te noemen. Eén poging slaagde echter en leidde tot een nieuwe, rechtse dictatuur: het zogenaamde kolonelsregime, dat heerste van 1967 tot 1974. Hierna kwam het land, ondanks sterke radicale tendensen op links en rechts, toch wat meer tot rust, zodat Griekenland kon toetreden tot de EU en later tot de Eurogroep. 

Meer recent echter leidde een wereldwijde recessie in 2009 tot een grote financiële crisis in het land, waarbij onder meer sprake was van een relatief hoge overheidsschuld, een oplopend begrotingstekort en tegenvallende economische prestaties. Griekenland werd gedwongen een aantal zware maatregelen te treffen, waaronder privatisering van onder andere lucht- en zeehavens.  

Zwarte economie 

Inmiddels is Griekenland het braafste jongetje van de klas in de ogen van de financiële markten en praat men zelfs over het Griekse wonder. De links-populistische oud-minister van Financiën Yanis Varoufakis schreef echter onlangs in De Groene over de keerzijde van het Griekse succes. De Grieken zelf zouden in een ‘grimmige realiteit’ leven, terwijl het nationale inkomen in euro’s ongeveer gelijk is gebleven aan dat van 2009 en, mede door allerlei prijsstijgingen, het totaal beschikbare reële inkomen en de lonen drastisch zouden zijn gedaald.  

Het is zeker niet allemaal rozengeur en maneschijn in Griekenland, maar Varoufakis vergeet onder andere te vermelden dat zijn landgenoten recordhouders zijn voor wat betreft het bedrijven van een zwarte economie. Die bedraagt (volgens een studie van het Centre for Economic Policy Research) in Griekenland maar liefst 36 procent van het bnp, meer dan het dubbele van het gemiddelde voor ontwikkelde naties. Dat betekent onder meer dat schrikbarend veel Grieken voor hun eigen overheid verborgen houden dat ze wel degelijk een baan hebben en dat ze over meer geld beschikken dan volgens hun belastingopgave.  

Belastingontduiking is een Griekse traditie die nog stamt uit de tourkokratia van het Ottomaanse Rijk. Toen was het een daad van verzet. Grieken kunnen inmiddels goed voor zichzelf zorgen. Ze houden zich daarbij niet zo erg aan de regeltjes en dat geldt niet alleen voor de economie. Het land belijdt bijvoorbeeld Europese klimaateisen en andere regelgeving, maar verspilt daar letterlijk en figuurlijk niet al te veel energie aan. En dat valt de bezoeker op. 

Doodsangsten op Spetses 

De Amerikaanse schrijver Henry Miller, die aan het begin van de Tweede Wereldoorlog op Korfoe bij de Britse schrijversfamilie Durrell verbleef, schreef in het verslag van zijn Griekse reis The Colossus of Maroussi, hoe hij op het bekende eiland Spetses aankwam in een vreselijke storm en voor zijn leven had gevreesd.  

Schrijver dezes arriveerde drie jaar geleden eveneens op een uitdagende wijze op Spetses. De stokoude nog in de Sovjet-Unie gebouwde draagvleugelboot stootte tijdens de tweeënhalf uur durende overtocht vanuit de haven van Piraeus zoveel dieseldampen en zwarte rook uit (het liefst in het passagiersgedeelte), dat die niet alleen het plezier van het varen en het idyllische zeezicht verstoorde, maar ons ook zorgelijk stemde over de gevolgen voor onze gezondheid. Zo’n vervuilende schuit kon toch echt niet meer, besloten we (wees gerust, de boot is inmiddels vervangen door een zuiniger en schoner model). 

Nooit genoeg tijd 

Interne noch externe regelgeving is aan de Grieken besteed. Zo zijn er ook indicaties dat het land stilletjes een beleid voert van zogenaamde pushbacks, dat wil zeggen dat het asielzoekers en andere illegale vreemdelingen al direct aan de grens terugstuurt. Op deze manier zou Griekenland tienduizenden illegale migranten de toegang tot de EU hebben ontzegd, iets wat tegen internationale verdragen in zou gaan. De Griekse regering is, als hoeder van een EU-buitengrens, weliswaar door binnen- en buitenlandse instanties op de vingers getikt, maar komt er mee weg.  

Als u Griekenland voor vakantie bezoekt, feliciteer ik u. De ongelooflijk lange kustlijn van het vasteland en van de talloze interessante eilanden, met om de tien kilometer een pittoresk vissersdorpje waar u zomaar langer zou willen blijven en de tijd vergeet… er is nooit genoeg tijd om het allemaal te zien. U kunt besluiten om de rest van uw leven elke vakantie naar Griekenland te gaan, alle veerdiensten die er zijn uit te proberen, een record aantal eilanden te bezoeken… het gaat u toch echt niet lukken. Je kunt er eeuwig op vakantie.   

Maar als u gaat, verwacht dan niet teveel terug te zien van regels en opvattingen die u in grootstedelijk Nederland gewend bent. Inderdaad, een bijkomend voordeel van een vakantie in Griekenland is dat u nauwelijks wordt lastig gevallen met allerlei woke regeltjes en nieuwerwetse opvattingen over geslacht, voedsel en vervoer. Ook bent u verlost van een overdosis van het horen en lezen van het begrip energietransitie. 

Pas echter wel op. Als u wat langer blijft dan gaat u zich ergeren aan de tekortkomingen van de lokale overheid. U gaat uzelf zowaar betrappen op linkse gedachten, althans gedachten waarvan u dacht dat u ze niet meer had. Zo gaat u pleiten voor een hogere belastingopbrengst om het Griekse begrotingstekort terug te dringen. Nee, niet zozeer door de belastingen te verhogen, maar door een vereenvoudiging en effectievere inning. En u gaat ineens vinden dat ze in Griekenland toch echt wat meer aan het milieu moeten doen, want wat bij ons belachelijk overdreven is geregeld, wordt daar toch echt maar wat magertjes aangepakt.  

Weer in balans 

En als u op dat punt beland bent, dat u meer regels wilt in plaats van minder, dan bent u goed los van uw ergernissen in Nederland. U bent dan namelijk echt op vakantie. In Griekenland komt u, vrij van linkse denkdwang en klimatisme, weer in balans en wordt u uw oude zelf: die kloeke gast of meid van twintig jaar geleden. Griekenland doet dat voor u…  

Kom dus gauw weer naar huis, want u hoort hier. En we hebben u hier hard nodig om Nederland weer in balans te krijgen. 

Wynia’s Week brengt broodnodige, onafhankelijke berichtgeving: drie keer per week, 156 keer per jaar, met artikelen en columns, video’s en podcasts. Onze donateurs maken dat mogelijk. Doet u mee? Hartelijk dank!