De Nederlandsche Bank hangt ten onrechte de missionaris uit met klimaat en pensioen

knot
Klaas Knot, president van de Nederlandsche Bank. Bron foto: accountant.nl

Binnen vijf maanden twee keer door de rechter op de vingers worden getikt. Dat wens je niemand toe. Om te beginnen sta je lelijk te kijk. Maar als je De Nederlandsche Bank bent, de ‘oppergod’ van het toezicht op banken, verzekeraars en pensioenfondsen, en de rechter diskwalificeert je beleid, dan is dat ook een regelrechte aantasting van je autoriteit.

De twee uitspraken gingen over kerntaken van de centrale bank: toezicht op financiële instellingen. Tot de invoering van de euro (1999) en de oprichting van de Europese Centrale Bank (ECB) had de Nederlandsche Bank twee hoofdfuncties: de waardevastheid van de gulden bewaken én zorgen dat banken, verzekeraars en pensioenfondsen niet failliet gaan.

De gulden bestaat niet meer, de rentepolitiek is in handen van de ECB in Frankfort en ook het toezicht op de soliditeit van de grote Nederlandse banken is inmiddels een ECB-taak. Dus wat blijft er over? Toezicht op de rest van de Nederlandse financiële wereld.  

Gevoelige nederlagen

In dat toezicht staan naast de hoogte van het kapitaal van banken twee onderwerpen centraal. De eerste is: zijn de mannen en vrouwen aan de top van financiële bedrijven capabel en betrouwbaar? Deze toetsing op integriteit en competentie moet voorkomen dat cowboys er met uw geld vandoor gaan. Het tweede onderwerp is: voldoen de financiële bedrijven aan hun wettelijke plichten, met name aan het bestrijden van witwaspraktijken van klanten. Daar heeft de Nederlandsche Bank vanwege tekortkomingen inmiddels boetes opgelegd van vele honderden miljoenen euro.

Juist bij de laatste twee kerntaken leed de Nederlandsche Bank de laatste maanden gevoelige nederlagen. In oktober 2022 zei de bestuursrechter met zoveel woorden: Bunq Bank zit niet fout met een eigen systeem om witwastransacties op te sporen als de Nederlandsche Bank zelf een andere methode prefereert. De normen die de centrale bank voorschrijft zijn niet vanzelfsprekend zaligmakend.

Vorige week ging het opnieuw fout. Twee voormalige directeuren van internetbroker De Giro zijn grotendeels in het gelijk gesteld tegen een eerdere beslissing van de centrale bank dat zij niet geschikt en betrouwbaar zouden zijn. Wie als (kandidaat)bestuurder niet door deze toetsing komt, krijgt in feite een beroepsverbod, want je kunt nergens meer in de financiële wereld terecht in een functie met eindverantwoordelijkheid.

Nieuwkomers zijn niet bang

In beide rechtszaken is het opvallend dat het juist mensen van nieuwkomers in de geldwereld zijn die de kat de bel aanbinden. De nieuwkomers dagen de gevestigde concurrenten uit. Daarmee geven zij consumenten meer keus. Dat heet marktwerking. Maar zij dagen óók de toezichthouder uit. Dat is iets dat de gevestigde financiële bedrijven zelden of nooit durven. Ze zijn bang voor commerciële repercussies, bijvoorbeeld als zij goedkeuring van de centrale bank nodig hebben voor overnames. Ze zijn bang om de lieve vrede te doorbreken.  

Maar de nieuwkomers zijn kennelijk niet zo beducht voor de toorn van de toezichthouders. Bunq en de oud-directeuren van De Giro laten een verfrissende wind waaien door de toezichtspraktijk. Het is goed dat ze dat doen, want financiële toezichthouders zijn machthebbers die in feite zonder veel externe, laat staan parlementaire controle hun gang kunnen gaan.

Ze verschuilen zich achter hun onafhankelijkheid, alsof dat een vrijbrief is om beleid te blijven voeren dat de rechter heeft ontkracht. Het Financieele Dagblad, dat afgelopen weekeinde het nieuws bracht over de twee oud-Giro bestuurders, tekende op dat de Nederlandsche Bank vanwege ‘toezichtsvertrouwelijkheid’ niet wilde reageren op de uitspraak van de rechter.

Meer taken, meer geld

Het ontbreken van adequate politieke controle op de machtsuitoefening van de Nederlandsche Bank, maar ook van de Autoriteit Financiële Markten, stelt ook teleur omdat toezichthouders graag hun werkterrein en hun budget uitbreiden. Dat is de groeistrategie van bureaucraten. Want er is altijd wel een misstand, al is het maar een dreigende misstand (misleiding bij cryptomunten?), die in kaart gebracht moet worden, moet worden gecontroleerd en mogelijk met boetes bestreden moet worden.

Het verlangen tot uitbreiding van taken en capaciteit gaat de laatste jaren gepaard met een opvallende politisering. Neem de Nederlandsche Bank als voorbeeld. Men is, afgezien van zijn toezichtfunctie, ook een raadgever van het kabinet voor economische onderwerpen, van de euro tot het begrotingssaldo. Dat doet het Centraal Planbureau ook. Niks mis mee.

Waarom weet DNB het beter?

Maar je ziet de laatste jaren dat de Nederlandsche Bank een stapje verder gaat. De centrale bank wordt, bijvoorbeeld in het klimaatdebat, steeds explicieter welk beleid banken, verzekeraars en pensioenfondsen moeten voeren. De waarschuwingen over de risico’s van beleggingen in en kredieten aan bedrijven in en om de fossiele industrie worden luider en urgenter. Je zou zeggen: zulke keuzes behoren toch bij uitstek tot de competentie van de ondernemer. Waarom weet de Nederlandsche Bank het beter?

Zo mogelijk nog opvallender is de rol van de Nederlandsche Bank in het debat over een radicale verandering van pensioenen. De centrale bank heeft in de pensioenwereld al een opeenstapeling van rollen. Men is toezichthouder op de financiële positie van pensioenfondsen. Men is de arbiter van de competentie en integriteit van bestuurders en directeuren. Verder is men ook een algemene regelgever.

Maar nu is de Nederlandsche Bank ook missionaris en propagandist. Terwijl de Eerste Kamer nog moet beslissen over nieuwe pensioenwetgeving, heeft de centrale bank al vastgesteld dat het wetsontwerp de beste oplossing is. Of politici maar even willen tekenen bij de stippellijn. De centrale bank is trots op zijn onafhankelijkheid, maar dat betekent wel dat zij moet wegblijven van politisering van onderwerpen als klimaat en pensioen.    

Menno Tamminga was redacteur en economisch columnist van NRC Handelsblad. Sinds augustus 2022 staan zijn wekelijkse columns in Wynia’s Week.

Wynia’s Week is onafhankelijk en ongebonden. Dat wordt mogelijk gemaakt door de donateurs. Doet u mee? Dat kan HIER. Hartelijk dank!