‘Doe wat u wilt, maar niet met mij’: de zichtbare sporen van Inez Weski in het Rifgebergte 

WW Werdmölder 10 juni 2023
Strafpleiter Inez Weski. Beeld: YouTube

De aanhouding – op 21 april – van de bekende gothic strafpleiter Inez Weski kan gezien worden als een nieuw dieptepunt in de bestrijding van de drugsmaffia in Nederland. Weski is aangehouden op verdenking van deelname aan een criminele organisatie en het doorspelen van berichten. De verdenking is ontstaan in de lente of zomer van 2022, bij het proces tegen de media-advocaat Yoessef Taghi, toen een update beschikbaar kwam met ontsleutelde berichten van de gekraakte berichtendienst Sky ECC.

Met haar aanhouding en verlenging van het voorarrest is de bestrijding van de zware misdaad in Nederland in een nieuwe fase beland. Het lijkt erop dat het Openbaar Ministerie (OM) intensief heeft samengewerkt met de Italiaanse justitie. Na een verzoek van de Orde van Advocaten in Rotterdam is Weski door de Raad van Discipline geschorst van het tableau. 

Dit besluit viel hem zwaar, zei de Rotterdamse deken Peter Hanenberg in Nieuwsuur. ‘Mevrouw Weski is bijna 45 jaar advocaat en heeft een schoon tuchtrechtelijk verleden. Ze heeft met een bijna bovenmenselijke toewijding dat vak uitgeoefend. Maar je moet het onderzoek kunnen afwachten en pas op de plaats maken.’ Op 12 mei werd haar beperking opgeheven, zodat Weski weer contact mag hebben met de buitenwereld.

Het is interessant om de loopbaan van Inez Natali Weski (1955) in kaart te brengen. Ze was tot voor kort eigenaar van een klein familiekantoor. Ook haar zoon Guy (1981) en zus Miriam (1953) zijn advocaat. In een uitzending van Zomergasten in 2020 liet ze weten geen details over haar privéleven te willen delen. Wie de schaarse informatie over Inez Weski goed doorvlooit komt nog te weten dat ze vijf katten heeft, drie kleinkinderen en een zwarte Porsche. Ze vindt zichzelf een autodidact en ze is een workaholic.   

Geen drank en nooit met vakantie

In 2008 werd Weski in NRC Handelsblad geïnterviewd door de prominente journalist en oud-hoofdredacteur Folkert Jensma. ‘Ze werkt altijd, drinkt niet en gaat vrijwel nooit met vakantie,’ noteerde hij. ‘Vakantie is vluchtgedrag. Alleen op vrijdagavond werkt ze “meestal niet”. Maar dat is het dan wel. (-) Regelmatig is ze hele weekenden aan de slag. Een dossier doornemen, vakliteratuur bijhouden. Ze wil per se de laatste stand van de jurisprudentie kennen. Ze kan ook plezier beleven aan een juridische redenering.’

In contacten met cliënten houdt ze de regie strak in handen, zo liet Weski aan Jensma weten. ‘Ik ben daar dominant in, ja. Hoewel er ook zaken zijn waarin je meer samen bezig bent. Maar als ik iets niet wil, doe ik het niet. Doe wat u wilt, zeg ik dan. Maar niet met mij.’

Op de bijgaande foto zien we haar afgebeeld in een houding die sterk doet denken aan een Japanse Zen-leraar. Weski draagt tot op haar enkels een lange zwarte kimono, haar beide armen heeft zij licht gebogen over haar bovenlichaam. Haar ogen zijn traditioneel zwart omrand en het hoofdhaar heeft een zwarte spoeling gekregen. In haar donkere werkkamer wordt zij omgeven door Afrikaanse maskers. Ze is een bijzondere verschijning en stáát ergens voor. In een interview met het Advocatenblad zei Weski in 2020 dat ze ‘professionele afstand houdt tot haar cliënten’. Met elkaar lunchen is uit den boze.

Weski kreeg als adovcaat landelijke bekendheid dankzij de Ramola-zaak. In deze strafzaak uit 1993/1994 werd een groot aantal verdachten, behorende tot drie Marokkaanse families, in verband gebracht met grootschalige handel in cannabis. Het verdiende geld werd via de Rabobank doorgesluisd naar familie in Marokko. Vandaar de aanduiding Ramola: een samentrekking van ‘Rabobank’ en ‘money laundering’. Met de drugshandel in Nederland, Frankrijk en Duitsland zou in acht jaar tijd honderden miljoenen guldens zijn verdiend. In de afgeluisterde telefoongesprekken hadden de verdachten het over ‘cassettes’, ‘biggetjes’ en ‘tapijten’.

De zaak kwam aan het licht na een melding door de Rabobank van ongebruikelijke wisseltransacties. Aanvankelijk startte het onderzoek te Utrecht, maar op grond van aanwijzingen dat het geld werd ingezameld bij een aantal Rotterdamse adressen werd het onderzoek overgenomen door de regiopolitie Rotterdam-Rijnmond.

Het rechercheonderzoek, met niet minder dan zestien rechercheurs, nam meer dan achttien maanden in beslag. Vanwege het gesloten karakter van de criminele organisatie en de sterke familieverbanden werd noodgedwongen een (betrouwbare en geregistreerde) informant uit het criminele circuit ingezet, die vier keer heroïne en cocaïne van de groep kocht. Niet om bewijs tegen personen te verkrijgen, maar om het tactische onderzoek te sturen. In totaal achttien personen werden vervolgd. De afloop van de zaak stelde echter velen teleur.

Weski hield Marokkaanse drugscriminelen uit de cel

De Rotterdamse strafrechter verklaarde het Openbaar Ministerie (OM) op belangrijke punten niet ontvankelijk. De politie en het OM zouden in de opsporing oncontroleerbaar te werk zijn gegaan. Het OM wilde op een aantal vragen geen antwoord geven, omdat dan de identiteit van de informant bekend zou worden en zijn leven in gevaar gebracht. Wanneer dat het geval is, zo oordeelde de rechter, is het onmogelijk zelfstandig te toetsen of de wederpartij van de informant niet door de informant is uitgelokt. Consequentie van dit alles was dat de verdachten op vrije voeten werden gesteld. De twee geldwisselaars kregen slechts tweeëneenhalf jaar cel.

Het OM ging bij het Hof in hoger beroep en op grond daarvan werd de zaak heropend. Maar de verdachten waren toen al gevlogen: met Royal Air Maroc – eerste klas – naar hun Marokkaanse thuisbasis.

Weski was de advocaat van de Marokkaanse families. In haar pleidooi stelde ze de ‘illegitieme inbreng van een politie-informant’ nadrukkelijk en succesvol aan de orde. De verdachten waren dan ook vol lof over Weski. De afloop van de rechtszaak was voor haar een persoonlijke overwinning.

in 1995 vloog ik naar Nador, in het noordoosten van Marokko, vlakbij de grens met Algerije. Ik was benieuwd waar het misdaadgeld was gebleven. Met een gammele taxi werd ik naar Driouch gebracht, een dorp in het Rifgebergte waar de drie families in de Ramola-zaak vandaan kwamen.

Twee gebouwen trokken meteen mijn aandacht: de dependances van de Wafabank en de Crédit du Maroc. Boven de toegangsdeur van de Crédit hing een spandoek met de tekst: Bienvenue à nos ressortissants Marocains ’á l’étranger. Bij mijn wandeling stelde ik vast dat er recent enorme bouwactiviteiten hadden plaatsvonden. Een riante villa had zelfs een zwembad op het dak. Ook de moskee was compleet nieuw.                                                                           

Het kon niet anders of deze activiteiten waren gefinancierd met de vele miljoenen aan drugsgeld uit Nederland. In de hoofdstraat, de Rue Nador, zag ik ook enkele BMW’s uit de superklasse en gloednieuwe Mercedessen voorbijrijden – met Nederlandse kentekenplaten. Vragen stellen doe je niet in zo’n omgeving. Ik zag het al voor mij: ‘Waarom wilt dit weten? Waar komt u vandaan? Hebt u een vergunning om deze vragen zomaar te stellen?’

Weski wantrouwt de overheid en dan vooral het OM

In 2015 werd een zus van Taghi bijgestaan door een advocate van Weski’s kantoor. Het jaar daarop was Weski advocaat van Ridouan Taghi in een civiele zaak. In 2019 werd zij zijn spil-advocaat in het Marengo-proces, waarin hij hoofdverdachte is. Weski was in een eerdere fase al advocaat van Naouffel F., alias Noffel, die in nauw contact stond met Ridouan Taghi en Rico R., beter bekend als ‘Rico de Chileen’, die wordt gezien als een belangrijke partner van Taghi.

Weski, zo weten we, wantrouwt de overheid en dan vooral het Openbaar Ministerie. ‘Justitie belazert je waar je bij bent,’ zei ze in het eerdergenoemde NRC-interview. ‘Ze griezelt van een overheid die op allerlei manieren de burger bejaagt, beluistert en in de gaten houdt,’ voegde Folkert Jensma eraan toe.

Maar als burger zou je natuurlijk ook kunnen griezelen van criminelen van het type Ridouan Taghi. Dan gaat het over het laten vermoorden van mogelijke concurrenten en tegenstanders. In de woorden van Taghi: ‘Ze laten slapen’.

Dat advocaten onderdeel kunnen zijn van een criminele organisatie is voor Nederland een nieuw gegeven. De maatschappelijke impact van de zaak, en eerder van het strafbare handelen van media-advocaat Yoessef Taghi, is dermate groot dat door de Tweede Kamer inmiddels wordt aangedrongen op nieuwe regelgeving.

Hans Werdmölder is criminoloog en antropoloog. Hij is onder meer de biograaf van prof A.N.J. den Hollander: Den Hollander – Dwars boegbeeld van de Nederlandse sociologie. Het boek is een uitgave van Uitgeverij Blauwburgwal en HIER te koop.

Wynia’s Week verschijnt 104 keer per jaar met even onafhankelijke als broodnodige berichtgeving. De donateurs maken dat mogelijk.Doet u mee? Hartelijk dank!