Hoe onafhankelijk is de toezichthouder?

vuurwerkramp-in-enschede

De hele Europese Commissie moest twintig jaar geleden opstappen na onthullingen van klokkenluider Paul van Buitenen. Nu heeft hij zich vastgebeten in de Enschedese vuurwerkramp. Van Buitenen heeft niet veel op met het ‘onafhankelijk’ toezicht op de overheid. ‘Daar wordt vooral het belang van de overheid bewaakt. Men wil rust in de polder.’

In 1999 schreef Van Buitenen zijn boek ‘Strijd voor Europa’. Daarin deed hij verslag van zijn strijd als – toen nog – ambtenaar tegen fraude bij de Europese Commissie. Een citaat: ‘Mijn doel is daarbij niet zozeer af te rekenen met personen en hun praktijken. Ik wil hiermee vooral ook laten zien onder welke omstandigheden mensen er makkelijker toe komen om onregelmatigheden, fraude en corruptie zelf te plegen of toe te staan dat anderen deze in praktijk brengen. Het systeem zelf deugt niet als de controlefunctie hapert en als er een verkeerde cultuur heerst binnen de leiding.’

Als één van de weinigen wist Van Buitenen de vinger, met feiten onderbouwd, bij het falen van de Europese Commissie te leggen. Een Commissie die uiteindelijk moest aftreden. Hierna ging Van Buitenen onder de vlag van Europa Transparant van 2004 tot 2009 het Europees Parlement in.

Paul van Buitenen

Nadat hij niet herkozen was richtte Van Buitenen zich op het steunen van klokkenluiders middels de Stichting Expertgroep Klokkenluiders. Zelf beet hij zich vast in de kwestie van de grote vuurwerkramp in Enschede (2000), waarvan hij vermoedde dat er heel wat zaken aan het onderzoek niet correct waren verlopen, zoals de veroordeling van de inmiddels overleden hoofdverdachte André de Vries en de directeuren van S.E. Fireworks, Rudi Bakker en Willy Pater.

Na eigen onderzoek door het OM en de regering luidde de conclusie dat de ramp het gevolg zou zijn geweest van de opslag van te veel en te zwaar vuurwerk. Van Buitenen betwijfelt dat: ‘Er is door alle betrokken onderzoeksinstanties toegewerkt naar één conclusie waarvoor onderzoeksresultaten onderling werden afgestemd: de schuld moest liggen bij het bedrijf S.E. Fireworks. Uit mijn onderzoek blijkt dat er een oordeel is geveld op basis van verkeerde feiten en dat relevante informatie bewust is weggehouden,’ zo verklaarde hij in een interview in Trouw van december 2018.

Enschede sjoemelde

Opvallend aan Van Buitenens methode van werken is dat hij zich bijna uitsluitend richt op direct betrokkenen van destijds: brandweerlieden, deskundigen, politici, het Nederland Forensisch Instituut (NFI), TNO en de rijksrecherche. Zijn conclusie: S.E. Fireworks heeft helemaal geen vuurwerkregels overtreden, maar de explosie is ontstaan door gepruts met licht vuurwerk. De regels omtrent vuurwerkopslag zijn echter verkeerd en verschillende betrokken ministeries wisten dat. De factor die heeft gesjoemeld met vergunningen, is de gemeente Enschede, aldus Van Buitenen.

Volgens Van Buitenen zijn rechters bewust misleid met het doel de overheid buiten schot te houden. Dus bracht hij onlangs een lijvig onderzoeksrapport uit, dat werd aangeboden aan leden van de Tweede Kamer. Een meerderheid van de Tweede Kamer drong vervolgens aan op nieuw onderzoek, maar de Onderzoekraad voor de Veiligheid legde het verzoek naast zich neer. ‘Te lang geleden om nog gedegen onderzoek naar te kunnen doen,’ was het korte antwoord. Bericht uit de krant Trouw.

Van Buitenen in de media: ‘Ik heb begrepen dat dit besluit puur op formele gronden is genomen. Slecht onderbouwd bovendien’. Hij heeft nu aangifte gedaan van strafbare feiten, gepleegd in de context van de vuurwerkramp. Artikel van de aangifte van Paul van Buitenen en bekijk of download hier de aangifte.

Tubantia

Onderzoek in de doofpot

Heeft Van Buiten nieuwe feiten boven tafel gekregen over de vuurwerkramp? Deels, maar dat vormt niet de hoofdmoot van zijn rapport. Al toen hij onderzoek deed in Europa gaf hij aan wat er vaak speelt bij moeilijke, uitgebreide onderzoekszaken: ‘De nieuwe elementen in mijn dossiers bestaan niet uit ontdekkingen van nieuw bewijsmateriaal, maar uit de ontdekking dat het bestaande bewijsmateriaal onvoldoende is onderzocht. Volgens sommigen zelfs bewust… Ik heb niet de klok geluid over de onregelmatigheden zelf; meestal was dat al gebeurd. Ik heb de klok geluid over de doofpot waarin al deze affaires verdwenen: het gebrekkige of beperkte onderzoek en het uitblijven van maatregelen.’

Aan Van Buitenen de vraag waarom de toezichthouders falen. ‘Controleurs doen hun werk niet uit gedrevenheid en idealisme. Dat soort motivatie bestaat alleen in jongensboeken. De werkelijke motivatie putten controleurs uit carrièredrang, het dienen van het belang van de werkgever (de controlerende instantie in kwestie), zoals continuïteit en steun voor het voortbestaan van de organisatie. Ook het behoud van goede en werkbare contacten in het veld en de werkrelatie met collega’s en hiërarchie is belangrijk.’

Toezicht beschermt de overheid

Eigenbelang en bescherming van de eigen organisatie vormen dus de drijfveren van de controleur. Maar is dat alles? Neen.

Van Buitenen: ‘Via de top van de toezichthoudende instantie wordt tevens het achterliggend belang van de Nederlandse overheid bewaakt. Dat achterliggende en allesoverheersende belang is: rust in de polder, het in stand houden van overlegstructuren, bescherming van (leden van) netwerken, posities van de sociale partners.’

Wat Van Buitenen hier aanstipt is dat toezichthoudende instanties niet onafhankelijk zijn, maar een – althans in hun ogen – hoger belang dienen. Dat wordt steeds meer duidelijk bij met name justitie, overheid en politiek. Van Buitenen: ‘Iedereen kent elkaar. Gevestigde belangen gaan voor het geïsoleerd beschouwde belang van een melding van een misstand. Waartoe dat leidt zien we onder andere bij de Vuurwerkramp.’

De overheid is een oester

Door al het onderzoekswerk dat Van Buitenen heeft gedaan is hij tot een duidelijke conclusie gekomen waar de oorzaak van misstanden ligt: ‘In feite komt als rode draad één overheersend thema naar voren: een gesloten bestuurscultuur. Het is eerder regel dan uitzondering dat er een zekere geslotenheid heerst binnen grote overheidsorganisaties.

Van Buitenen: ‘Een veel gehoord commentaar van mensen die mij spreken is dan ook: ‘’Waar maak je je eigenlijk druk om? Dat gebeurt toch overal. Er is toch niets nieuws onder de zon?’’ Mijn wedervraag is dan: Is dat dan reden die cultuur maar zo door te laten bestaan?”

Van Buitenen is vrij pessimistisch gestemd: ‘Ik weet het even niet meer. Het democratisch systeem in Nederland zorgt ervoor dat jonge mensen die idealistisch beginnen aan een studie, carrière, stage of verkiezingen langzamerhand omgevormd worden tot pragmatische, opportunistische, resultaatgerichte, leugenachtige carrièretijgers of overlevingskunstenaars. Er zou zo ontzettend veel op de schop moeten, dat ik hier geen advies over weet te geven.’