Hoera, eindelijk een nuchter rapport over de impact van klimaatverandering op mens en natuur

‘Klimaatverandering is reëel, en dat verdient aandacht. Maar het is niet de grootste dreiging waar de mensheid mee geconfronteerd wordt. Die onderscheiding komt toe aan de mondiale energiearmoede.’ Aldus Chris Wright, minister van energie in de regering-Trump. Hij schreef dit ter introductie van een rapport van zijn departement over de impact van klimaatverandering op de wereld, en in het bijzonder op de VS.
Ook wat betreft klimaatbeleid waait in het Witte Huis de wind nu duidelijk uit een andere hoek. Hierover zei de vorige president Joe Biden bijvoorbeeld nog: ‘Klimaatverandering is probleem nummer 1 waar de mensheid nu voor staat. En het is probleem nummer 1 voor mij… Het is een existentiële bedreiging van de mensheid. Ongemoeid gelaten, gaat dit werkelijk deze planeet braden. Dit is geen overdrijving. Het is echt.’
Stevige kanttekeningen
De eerste vraag die opkomt bij deze publicatie is: hebben we nog niet genoeg rapporten over klimaatverandering? Zijn de stapels door het IPCC – de klimaatautoriteit van de VN – geproduceerd papier nog niet hoog genoeg? Zijn er nog niet genoeg kilometers blog geproduceerd door klimaatsceptici en critici van het IPCC?
Ja en nee. Er staat niks radicaals of revolutionairs in dit rapport. In wezen is alles terug te vinden in erkende wetenschappelijke literatuur (al is de presentatie soms iets gewijzigd). Het rapport citeert geen ‘wilde’ klimaatcritici als de Nobelprijswinnaar natuurkunde John Clauser, die in 2023 met zijn theorie over wolken-feedback de gevestigde klimaatwetenschap in zijn geheel naar de prullenbak wilde verwijzen.
En toch is dit rapport belangrijk, omdat het onder de vlag van de regering-Trump verschijnt. Op het departement van volksgezondheid trekt RFK (Robert F. Kennedy jr.) als een volbloed wappie van leer tegen vaccins en andere bewezen en effectieve geneeskunde. Deze vijf auteurs trekken echter niet ten strijde tegen de klimaatwetenschap als zodanig, maar plaatsen stevige kanttekeningen bij de gefabriceerde consensus op sommige punten, en vooral ook bij de desastreuze impact die klimaatverandering zou hebben op mens en natuur.
Dat begint al bij: hoeveel opwarming gaat onze CO2-uitstoot nog veroorzaken? Dat kan worden uitgedrukt in één getal: de evenwichts-klimaatgevoeligheid (ECS). Dat is het aantal graden dat de mondiale temperatuur uiteindelijk – na duizend jaar – stijgt als de CO2-concentratie in de atmosfeer verdubbelt vergeleken met het pre-industriële niveau. Als de ECS 5 graden is, is klimaatverandering een acuut probleem; als de ECS 2 graden is, is er eigenlijk weinig aan de hand. Ondanks een halve eeuw klimaatonderzoek en klimaatmodellen die draaien op de allergrootste supercomputers, is 2 tot 5 graden nog altijd de onzekerheidsmarge in de ECS. Volgens het meest recente IPCC-rapport ligt de ECS waarschijnlijk tussen 2,5 en 4 graden.
Curry c.s. wijzen op het algemeen erkende feit, dat alle klimaatmodellen de neiging vertonen om te veel opwarming te voorspellen, en dat uit echte waarnemingen een relatief lage ECS volgt, van waarschijnlijk tussen de 1,8 en 2,7 graden. Bovendien: de ECS gaat over opwarming tot eeuwen in de toekomst.
Een nuttiger criterium, dat echter in de publieke discussie over klimaat een veel mindere rol speelt, is de transient climate response (TCR), de actuele reactie van het klimaat op een verdubbeling van het CO2-gehalte over een periode van zeventig jaar, wat veel beter overeenkomt met wat er in werkelijkheid gaande is. De TCR is – uiteraard – lager dan de ECS; Curry c.s. houden het op 1,25 tot 2 graden.
Selectief shoppen
Moet je beleid baseren op wat waarschijnlijk over een halve tot een hele eeuw gebeurt, of op wat over vijf eeuwen misschien gaat gebeuren? Klimaatalarmisten erkennen dat onderscheid niet, en beperken zich tot de mantra dat we de gevolgen van klimaatverandering niet mogen afschuiven op toekomstige generaties. Terwijl niemand weet wat de achterkleindochter van Elon Musk in 2125 bedenkt om de aarde met veilige en spotgoedkope geo-engineering af te koelen.
Het rapport behandelt nog een aantal favoriete talking points van klimaatalarmisten: het bewijs dat klimaatverandering meer extreem weer veroorzaakt, is in veel opzichten zwak of afwezig, en bovendien heeft adaptatie nu al geleid tot een drastische afname van het aantal slachtoffers van orkanen en overstromingen. De verwoestende hittegolven waar de opwarming mee gepaard zouden gaan, zijn vooral een kwestie van selectief shoppen: tegen meer hitte-gerelateerde doden (die door simpele maatschappelijke aanpassingen trouwens goed te voorkomen zijn) staat een veelvoud aan voorkomen koude-gerelateerde doden. De voorspelde schade door hitte en droogte aan de mondiale landbouw wordt door het IPCC breed uitgemeten, maar ze verzwijgen het veel grotere positieve effect van CO2-bemesting en hogere temperaturen buiten de tropen.
Het zijn thema’s die door bekende bestrijders van het klimaatalarmisme als Bjørn Lomborg al jaren onder de aandacht gebracht worden (net als in het boek De klimaatoptimist van ondergetekende), maar die nog steeds op ontkenning en wegkijken van het politieke en wetenschappelijke establishment stuiten.
Alle geclaimde kommer en kwel van de huidige en toekomstige klimaatverandering kun je linksom of rechtsom in geld uitdrukken (mits je aan een mensenleven of een levensjaar een nominale waarde toekent), en dat delen door hoeveel ton CO2 nodig is om deze temperatuurstijging te veroorzaken. Het getal wat daaruit rolt is de Social Cost of Carbon (SCC), de maatschappelijke schade per ton uitgestoten CO2. Nota bene: die SSC hangt direct af van welke waarde voor de ECS je invult. Immers, als je aanneemt dat de ECS 5 graden is, is elke ton CO2 twee keer zo effectief in het opwarmen van de aarde als wanneer je aanneemt dat de ECS 2,5 graden is, dus richt die ton CO2 veel meer schade aan.
Enorme onzekerheid
Elke claim over de kosten van niets of te weinig doen tegen klimaatverandering door reductie van CO2-uitstoot gebruikt impliciet of expliciet de SSC als rechtvaardiging: het kost een bedrag X om de uitstoot met een miljoen ton te reduceren, maar dat bespaart toekomstige generaties een miljoen keer de SSC aan schade. Veel gebruikte waardes van de SCC liggen in de VS rond de vijftig dollar per ton, en in Europa tussen 60 en 100 euro per ton.
Curry c.s. wijzen terecht op de enorme onzekerheid in zulke berekeningen. Immers, om de maatschappelijke schade van die uitstoot over vijftig of honderd jaar te berekenen, moet je allerlei aannames doen over de economische groei en andere parameters in die periode, en ook over de geldwaarde van positieve effecten van CO2-uitstoot, zoals hogere oogsten in de landbouw. Al met al valt daar decennia van te voren nauwelijks een zinnig woord over te zeggen.
Ze concluderen dan ook dat de SCC voor de VS net zo makkelijk negatief kan zijn, dat wil zeggen: een ton CO2 extra uitstoten levert toekomstige generaties geld op in plaats van dat het hun geld kost.
Kortom, het heeft gewoon geen zin om de SCC als argument voor welk beleid dan ook te gebruiken.
Frisse blik
Ongetwijfeld zullen de usual suspects dit rapport gaan framen als een door Trump besteld stuk klimaatontkenning. Onterecht: de auteurs van dit rapport zijn allemaal academische onderzoekers die hun sporen in de ‘gevestigde’ wetenschap verdiend hebben. Zo was prominent fysicus Steven Koonin energie-adviseur van president Barack Obama. Judith Curry was jarenlang hoofd van de klimaat-afdeling van het Georgia Institute of Technology, totdat ze puur op grond van haar wetenschappelijke inzichten begon af te drijven van het klimaatalarmistische narratief en de rol van dissident opgedrongen kreeg. De auteurs eisten vooraf dat het ministerie niets aan hun rapport zou veranderen, en die garantie kregen ze.
Je zou willen dat een Nederlands kabinet eens zo’n werkelijk onafhankelijke commissie samenstelt om met een frisse blik te kijken naar kansloos vastgelopen projecten als ‘stikstof’ of de energietransitie.
Wynia’s Week brengt broodnodige, onafhankelijke berichtgeving: drie keer per week, 156 keer per jaar, met artikelen en columns, video’s en podcasts. Onze donateurs maken dat mogelijk. Doet u mee? Hartelijk dank!