Onze gezapige universiteiten zijn helemaal niet aantrekkelijk voor wegbezuinigde wetenschappers uit de VS

Onlangs publiceerde research.com een ranglijst van ‘de beste wetenschappers ter wereld’. Op de lijst staan per vakgebied de wetenschappers die de meeste wetenschappelijke artikelen hebben gepubliceerd die het vaakst zijn geciteerd door andere wetenschappers. Mijn eerste impuls nadat de ranglijst bekend werd, was om te kijken waar ik zelf sta op deze lijst. Op mijn plek was ik best een beetje trots.
Nederland doet het goed op de lijst van topwetenschappers. Zeker als ik kijk naar mijn eigen vakgebied: economie. Op de ranking staan de 2000 meest geciteerde economen. Hiervan komen er 80 uit Nederland. Dat lijkt weinig, maar is het niet. Het overgrote deel van de topeconomen komt uit de Verenigde Staten (85 procent) en het Verenigd Koninkrijk (18 procent). Ook als rekening wordt gehouden met de bevolkingsomvang hebben deze landen meer topwetenschappers dan wij. Anders is dat voor Duitsland (105 topeconomen op de lijst) en Frankrijk (80). Deze landen tellen relatief minder topwetenschappers dan Nederland. Hetzelfde geldt voor andere Europese landen.
Meegaande houding
Het grote verschil tussen de VS en Europa is dat de échte top van de wetenschap in de Verenigde Staten zit. Van de tien meest geciteerde economen komen er acht uit de Verenigde Staten. De meest geciteerde econoom is Nobelprijswinnaar Joseph Stiglitz die verbonden is aan Columbia University in New York. Hoe lang de VS de wetenschappelijke wereld nog zal domineren, is de vraag. Juist Columbia University kondigde deze week aan 180 medewerkers te moeten ontslaan omdat president Donald Trump 400 miljoen dollar aan federale subsidies voor de universiteit heeft ingetrokken.
De regering-Trump heeft een frontale aanval geopend op universiteiten. Trump vindt de topuniversiteiten te links en zegt dat ze te weinig doen om antisemitisme te bestrijden en te veel ruimte geven aan pro-Palastijnse betogers. Onder dreiging van het intrekken van federale subsidies probeert hij invloed te krijgen op onderwijs, onderzoek en het personeelsbeleid van universiteiten.
Universiteiten die toegeven aan de eisen van Trump, zoals Columbia University heeft gedaan, worden alsnog op hun budget gekort. De achterliggende reden lijkt vooral te zijn om kritische wetenschappers de mond te snoeren. De meegaande houding van veel universiteitsbestuurders en de angst die er onder veel wetenschappers leeft, geeft aan dat dit effect sorteert. Veel Amerikaanse wetenschappers overwegen inmiddels het land te verlaten.
Europa wil een toevluchtsoord worden voor Amerikaanse topwetenschappers die zich door de bezuinigingen en de aanval van de regering-Trump bedreigd voelen. De Europese Unie kondigde afgelopen maandag aan een half miljard euro beschikbaar te willen stellen om topwetenschappers te verleiden van de VS naar Europa te verhuizen. Europa ambieert de dominante rol van de VS in de wetenschap over te nemen.
De president van de Europese Commissie Ursula von der Leyen zei bij de aankondiging van het fonds om Amerikaanse topwetenschappers aan te trekken dat Europese landen vóór 2030 hun uitgaven aan onderzoek en wetenschap moeten verhogen tot 3 procent van het nationaal inkomen. Minister Eppo Bruins van Onderwijs kondigde al eerder aan te willen bekijken of er geld vrijgemaakt kan worden om Amerikaanse topwetenschappers naar Nederland te halen. Dit in navolging van de Franse president Emmanuel Macron die 100 miljoen euro beschikbaar heeft gesteld om buitenlandse toponderzoekers te verleiden naar Frankrijk te verhuizen.
Prestatiemeting is taboe
De ranglijstjes die research.com maakt van topwetenschappers kunnen helpen om topwetenschappers uit de VS te selecteren. Het probleem is echter dat in Nederland prestatiemeting en ranglijstjes taboe zijn verklaard. De maatstaven die meten hoeveel artikelen een wetenschapper heeft gepubliceerd en hoe vaak deze zijn geciteerd – en die door research.com worden gebruikt om de lijst van beste wetenschappers op te stellen – mogen aan Nederlandse universiteiten niet worden gebruikt. Ook onderzoeksfinancier NWO verbiedt het gebruik ervan bij beoordelingen van aanvragen voor onderzoekssubsidies.
De reden om het meten van prestaties in de ban te doen, is dat het volgens tegenstanders tot stress en een onaanvaardbaar hoge werkdruk voor onderzoekers leidt. Prestatiemeting en ranglijstjes zouden bijdragen aan de ratrace in de wetenschap. Dit tast het welbevinden van universiteitsmedewerkers aan en zorgt ervoor dat ze zich ‘onveilig’ gaan voelen. Universiteiten hebben gezamenlijk besloten dat het aan universiteiten vooral gezellig en fijn moet zijn om te werken en dat de druk om te presteren en te excelleren zoveel mogelijk moet worden weggenomen.
Universiteiten hebben de afgelopen maanden actie gevoerd tegen de bezuinigingen op het hoger onderwijs. Ze wijzen erop dat de bezuinigingen ten koste gaan van de kwaliteit van her hoger onderwijs en onderzoek. Dat is op zich juist. Maar door het personeelsbeleid van de universiteiten die de stimulans om te excelleren wegneemt, dragen universiteiten misschien wel méér bij aan de teloorgang van het wetenschappelijk onderzoek in ons land.
Amerikaanse wetenschappers zijn gewend te werken in een sterk competitieve omgeving. Meestal krijgen zij hun geld voor onderzoek niet, zoals in Nederland, zomaar toegewezen, maar moeten ze dat in concurrentie met anderen verwerven. Juist de zware concurrentie tussen onderzoeksideeën zorgt ervoor dat Amerikaanse wetenschappers tot de top in hun vakgebied behoren. De concurrentie daagt onderzoekers uit het beste in zichzelf naar boven te halen.
Volledige toewijding
Nederlandse onderzoekers zijn goed, maar missen vaak de volledige toewijding aan hun vak die Amerikanen wel hebben en kenmerkend is voor echte topwetenschap. Als deze competitief ingestelde Amerikaanse topwetenschappers terechtkomen in de gezapige Nederlandse universiteitscultuur, zal dat beide partijen een cultuurschok geven.
Geld alleen is niet voldoende om Amerikaanse wetenschappers hier te laten floreren. Nederlandse universiteiten zullen moeten veranderen om aantrekkelijk te zijn voor Amerikaanse onderzoekers. Ze zullen wat van de competitieve Amerikaanse universiteitscultuur moeten overnemen om de kwaliteit van de wetenschap te verhogen. Dat begint met het accepteren dat prestaties gemeten moeten worden.
Wynia’s Week verschijnt drie keer per week, 156 keer per jaar, met even onafhankelijke als broodnodige artikelen en columns, video’s en podcasts. U maakt dat samen met de andere donateurs mogelijk. Doet u weer mee? Kijk HIER. Hartelijk dank!