Arnhem, Amsterdam, Philadelphia. Sluit verfmoloch Akzo Nobel na Shell, Unilever en DSM zijn Nederlandse hoofdkantoor? Â
Terwijl Nederland zich druk maakte om appjes van Hans Wijers, plande een van zijn opvolgers als topman van verfmoloch Akzo Nobel een fusie die op termijn wel tot vertrek van het hoofdkantoor uit Nederland zal leiden. In de binnenwereld van het Binnenhof woedde een woordenstrijd, in de buitenwereld gaan miljardenzaken gewoon door.
Akzo Nobel wil samengaan met een kleinere Amerikaanse verfproducent, Axalta. De huidige topman van Akzo Nobel, de Fransman Greg Poux-Guillaume gaat het fusieproduct leiden. Tussen hem en Wijers zaten nog twee topmanagers die niet lang bleven. Wijers bestuurde Akzo Nobel van 2003 tot 2013. Hij deed het voorwerk voor deze fusie. Wijers ontdeed het concern van de farmadivisie en kocht het Britse ICI vanwege de verf. De fusie raakt de Nederlandse fabrieken van Akzo Nobel (2.500 van de 35.000 werknemers) niet.
Gigantisme
Akzo Nobel volgt de trend van het gigantisme. Groot, groter, gigant. Omzet: 15 miljard euro. In 2007 verhuisde het concern van Arnhem, de thuisstad van Akzo (Nobel was een Zweedse overname in 1994) naar Amsterdam. Volgende stap: Philadelphia.
De beursnotering in Amsterdam maakt straks plaats voor New York, want in de VS zitten de beleggers. Er komt een hoofdkantoor in Philadelphia naast het bestaande hoofdkantoor aan de Amsterdamse Zuidas. Wat zal er vervolgens gebeuren? Vanuit de VS bezien heeft de Zuidas straks geen toegevoegde waarde. Dure locatie ook. Met een Amerikaanse beursnotering werkt het bedrijf met Amerikaanse accountants, juristen, fiscalisten etc. Geen Zuidas-mensen. Bij de volgende reorganisatie staat Amsterdam op het lijstje besparingen.
Akzo Nobel roept bij het grote publiek geen vaderlandse gevoelens op. De producten worden verkocht onder andere merknamen, zoals Sikkens.
Maar Akzo hoort thuis in het rijtje bedrijven dat in de industrialisatie van Nederland na 1945 de toon zette. Het rijtje met namen als Philips, Shell, Unilever en Hoogovens. Akzo was jarenlang verweven met politieke invloed. De naam Wijers (D66), minister van Economische Zaken in het eerste D66-VVD-PvdA kabinet (1994-1998) is al genoemd. Wijers voorganger bij Akzo, Kees van Lede, was voorzitter geweest (1984-1991) van werkgeverslobby VNO.
Akzo zat ook in de exclusieve lobbygroep, genaamd ABDUP. Vernoemd naar de eerste letters van hun bedrijfsnamen. Akzo Nobel, Bataafsche Petroleum (Shell), DSM, Unilever en Philips. Kijk je naar de namen dan valt meteen op: alleen Philips en Akzo hebben hun hoofdkantoor nog in Nederland. Maar hoe lang nog, Akzo Nobel? Inmiddels zitten ook chipmachinefabrikant ASML en Heineken in deze club.
Tegen links kabinet
Ga je nog wat verder terug in de tijd dan zie je dat de ABDUP lobbyclub voortbouwde op een eerdere politieke interventie: de open brief van negen topmanagers in 1976 aan het kabinet-Den Uyl (1973-1977). Zij drongen aan op een omslag in het regeringsbeleid om het investerings- en vestigingsklimaat te redden. Een van de ondertekenaar was de directievoorzitter van Akzo, Guup Krayenhoff.
Toen zette links de toon. Nu lopen ondernemers en industriëlen te hoop tegen de gevolgen van de afgelopen vijftien jaar kabinetten met de VVD: vier keer Rutte, een keer Schoof. De kritiek laat zich samenvatten met regeldruk, lastenverzwaringen voor werkgevers en klimaat- en energiekosten waarmee Nederland zich uit de vestigings- en investeringsmarkt prijst.
Over en sluiten
Shell, Unilever en DSM hebben hun hoofdkantoor naar het buitenland verplaatst. Verzekeraar Aegon nam als vestigingsplaats Bermuda, maar houdt een Nederlands hoofdkantoor al boekt men de bulk van zijn omzet in de VS.
Industriële bedrijven in en rond Rotterdam sloten fabrieken. De fabriek van Batavus in Heerenveen gaat dicht, de productie gaat naar Hongarije. Bandenfabriek Vredestein stopt in Enschede.
Naast kommer en kwel zijn er buitenlandse miljardeninvesteringen in Nederland. Medicijnfabrikant Eli Lilly: 2,6 miljard euro. Amazon: 1,4 miljard. Binnenkort gaat Magnum, de verzelfstandigde ijsdivisie van Unilever, met een nieuw hoofdkantoor in Amsterdam, naar de Nederlandse beurs
Gloort herstel?
Ondanks deze lichtpunten is het totaalbeeld negatief. De economische malaise en het massale banenverlies in de jaren zeventig leidde uiteindelijk tot een adviescommissie onder leiding van oud-topman Gerrit Wagner. Hij was ook een van de ondertekenaars van de brief tegen het Den Uyl-beleid. Wagner’s commissie zei: zet alles op industrieel herstel.
Nu knapt Peter Wennink, voormalig mede-topman van ASML, deze klus op. Hij is een eenmans-commissie die met voorstellen moet komen voor herstel van het vestigingsklimaat. Afgelopen week schoof hij ook aan bij informateur Sybrand van Haersma Buma (CDA), Rob Jetten (D66) en Henri Bontenbal (CDA).
Wennink vertegenwoordigt vandaag wat Wagner in 1980 vertegenwoordigde, namelijk de industrie als motor van economische groei. Toen was dat olie en chemie, nu zijn het chips. Het was tegen deze achtergrond ook toepasselijk dat Shell afgelopen week onttroond werd als beleggerslieveling nummer één onder Nederlandse particuliere aandeelhouders. Inmiddels hebben particulieren meer geld belegd in ASML (4,42 miljard euro) dan in Shell (4,37 miljard).
Oranjegevoel
In december komt het advies-Wennink. De kans dat je met zijn (nog onbekende) adviezen het vertrek van de volgende Akzo Nobels stopt, is een illusie. Mondiale trends en aandeelhouderskapitalisme stoppen niet bij Lobith.
Juist daarom, omdat Nederland met een kleine effectenbeurs én grote bedrijven altijd op achterstand staat ten opzichte van landen als de VS, moeten politici zorgen dat Nederland op zoveel mogelijk relevante thema’s een voorsprong neemt. Fiscaal. Met lagere regeldruk. Bij energiekosten. Kapitaalverschaffing voor snelle groeiers. Onderwijs van klasse.
Koester je klassieke ondernemingen, ‘Oranjegevoel’ is prima, en schep de beste voorwaarden voor hun opvolgers.
Wynia’s Week verschijnt 156 keer per jaar en wordt volledig mogelijk gemaakt door de donateurs. Doet u mee, ook straks in het nieuwe jaar? Doneren kan zo. Hartelijk dank!Â
Donateurs kunnen ook reageren op recente artikelen, video’s en podcasts en ter publicatie in Wynia’s Week aanbieden. Stuur uw publicabele reacties aan reacties@wyniasweek.nl. Vergeet niet uw naam en woonplaats te vermelden (en, alleen voor de redactie: telefoonnummer en adres). Niet korter dan 50 woorden, niet langer dan 150 woorden. Welkom!



















