Buitenlandse besmettingen vermeerderen zich binnenlands

Van de 6.500 passagiers die dagelijks vanuit rode of oranje gebieden op Schiphol landen laten zich slechts 1.000 testen in de inderhaast opgezette teststraat op Schiphol. Hoeveel van die reizigers positief testen, wordt niet publiekelijk bekend gemaakt. Het ministerie van VWS wil niet zeggen hoeveel inkomende reizigers besmet blijken en in welk land ze verbleven.

Volgens minister Hugo De Jonge van VWS draagt het breder bekend maken van die gegevens niet bij aan een betere bestrijding van het virus, en leidt het slechts tot onnodige ongerustheid. Burgers kunnen niet met feiten omgaan, is de veronderstelling. Burgers wordt dus uit paternalistische overwegingen informatie onthouden.  

Niet testen voorkomt problemen

In Duitsland worden alle invliegende passagiers getest. Voor arts en microbioloog Marc Bonten is het feit dat dit in Nederland niet gebeurt geen reden tot ongerustheid. We moeten ons realiseren, zegt hij woensdag 26 augustus in Nieuwsuur, dat de kans dat mensen die oranje gebieden bezocht hebben besmet zijn geraakt nog steeds erg klein is. Volgens hem gaan ze niet vliegen als ze ziek zijn, en is de trefkans daarom erg laag.

Op die gedachtegang valt af te dingen, omdat mensen met lichte symptomen die op covid-19 kunnen wijzen maar liever snel terugkeren naar Nederland. Juist die mensen zullen zich op Schiphol niet laten testen, omdat ze voordat ze op het vliegtuig stapten een verklaring hebben ondertekend symptoomvrij te zijn.

Als ze na zulk een verklaring vervolgens toch positief worden getest op Schiphol, dan reizen er weer vragen op over de oprechtheid van die verklaring. Ze moeten dan: of toegeven dat ze de verklaring foutief hebben ingevuld, of tegenover behandelende artsen en overheid blijven liegen over de eerste symptomen van hun ziekte.

Als je dan toch twijfelt of je wel covid-19 onder de leden hebt, is het handiger om op Schiphol even te bedanken voor een test. Mochten de symptomen de dagen daarop aanhouden of erger worden, kun je nog altijd aanschuiven in een teststraat.

Een tweede argument dat Bonten aanvoert, is dat we ook niet dagelijks de reizigers screenen die vanuit het als oranje aangemerkte Antwerpen met de auto naar Nederland komen. Dat dit niet lukt, of niet eens geprobeerd wordt, betekent echter nog niet dat dit niet gewenst zou zijn. Het argument van Bonten houdt in dat je het ene lek niet dicht, omdat je het andere lek ook niet dicht. Dat is een cynische manier van denken.

Druppelend Schiphol

Buiten de minister om is wél bekend geworden hoeveel op Schiphol geteste reizigers er positief getest worden. Dat blijkt 1,5 procent te zijn. Dat zijn er dan zo’n 15 per dag. Maar als we ervan mogen uitgaan dat de kans dat mensen die zich niet laten testen net zo groot is, zo niet groter (ze hebben immers iets te verbergen), dan kom je toch op de ongeveer 100 besmettingen per dag die dagelijks via Schiphol naar binnen druppelen.

100 geïmporteerde besmettingen per dag, of 700 per week via Schiphol, is dat nu veel of weinig? Momenteel worden er ongeveer 4.000 mensen per week positief getest op corona. Dat komt erop neer dat 15 procent van de vastgestelde besmettingen via Schiphol ons land binnenkomt als iedereen getest zou worden. Er zijn ook nog andere luchthavens als Schiphol, dus dat percentage kan nog wat hoger liggen. Maar nogmaals: is dat dan veel of weinig? Ik denk dat het effect van deze geïmporteerde besmettingen groter is, dan het kabinet ons wil doen geloven.

Buitenlandse besmettingen vermeerderen zich binnenlands

Het huidige reproductiegetal is momenteel ongeveer 1. Dat betekent dat wie met covid-19 besmet is gemiddeld genomen één ander persoon zal besmetten. Die ander zal dan op zijn of haar beurt weer een ander besmetten, enzovoort. Als er elke week 100 besmettingen worden geïmporteerd, dan betekent dit dat de besmettingen via reizigers van vorige week of vorige maand nu nog steeds rondwaren, maar dan als binnenlandse besmetting.

Geïmporteerde besmettingen vermeerderen zich dus als binnenlandse besmettingen. Ook bij een reproductiegetal van 1 leveren 100 geïmporteerde besmettingen per week elke week daaropvolgend week 100 nieuwe besmettingen op, ervan uitgaande dat een besmet iemand gemiddeld genomen één week later iemand anders besmet.

Die veronderstelling is realistisch want de incubatietijd van corona ligt tussen de 2 en de 12 dagen, gemiddeld dus 7 dagen, waarbij het overigens ook mogelijk is dat een patiënt al besmettelijk is voordat er symptomen zijn, en zelfs als symptomen uitblijven.

Maar goed, 100 geïmporteerde besmettingen per week, en een reproductiegetal van 1 beteken dan in 4 weken behalve 400 geïmporteerde besmettingen, ook nog eens 600 doorgegeven binnenlandse besmettingen. In 8 weken betekent dat 800 geïmporteerde besmettingen plus 2.100 binnenlandse besmettingen. De 100 geïmporteerde besmettingen in week 1, gebben tot 700 binnenlandse besmettingen geleid in week 8.

Multipliereffect

Dat geïmporteerde besmettingen tot binnenlandse besmettingen leiden, werd heel duidelijk in maart toen in Nederland de eerste gevallen van corona bekend werden. Toen zijn een groot deel van de besmettingen door vakantiegangers die terugkeerden uit Italië geïmporteerd. Al snel leidde dat ertoe dat het virus rondwaarde in Nederland.

Duidelijk was echter dat veel van die binnenlandse besmettingen waren terug te voeren tot een beperkt aantal Italiëgangers. Dat de noordelijke provincies tot op de dag van vandaag veel minder last van de coronaepidemie heeft, is terug te voeren op het feit dat de krokusvakantie in het noorden al ten einde was, alvorens de eerste besmettingen in Italië plaatsvonden.

Wat ik hiermee wil zeggen, is dat het rondwaren van het virus binnen de bevolking toch weer net iets anders beoordeeld dient te worden dan het importeren van besmettingen. Het buitenlandse aandeel lijkt op het eerste oog klein ten opzichte van het binnenlandse aandeel. Zonder het buitenlandse aandeel was er evenwel geen binnenlands aandeel. Wat ook geldt is dat een blijvende toestroom van virus vanuit het buitenland, er constant voor zorgt dat het virus binnenlands gevoed wordt. Zie het als een multipliereffect. Elke buitenlandse infectie wordt door binnenlandse infecties gemultipliceerd.

Nieuw-Zeeland, Australië, Finland, Canada

Dat het theoretisch mogelijk is, het virus in te dammen door de grenzen te sluiten, is aangetoond door Australië en vooral door Nieuw-Zeeland. Behalve dat het dunbevolkte landen zijn, zijn het ook eilanden die door zee omgeven zijn. Zij zijn dus beter in staat de import van het virus te controleren. In Nieuw-Zeeland heeft dat ertoe geleid dat het virus er helemaal uitgebannen was.

Kijken we naar Europa, dan is Finland weliswaar geen eiland. Wel is het een land dat vanwege haar geïsoleerde ligging weinig grensverkeer heeft, en in verband met corona ook streng toeziet op het grensverkeer. Zweden verkeert qua geïsoleerde ligging, en qua bevolkingsdichtheid in een vergelijkbare situatie als Finland. Zweden controleert het grensverkeer echter veel minder. Mede daardoor kent Zweden dan ook een veel hogere besmettingsgraad.

Als je kijkt op het dashboard van John Hopkins University, dan valt het verschil op tussen Canada en de VS qua aantal besmettingshaarden. De grens lijkt de demarcatielijn van het virus te zijn. Dat kan kloppen, want in het reisadvies voor Canada lees ik: ‘Canada blokkeert op dit moment de toegang tot het land voor alle internationale reizigers met uitzondering van Canadese staatsburgers of permanente inwoners van Canada.’ Blijkbaar ziet Canada in dat het sluiten van haar grenzen helpt het coronavirus te bestrijden.

‘Streng aanbevolen’

Het kabinet in Nederland heeft er van het begin af aan voor gekozen om weinig te doen aan infecties vanuit het buitenland. Mark Rutte verkondigde in maart al dat Nederland een open samenleving is, en dat het daarom het coronavirus niet kan uitbannen.

De armetierige manier waarop nu op Schiphol het testbeleid ten aanzien van internationale reizigers wordt vormgegeven, is exponent van dit al in maart al ingezette beleid. Hals over kop wordt dan toch een teststraat op Schiphol geïnstalleerd, maar die teststraat sluit om 18 uur, een tijd waarop nog veel vliegtuigen vol met vakantiegangers uit het oranje gekleurde Spanje nog moeten landen. Of ze nu uit oranje of rode gebieden komen, alle inkomende reizigers staat het vrij zich la of niet te laten testen. Quarantaine wordt zogenaamd ‘streng aanbevolen’ maar is een wassen neus. Zelfs op Schiphol zelf stappen inkomende reizigers vanuit rode en oranje gebieden gewoon op de trein. Qua beleid maakt het überhaupt niet uit of een reiziger een oranje dan wel een rood gebied heeft bezocht.

Kan niet kloppen

De Jonge meldt aan de Tweede Kamer dat breder bekend maken van de besmettingsgegevens van de teststraat op Schiphol niet bijdraagt aan een betere bestrijding van het virus, omdat uit het bron- en contactonderzoek gebleken zou zijn dat er geen verdere besmettingen uit zijn ontstaan. Dat kan niet kloppen.

Om te beginnen: is het bron- en contactonderzoek dermate perfect uitgevoerd dat kan worden uitgesloten dat er geen verdere besmettingen zijn? Dat blijkt niet het geval. Bekend is een groot deel van de contacten niet kan worden achterhaald. Bovendien zijn er ernstige capaciteitsproblemen bij het bron- en contactonderzoek. Wil uit onderzoek iets blijken, dan moet eerst dat onderzoek naar behoren zijn uitgevoerd. Dat is niet het geval.

Maar ook theoretisch bezien kan de bewering van De Jonge niet kloppen. Hoe moet ik me dat voorstellen? Denkt De Jonge soms dat binnenlandse besmettingen een reproductiefactor van 1 hebben, maar dat geïmporteerde besmettingen een reproductiefactor 0 kennen?

Mijns inziens zal de reproductiefactor van besmettingen in het buitenland opgedaan, net zo goed 1 zijn. Het virus maakt immers geen onderscheid op basis van herkomst. Dat dit simpele feit niet wordt onderkent, wekt de schijn van systematisch wegkijken. De Jonge kijkt weg. Tegelijkertijd zorgt hij ervoor dat de meedenkende burger ook niks te zien krijgt.

Paul Hekkens is auteur van het boek ‘Stille Lente’ – kroniek van de eerste Corona-maanden van 2020, verschenen bij Uitgeverij Blauwburgwal in Amsterdam. ‘Stille Liefde’ is HIER verkrijgbaar.