Het eertijds ‘rode’ Stains eert nu de vrouw van de profeet

stains
Maurice Utrillo (1883-1955) – Rue à Stains (Seine-Saint-Denis), ca. 1910

Je hoeft niet te geloven in de theorie van de ‘grote vervanging’ om haar toch serieus te nemen. Dat overkwam ons toen we lazen dat burgemeester Azzédine Taïbi en wethouder Maïmouna Haïdara het initiatief steunen van buurtwerker Houria Seddiki om een straat te vernoemen naar de eerste echtgenote van de profeet Mohammed.

Dit speelt zich niet af in een Arabische stad, maar in het Franse Stains, een voorstad van Parijs. Een korte blik op de website van de stad toont dat alle twaalf leden van het uiterst linkse college van B en W Arabisch-Afrikaanse wortels hebben, niemand draagt een Franse naam.

Briljante zakenvrouw

In Stains, de laatste s wordt niet uitgesproken, leidde de vervanging van de autochtonen in het stadsbestuur tot een eerbetoon dat nog maar enkele jaren geleden volstrekt ondenkbaar zou zijn geweest in deze voormalige communistische gemeente. De hommage gold Khadya Bint Khuwailid, die op een provisorisch straatnaambord niet alleen wordt afgeschilderd als de eerste vrouw van de profeet Mohammed, maar ook als een ‘briljante’ zakenvrouw en sterke persoonlijkheid die zich verzette tegen polygamie.

Een tegencampagne van uiterst rechts, dat veinst zich af te vragen of Stains met zijn bijna 40.000 inwoners nog in Frankrijk ligt, liet niet lang op zich wachten. Eerst werden plaatselijke politici getroffen door een spervuur van verwensingen op sociale media. Recentelijk drong  een ‘commando’ van de royalistische beweging Action Française het stadhuis binnen, probeerde er brand te stichten, schold ambtenaren uit en sommeerde hen Frankrijk te verlaten voor een islamitisch land naar keuze.

Zelfgekozen apartheid

We lezen dit in de linksige krant Le Monde, die in een verslag de nadruk legt op de strafexpeditie. De verdedigers van het Mohammed-project in de wijk Maroc (je verzint het niet) krijgen alle ruimte om hun gal te spuien over de ‘fascisten’, zonder ook maar één kritische vraag aan de burgemeester. Zoals: is een semi-officieel eerbetoon aan de islam verstandig in een land dat zoveel lijdt onder de al dan niet legale immigratie uit islamitische landen, zie de terreurgolf en de ‘gewone’ criminaliteit. En versterkt zo’n stunt niet de zelfgekozen apartheid van verpauperde plaatsen als Stains, waar justitie twee jaar geleden een moskee sloot wegens een daar actieve haatprediker?

Nog een door deze kwaliteitskrant niet gemaakte kanttekening: seculiere scherpslijpers vinden in Frankrijk rechters aan hun zijde als ze protesteren tegen kerstbomen en -kribben in stadhuizen en andere openbare gebouwen. Officieel Frankrijk zweeg echter over de hommage aan de vrouw van de profeet in Stains.

Vrouwen in het zonnetje

Het is misschien een klein, maar wel veelzeggend incident. Met enige overdrijving kan men er immers de bevestiging in zien van de door links vervloekte en ontkende theorie van de ‘grand remplacement’. De samenstelling van de bevolking van Stains veranderde binnen enkele decennia zo snel door al dan niet legale immigratie, asielzoekers en nareizigers, dat de nieuwkomers er volstrekt democratisch en legaal de macht konden overnemen en de eigen opvattingen over democratie en religie opleggen aan de weinige autochtonen die er nog wonen, vaak omdat ze te oud, te arm of te ziek zijn om te verhuizen. 

De rel rond de straatnaam ter ere van Mohammeds eerste echtgenote kwam voort uit een initiatief van een buurthuis om vrouwen in het zonnetje te zetten. Burgers mochten voorstellen indienen, met als gevolg dat gedurende een paar weken straten werden vernoemd naar niet alleen de vrouw van de profeet en een Algerijnse verzetsstrijdster tegen de Fransen, maar ook naar Jeanne d’Arc, Greta Thunberg en moeder Teresa. ‘Maar dat zeiden die aanhangers van (de uiterst rechtse politicus) Eric Zemmour er niet bij’, aldus burgemeester Taïbi in het gemeentelijk informatieblad Stains Actu.

Burgeroorlog

Daar en in andere media beweert hij dat de democratie in zijn stad onder druk staat door zowel de actie van de ‘schurken’ van de Action Française als de online haatcampagne waarbij gemeenteraadsleden met de dood zijn bedreigd, vooral de draagsters van hoofddoeken, en een raadszitting zonder publiek werd gehouden om een nieuwe en veel omvangrijker bestorming te voorkomen.

‘Ze proberen hier een burgeroorlog uit te lokken’, aldus de burgemeester tegen Le Monde. Hij laakt de ‘giftige’ theorie van de ‘grand remplacement’ en het streven van de ‘fachosphère’, een verzamelnaam voor extreemrechtse activisten, schrijvers en journalisten, om Stains uit te roepen tot hét symbool van de ‘islamisering’ van Franse steden. Volgens de burgemeester heerst daarom angst in de stad.

Communisten

De hele affaire illustreert de teloorgang van wat tot in de jaren ’70 de ‘rode rand’ rond Parijs heette, de meestal door communisten en socialisten bestuurde plaatsen als Stains, Saint-Denis en La Courneuve in departementen als Seine-Saint-Denis. De Communistische Partij (PCF) en de daaraan verwante vakbond CGT hadden een nuttige rol gespeeld bij de integratie in de Franse samenleving van immigranten uit Europese landen, maar Arabieren en Afrikanen bleken veel minder gemakkelijk tot mede-Fransen te maken.

Burgemeester Taïbi kwam als jonge immigrant uit Algerije met zijn ouders naar de Parijse banlieues, pas op z’n 18e werd hij Frans staatsburger, maar hij behield de Algerijnse nationaliteit. Hij werd lid van de PCF en sloot zich in de jaren ’80 aan bij de stroming van de ‘Beurs’, waarmee vooral de toen invloedrijke Socialistische Partij trachtte jonge Arabische immigranten zich Frans te laten voelen, volwaardige deelnemers aan de Franse samenleving.

Rode gordel werd groene gordel

Het ontroerde me destijds als ik merkte, bijvoorbeeld bij bezoeken aan inmiddels beruchte banlieues, hoezeer deze jongeren hun best deden hypercorrect Frans te spreken, ter voorbereiding op, hoopten ze, een behoorlijk bestaan in een democratisch land, waar het leven zoveel beter was dan in de autoritair bestuurde landen die hun ouders hadden verlaten. De islam had in die tijd nog geen enkele aantrekkingskracht op deze jonge mensen en was geen onderwerp van gesprek. Eventuele religieuze gevoelens hielden ze voor zichzelf, integratie in de seculiere Franse samenleving was het streven.

Het eindigde in een mislukking, in het zich juist afkeren van Frankrijk, in het benadrukken van het ‘anders’ zijn. Waren de Fransen niet klaar voor het multiculturalisme, dat door links werd beschouwd als een ideaal zoals vroeger het communisme? Raakten deze ooit idealistische jongeren gedesillusioneerd in de gevestigde partijen en kozen ze van de weeromstuit voor extreem-links? Of voor de radicale islam, die hen inpeperde dat Frankrijk hen nooit als volwaardige burgers zou erkennen? Frankrijk pijnigt zich de hersens over de ‘schuldvraag’ nu de ‘rode gordel’ rond de hoofdstad, waarin communisten zo’n belangrijke rol speelden, steeds meer verwordt tot een ‘groene gordel’, naar de kleur van de islam.

Aan de zijde van De Gaulle

Burgemeester Azzédine Taïbi van Stains, in wiens kantoor een Palestijnse vlag prijkt, heeft zijn lidmaatschap van de Parti Communiste opgezegd. Hij sloot zich aan bij de uiterst linkse beweging La France Insoumise van Jean-Luc Mélenchon, die met zijn strijd tegen de ‘islamofobie’ uitgroeide tot veruit de populairste politicus in de geïslamiseerde voorsteden van Parijs. In Stains kreeg hij in de eerste ronde van de presidentsverkiezingen in april maar liefst 60 procent van de stemmen, in 37 van de veertig gemeenten in het departement Seine-Saint-Denis kwam hij op de eerste plaats. Taïbi, inmiddels een van Mélenchons campagnestrategen, deelde mee in de triomf. 

De burgemeester heeft zich over de stigmatisering van zijn stad beklaagd bij minister van Binnenlandse Zaken Gérald Darmanin. Deze kreeg laatst door een gehoofddoekte aanhangster van Mélenchon toegebeten dat vrouwen in Frankrijk evenzeer worden onderdrukt als in Iran. Voor de minister een mooie gelegenheid om te benadrukken dat zijn tweede naam ‘Moussa’ is, een eerbetoon aan zijn Algerijnse grootvader, een immigrant die streed aan de zijde van de Vrije Fransen van generaal De Gaulle.

Het is voor de jonge minister een codeboodschap dat de status van immigrant of moslim geen beletsel hoeft te zijn om je een volwaardig Frans burger te voelen, dat je je geen slachtofferrol moet laten aanpraten en je beter kunt onthouden van publiekelijke eerbetonen aan de vrouw van de profeet.

Journalist en vertaler René ter Steege was lang redacteur van Het Parool en schreef onder meer een biografie van Marine le Pen.

Wynia’s Week wordt mogelijk gemaakt door de donateurs. Mogen we u noteren? Dat kan HIER. Hartelijk dank!