Het woke kapitalisme rukt op

ROORDA061121-Womeninc2
De gesubsidieerde lobbyclub ‘Womeninc’ verzorgt voor bedrijven en ziekenhuizen ook ‘trainingen inclusiviteit en diversiteit’

Op 5 oktober jl. was het Diversity Day. Tal van bedrijven lieten zich van hun beste kant zien door inclusief werkgeverschap en diversiteit te verkondigen. Het past binnen het woke kapitalisme dat opgang maakt. Zo vragen bedrijven de overheid inmiddels ook om meer klimaatactie.

Ook Womeninc, dat gelijke kansen nastreeft voor iedereen ongeacht gender of sekse, is een pleitbezorger van inclusief werkgeverschap en daarnaast een organisatie die inclusief taalgebruik promoot. Bijkomend voordeel voor deze organisatie is, dat hiermee een nieuwe bron van inkomsten wordt aangeboord. Voor een organisatie die voor 60 procent drijft op subsidie van de rijksoverheid is dat nooit weg.

Inclusieve ‘toolkit’

Jaarlijks ontvangt Womeninc een structurele bijdrage van een half miljoen euro van de Goldschmeding Foundation (van uitzendbureau Randstad) en de Bernard van Leer Foundation (van de gelijknamige vatenfabriek). Beide vermogensfondsen stimuleren projecten op het terrein van arbeidsmarkt.

De Goldschmeding Foundation werkt samen met Womeninc aan het bevorderen van inclusief werkgeverschap. Een belangrijk instrument daarvoor is de Toolkit inclusief werkgeverschap. Deze bevat praktische tips en inspirerende voorbeelden.

Twee bekende geldschieters van inclusief activistisch Nederland, Coca Cola en de Postcodeloterij, laten zien hoe inclusief het bij hen aan toe gaat op de werkvloer. Gebruik van de toolkit wordt ondersteund door de Sociaal-Economische Raad (polderend Nederland) en door de samenwerkende ondernemerslobby van VNO-NCW en MKB-Nederland. Weer een blijk van de toewijding van de polderlobby aan de wokificatie van Nederland.

De ‘loonkloof’ gecultiveerd

Het belangrijkste element van de toolkit is een instrument voor het in kaart brengen van de ‘loonkloof’ tussen mannen en vrouwen. Mannen in loondienst krijgen gemiddeld 14 procent meer per uur betaald dan vrouwen. Dat wordt berekend door voor alle werkzame mannen het gemiddelde uurloon uit te rekenen en dat te vergelijken met het gemiddelde van alle vrouwen. Het verschil is de ‘loonkloof’ en volgens Womeninc volledig te wijten aan discriminatie.

In deze berekening worden echter appels en peren vergeleken, want er wordt geen rekening gehouden met individuele verschillen en ook blijven vaak allerlei secundaire arbeidsvoorwaarden buiten beschouwing. Dat van die 14 procent minder dan de helft overblijft als wordt gecorrigeerd voor verschillen in opleiding, arbeidstijd, sector en werkervaring doet volgens Womeninc niet ter zake, want ‘een verklaring is geen rechtvaardiging’.

Ongewenste feiten ‘niet relevant’

Dat uit hetzelfde CBS-onderzoek blijkt dat voor de gemiddelde baan de beloning van mannen en vrouwen gelijk is, doet er ook niet toe voor Womeninc. Ook als wetenschappers keer op keer herhalen dat het onverklaarde deel geen discriminatie betekent, dan is dat ‘niet relevant’. Het is kennelijk geen klimaatwetenschap.

Bestrijding van de ‘loonkloof’ is een bestaansgrond voor Womeninc. Intussen richten onder invloed van dit soort fantoombestrijding steeds meer organisaties zich op het verminderen van een ‘loonkloof’ van 14 procent die er niet is. Het lawaai dat linkse partijen hierover in de Tweede Kamer maken, leidt wel tot een lawine aan beleid. Waaronder een jaarlijkse door zowel de nationale overheid als de EU gepromote Equal Pay Day.

Grote bedrijven als ‘voorloper’

Met het initiatief Funding Mothers probeert Womeninc met bedrijven en organisaties een lange termijn partnerschap te ontwikkelen. Tot nu toe hapten er 64 toe, wat in 2020 een bedrag opleverde van €67.550. Daarnaast zijn er 11 ‘corporate partners’, die vorig jaar €53.000 doneerden. Ook runt Womeninc het INCubator Netwerk, bestemd voor ‘voorlopende inclusieve werkgevers die een versnelling willen creëren op het terrein van inclusief werkgeverschap’ en daarvoor €5000 per jaar doneren.

Op de website worden de samenwerkingspartners genoemd, waarvan de belangrijkste zijn: ABN AMRO, ABP, AEGON, Alliander, Amsterdam UMC, Coca Cola, EY, Bijwerkingencentrum Lareb, Meyer Bergman, TNO en ZonMw. De laatste droeg in 2020 €220.913 bij in het kader van meerjarig Kennisprogramma Gender en Gezondheid, dat in totaal een subsidie omvat van €560.000.

Van alles meer

Uiteraard financiert de gemeente Amsterdam ook mee en een extra bijdrage komt van de Port of Amsterdam. Vaak ontvangen deze organisaties in ruil voor hun bijdragen trainingen inclusief werkgeverschap. Recent heeft Womeninc ook een voet tussen de deur gekregen bij het Ministerie van Financiën, waar de eigen ‘diversity officer’ razend enthousiast is.

De Bernard van Leer Foundation richt zich op het ontwikkelen en toepassen van kennis over wat werkt voor de ontwikkeling van jonge kinderen. In het kader van de samenwerking met Womeninc beijvert men zich voor (nagenoeg) gratis kinderopvang en maakt men zich druk over wie het vaderschapsverlof betaalt.

De activiteiten rond kinderopvang brachten Womeninc eenmalig een extra €100.000 in het laadje, waarvan de helft werd gefinancierd door het Kinderopvangfonds. Om meer overheidsfinanciering van vaderschapsverlof te bewerkstelligen, wordt samengewerkt met het Rutgers Kenniscentrum (vaste subsidieklant bij het ministerie van BuiZa) en de leerstoel vaderschap aan de UvA.

Doel is ‘uitbreiding vaderschapsverlof en betrokkenheid vaders bij hun kinderen te vergroten’. Want: ‘Nederlandse kinderen die zowel door hun vader als moeder worden opgevoed hebben minder problemen op school, laten betere sociale vaardigheden zien en kunnen beter omgaan met agressie.’ Dat is een duidelijk pleidooi voor het traditionele gezin op de website van de UvA.

De erfenis van uitkeringsfabriek GAK

Stichting Instituut GAK is het derde vermogensfonds dat in de afgelopen jaren geld gaf aan Womeninc. Het ging om een bedrag van €170.216 over 2017-2019. Dit GAK-fonds kent een wonderlijke ontstaansgeschiedenis.

Als de belangrijkste voorloper van het UWV ontwikkelde het GAK naast haar activiteiten als uitvoerder van sociale zekerheidsregelingen ook private activiteiten rond met name arbeidsreïntegratie bij ziekte en arbeidsongeschiktheid. Dit leverde het nodige geld op, dat bij het opgaan van het GAK in het UWV in een aparte stichting bleek ondergebracht, buiten bereik van de Rijksoverheid.

De premiegelden gingen solo

Toenmalig minister Aart Jan de Geus (2002-2007) van Sociale Zaken deed verschillende pogingen dit bij het GAK verzamelde vermogen terug te krijgen. Immers, als het GAK met deze activiteiten verlies had geleden, dan was wel duidelijk geweest welke partij dit had mogen bijpassen.

Al deze pogingen strandden en de Stichting Instituut GAK kon doorgaan met haar activiteiten. Na een aanvankelijk ijzige verhouding met het departement van SZW ontdooide de relatie. Vanaf medio 2010 begonnen het ministerie van SZW en het vermogensfonds aan een samenwerking die steeds inniger werd, waarbij SZW probeert via Instituut GAK extra fondsen voor de eigen beleidsterreinen te genereren. Inmiddels is het fondsvermogen aangegroeid tot een formidabel bedrag van €639 miljoen eind 2020. Hiervan wordt jaarlijks tien miljoen euro aan subsidies uitgedeeld.

Goed doen door geld strooien

Instituut GAK wil een bijdrage leveren aan ‘de kwaliteit van de sociale zekerheid en de arbeidsmarkt in Nederland’. Het stelt jaarlijks 3,5 miljoen euro beschikbaar voor maatschappelijke projecten. Twee belangrijke thema’s in dit verband zijn ‘inclusieve arbeidsmarkt’ en ‘werk en diversiteit’; de bekende codewoorden, die ook hier precies betekenen wat daaronder in woke Nederland wordt verstaan.

De projectkeuze die bij het thema ‘inclusieve arbeidsmarkt’ wordt gemaakt, doet sterk denken aan die van Stichting Doen!, het privé goededoelenvehikel van Postcodeloterijoprichter Boudewijn Poelmann. Ook Instituut GAK strooit geld uit over een flink aantal projecten met evenveel politiek correcte namen, waarbij de nadruk ligt op ‘goed doen’. Onder degenen die een graantje meepikken zijn de Stichting Single Supermom, Vluchtelingenwerk, De Broodbrouwers en Stichting Jarige Job.

Altijd discriminatie…

In het kader van ‘Werk en diversiteit’ richt men zich vooral op het bestrijden van stagediscriminatie, de achterstelling van jongeren met een migratieachtergrond op de stage- en arbeidsmarkt en arbeidsmarktprojecten voor toegelaten asielzoekers. Ook het VSB Fonds doneerde in 2020 een bedrag van €19.940 voor een initiatief ter bestrijding van stereotypering en discriminatie op de arbeidsmarkt.

Daarnaast kreeg Womeninc geld van het Ministerie van SZW om onderzoek te laten doen naar ‘algorithmic bias’. Instituut GAK moet constateren dat van de volwassen asielzoekers die in 2014 een verblijfsvergunning kregen slechts 11 procent 2,5 jaar later betaald werk heeft: ‘Recent onderzoek bevestigt dat het voor nieuwkomers inderdaad moeilijk is om aan een baan te komen.’

…en nooit eigen verantwoordelijkheid

Het voorgaande suggereert sterk dat de oorzaak voor het niet kunnen vinden van een stage, werk of een bepaalde functie niet aan de persoon in kwestie zelf ligt. Daarbij wordt al snel van discriminatie gesproken. De werkgever moet zich aanpassen (en blijkbaar vinden de werkgevers dat zelf nu ook). De eigen verantwoordelijkheid is bij betrokkenen ver te zoeken.

Verder geeft Instituut GAK geld voor onderzoek (€4,4 miljoen per jaar) en financiert het leerstoelen aan universiteiten en een hogeschool (€1,2 miljoen per jaar). Voormalig ombudsman Alex Brenninkmeijer, die we nog kennen als voorzitter bij SDM, is één van de leden van een breed samengestelde wetenschappelijke adviesraad. Die les hebben ze bij Instituut GAK wel geleerd van eerdere tegenwind die de Postcodeloterij ondervond, doordat het aanvankelijk uitsluitend linkse politici aan zich verbond.

Daar zijn de SDG’s

Het aanpakken van ongelijkheden als gevolg van discriminatie op de arbeidsmarkt past binnen de door de in VN-kader vastgestelde ‘sustainable development goals’ (SDG), waar Nederland zich (net als de klimaatdoelen) aan heeft gecommitteerd.  Ook Womeninc ‘beheert’ als ‘mede-coördinator’ twee van de 17 in VN-verband overeengekomen SDG’s.

Het gaat dan om doel 5: ‘Vrouwen en mannen gelijk’, waarvan directielid Emma Lok de coördinator is, en doel 10: ‘Minder ongelijkheid’, waarvan directeur Jannet Vaessen de coördinator is. De SDG’s gelden niet alleen als kompas voor ontwikkelingssamenwerking maar zijn ook voor binnenlands gebruik.

Rondom deze SDG’s is een heel circus gebouwd, waar we veel oude bekende, door subsidie van BuiZa in leven gehouden organisaties uit voorgaande bijdragen aan Wynia’s Week tegen komen. Meer daarover de volgende keer.

Wouter Roorda onderzoekt voor Wynia’s Week de geldstromen (overheidssubsidies, loterijgelden, bijzondere spaarpotten) achter de parallelle machtsvorming in Nederland. Steunt u deze broodnodige, onafhankelijke berichtgeving? Graag! Doneren voor Wynia’s Week kan op verschillende manieren. Kijk HIER. Hartelijk dank!