Kabinet-Schoof heeft op het gebied van energie en klimaat niets opgelost. Stop met windmolens en zonnepanelen en bouw kerncentrales!  

van andel (1)
Demissionair minister van Klimaat en Groene Groei Sophie Hermans. Beeld: antilliaansdagblad.com.

‘Het kabinet wil grote knelpunten versneld oplossen, waarvan netcongestie het belangrijkste voorbeeld is.’ Dit staat in het regeerprogramma dat het inmiddels demissionaire kabinet in september presenteerde. Drie maanden later meldden de netbeheerders Tennet, Stedin en Liander dat ‘het elektriciteitsnet in Zuid-Holland vrijwel overal zijn maximale capaciteit heeft bereikt voor de afname van elektriciteit door grootverbruikers’. Het is een van de energie-mislukkingen van het kabinet Schoof.

Netcongestie is toegenomen, niet afgenomen

De internationale chemiebedrijven LyondellBasell en Tronox besloten in maart mede daardoor tot sluiting van hun Rotterdamse vestigingen. Een andere reden was de extra Nederlandse CO2-heffing, bovenop het Europese CO2-tarief. Dat gaat opnieuw lijnrecht in tegen het regeerprogramma, waarin staat: ‘Om groene groei in Nederland te realiseren, moet het aantrekkelijk blijven voor zowel bestaande als nieuwe bedrijven om in ons land te investeren in verduurzaming.’ De recente historie leert dat er niet zoiets bestaat als ‘groene groei’, en het vertrek van LyondellBasell en Tronox illustreert dat.

Ook in de provincies Zeeland, Noord-Brabant, Utrecht, Noord-Holland, Overijssel, Friesland en Groningen nam de netcongestie in de afgelopen tien maanden ernstig toe, terwijl volgens het regeerprogramma ‘het kabinet stevig regie gaat voeren op netcongestieproblemen en het toekomstbestendig maken van het elektriciteitsnet’. Nergens in Nederland nam de netcongestie af. Artificiële Intelligentie (AI) bevestigt dit ten overvloede: ‘Netcongestie, ofwel overbelasting van het elektriciteitsnet, is een groeiend probleem in Nederland.’

Het kabinetsbesluit om de salderingsregeling voor particuliere zonnepanelen dit jaar nog niet af te bouwen helpt daar niet bij. Dat is weliswaar voordelig voor mensen met zonnepanelen op hun dak, maar niet voor de landelijke stroomprijzen. Nederland zit nog steeds in de EU top-10 van hoogste stroomprijzen voor consumenten, en zit nog steeds boven het EU-gemiddelde. De Nederlandse prijzen zijn weliswaar gedaald in 2024, maar dat heeft het kabinet met subsidies gedaan. Dat is een sigaar uit eigen doos voor alle belastingbetalers, die immers alle overheidsuitgaven en dus ook deze subsidies uiteindelijk betalen.

Onze kale stroomprijs exclusief belastingen en subsidies zit zelfs in de EU top-5, samen met Duitsland, Ierland, Oostenrijk en Luxemburg. Dat is alweer in strijd met het regeerprogramma, dat streeft naar ‘duurzame, betaalbare en zekere energievoorziening’. Onze kale stroomprijzen behoren structureel tot de hoogste in de EU, en de betaalbaarheid daarvan kun je niet duurzaam zekerstellen met subsidies op kosten van alle belastingbetalers.

Geen daadkracht met kernenergie

Kernenergie is wel een duurzame manier om de prijzen, de netcongestie en ook de in het regeerprogramma genoemde pijler van leveringszekerheid structureel te borgen. Het kabinet heeft vorig jaar terecht besloten om niet twee maar vier nieuwe kerncentrales te bouwen, maar het is na een jaar nog altijd oorverdovend stil rond dat thema. Dat strookt niet met het in het regeerprogramma genoemde ‘met voorrang oplossen van netcongestie en verstevigen van de leveringszekerheid en voorzieningszekerheid’.

80 procent wind- en zonnestroom in 2030 verergert de problemen

Het Klimaatplan 2025-2035 dat het kabinet in maart publiceerde, zegt dat ‘in 2030 naar verwachting al meer dan 80 procent van de elektriciteitsvoorziening uit wind en zon wordt opgewekt’. Dat zal de problemen van netcongestie, leveringszekerheid en voorzieningszekerheid verergeren in plaats van oplossen. We hebben immers niet binnen vijf jaar een infrastructuur van betekenis om
’s zomers tientallen miljarden overtollige weersafhankelijke kilowatturen op te slaan voor koude donkere windstille winterweken. Het peperdure waterstof is nog in ontwikkeling en bovendien gruwelijk inefficiënt, en de nationale batterijcapaciteit kan in de verste verte niet groot genoeg worden om de enorme seizoensverschillen te overbruggen.

Het regeerprogramma rept voorts over het ‘creëren van groene groei door vernieuwing, (vak)kennis en innovatie aan te jagen’, en over het ‘geven van volop ruimte aan Nederlands ondernemerschap en creativiteit’. Creatieve ondernemers, met chipmachinefabrikant ASML voorop, bleken in februari echter onverminderd negatief over het Nederlandse vestigingsklimaat. Een ruime meerderheid van 67 procent gaf aan dat dat de afgelopen vijf jaar is verslechterd, en meer dan de helft verwachtte op korte termijn ook geen verbetering. Minister Dirk Beljaarts van Economische Zaken kreeg hier toen kritische Kamervragen over, en een maand later kwam het bericht dat LyondellBasell en Tronox weggingen uit Rotterdam.

Bezuinigingen op hoger onderwijs remmen kennis en innovatie

De zwaar bekritiseerde bezuinigingen op het hoger onderwijs zijn eveneens volledig in strijd met het ‘aanjagen van kennis en innovatie’. Het is de zoveelste holle en salonfähige passage in het regeerprogramma waarin niets is bereikt. Dat roept de vraag op waarom en voor wie het 138 bladzijdes tellende regeerprogramma is geschreven. Het staat vol met modieuze werkwoorden waar niemand het mee oneens kan zijn, zoals verduurzamen, stimuleren, versterken, versnellen, innoveren en oplossen. Er is op het gebied van energie en klimaat echter weinig verduurzaamd en niets opgelost.

Geen strategische keuzes

Dat komt mede doordat het kabinet vorig jaar geen strategische keuzes heeft gemaakt. Als je in je regeerprogramma zegt dat je netcongestie met voorrang gaat oplossen moet je kiezen wat je dan minder, later of niet gaat doen. Anders komt er alleen maar werk bij voor de schaarse technici, ICT’ers en onderzoekers, en kan er nergens voorrang aan worden gegeven. Als je zegt dat je de leveringszekerheid van elektriciteit wilt verstevigen moet je niet ongebreideld windmolens, zonnepanelen en elektrische auto’s blijven stimuleren, en moet je vooral niet dralen met vier nieuwe kerncentrales.

Meer biomassasubsidies en meer CO2-uitstoot

Als je ‘een schonere en gezondere wereld wilt doorgeven aan onze kinderen en kleinkinderen’ en ‘biodiversiteit wilt behouden en versterken’ moet je biomassasubsidies afbouwen in plaats van uitbreiden. Als je ‘extra CO2-reductie’ nastreeft door ‘CO2-opvang en -opslag’ (Carbon Capture and Storage, CCS) moet je zorgen dat de twee grootste CCS-projecten Porthos en Aramis niet bij herhaling met jaren vertraagd worden. Het feit dat CCS een slecht en veel te duur plan is doet daar niks aan af, een plan is een plan.

Het regeerprogramma ambieert een ‘extra CO2-reductie in de industrie’, maar het RIVM meldde in maart dat de industrie in 2024 juist meer CO2 heeft uitgestoten. De nationale CO2-reductie is in 2024 zelfs vrijwel geheel tot stilstand gekomen. Om alsnog de klimaatdoelen van 2030 te halen zal de CO2-uitstoot de komende vijf jaar vier maal zo snel moeten dalen als in de afgelopen tien jaar. Dat zal de minister van Klimaat en Groene Groei Sophie Hermans waarschijnlijk hebben aangespoord om de biomassasubsidies weer te verhogen, in weerwil van alle wetenschappelijke en maatschappelijke bezwaren daartegen. Daarmee kan ze op papier CO2-uitstoot reduceren die Brussel en de rechter even koest houdt, maar die in werkelijkheid wel gewoon uit onze schoorstenen komt.

Ik hoorde de financiële topman van ASML Roger Dassen vorige week pleiten voor maximaal vijf of zes hoofdthema’s in het Nederlandse industriebeleid. Dat geldt evenzeer voor het Nederlandse klimaat- en energiebeleid. Zodra er meer hoofdthema’s zijn om alles en iedereen tevreden te stellen verwateren alle thema’s en wordt er weinig bereikt.

De op zichzelf terechte voorrang voor netcongestie, leveringszekerheid, kernenergie, vestigingsklimaat, betaalbaarheid en innovatie blijken gedoemd om te mislukken zolang minder effectieve maatregelen zoals windmolens, zonnepanelen, elektrische auto’s en aardgasloze huizen onverminderd blijven doordenderen.

Goed beleid kenmerkt zich door strategische keuzes over wat we minder, later of niet doen. Het is te hopen dat een nieuwe regering die les trekt uit de val van de huidige regering. Alle politieke partijen zullen in hun nieuwe verkiezingsprogramma’s ongetwijfeld over elkaar heen gaan buitelen met de mooiste ambities en beloftes. Ik ga echter, met bovenstaande mislukkingen in het achterhoofd, vooral letten op hun strategische keuzes om dingen minder, later of niet te doen.

Stem op realistische en uitvoerbare klimaatplannen

Dergelijke strategische en mogelijk minder populaire keuzes kenmerken een realistisch en uitvoerbaar plan. Goed beleid is niet zozeer een kwestie van mooie voornemens en ambitieuze doelstellingen, maar van praktische onderbouwing en strategische verdeling van schaarse financiën, grondstoffen, ruimte en arbeidskrachten.

Zolang wij in het stemhokje en de politici die we kiezen die keuzes niet durven te maken, blijven we doormodderen met gebroken verkiezingsbeloftes, achterblijvende doelstellingen en groene illusies. Ik wil door geen enkele partij naar de mond worden gepraat. Ik respecteer duidelijke keuzes om bepaalde dingen niet te doen. Dat lijkt mij de essentie van democratie en goed bestuur.

Wynia’s Week verschijnt drie keer per week, 156 keer per jaar, met even onafhankelijke als broodnodige artikelen en columns, video’s en podcasts. U maakt dat samen met de andere donateurs mogelijk. Doet u weer mee? Kijk HIER. Hartelijk dank!