Het legaliseren van verslavende harddrugs is geen goed idee

COLLARD121122-legaliseringharddrugs
Cocaïne (Beeld: Jellinek.nl)

De recente bedreigingen tegen prinses Amalia door misdadigers blazen de discussie omtrent legalisering van harddrugs in Nederland nieuw leven in. Door legalisering daalt de productprijs en daarmee wordt drugshandel aanzienlijk minder interessant voor criminelen, zo lijkt het idee te zijn.

Maar klopt dat? Wat zijn andere te verwachten effecten van legalisering? En wat zou legalisering voor Nederland betekenen op internationaal gebied? Criminoloog Bart Collard loopt de vragen langs in dit essay voor Wynia’s Week.

Wat betekent legalisering?

Oorlogsfotograaf en drugsexpert Teun Voeten noemde Nederland eerder een ‘functionele narcostaat’. Alleen al in Amsterdam wordt vier kilogram cocaïne per dag gebruikt. In zijn boek Drugs. Antwerpen in de greep van Nederlandse Syndicaten wees Voeten op de grote rol van de Nederlandse drugshandel op het internationale toneel.

De handel in harddrugs is verboden. Onze strafwet kent de term harddrugs echter niet. De Opiumwet maakt onderscheid tussen verdovende middelen op de bijgevoegde Lijst 1 en Lijst 2. De op Lijst 1 staande middelen worden in de volksmond harddrugs genoemd.

Met het legaliseren van harddrugs wordt meestal het decriminaliseren van harddrugsdelicten bedoeld. Gebruik is momenteel niet strafbaar in Nederland; bezit wel. In het geval van een gebruikershoeveelheid volgt in beginsel echter geen veroordeling, zo volgt uit de Aanwijzing Opiumwet.

Het bezitten van een handelshoeveelheid, het importeren, het exporteren en het verhandelen van harddrugs leidt wel tot een veroordeling. Als dergelijke handelingen niet meer strafbaar zouden zijn, dan hoeven de politie, de douane, het Openbaar Ministerie geen capaciteit meer te steken in de opsporing van deze delicten. Die vrijgekomen capaciteit kan dan voor de bestrijding en de preventie van andere criminaliteit worden gebruikt.

Legaliseren als liberale optie

Daarnaast kan gesteld worden dat legalisering ogenschijnlijk de meest liberale situatie oplevert. In lijn met de 19e-eeuwse filosoof John Stuart Mill kan gesteld worden dat individuele vrijheid zo groot mogelijk dient te zijn. Daarom, zo stelt Mill in On Liberty, kan die vrijheid slechts beperkt worden waar deze anderen schaadt. Wanneer dat het geval is, is een complex vraagstuk.

Als u harddrugs zou produceren, dan leidt dat tot verslavingen bij andere mensen. Is dat schade of zijn zij simpelweg op een minder verstandige wijze met hun eigen vrijheid omgegaan?

Mill stelt immers ook dat de overheid de individuele vrijheid niet dient te beperken om een individu tegen zichzelf te beschermen. ‘Iemands eigen welzijn, hetzij fysiek, hetzij moreel, is geen voldoende rechtsgrond’ om hem te beperken in zijn vrijheid. Wie Mill volgt komt daarmee waarschijnlijk tot de conclusie dat harddrugs inderdaad gelegaliseerd zou moeten worden.

Praktische problemen rondom legalisering

Maar wat zouden de praktische effecten van legalisering kunnen zijn? Door legalisering zouden de prijzen van cocaïne in Nederland iets kunnen dalen, maar slechts beperkt. De grootste kosten zitten in het smokkelen naar Nederland. Dat smokkelen blijft internationaal natuurlijk verboden.

Zodra het middel in Nederland arriveert zou het pas legaal zijn en kan het vrijelijk verhandeld worden. Daardoor blijft het transporteren van en handelen in cocaïne lucratief voor criminelen.

Voor synthetische drugs kan dat anders zijn, omdat deze momenteel grotendeels in Nederland worden gemaakt. Soms moet er een verboden grondstof worden geïmporteerd. Dat levert doorgaans geen grote problemen op voor het smokkelsysteem en zoals Voeten stelt in zijn nieuwste boek Drug van de Duivel worden er dan niet-verboden pre-precursoren gebruikt om de verboden precursor te maken. ‘Er worden telkens weer nieuwe processen uitgevonden als bepaalde stoffen worden verboden.’

Door legalisering kan kennis over het productieproces vrijelijk gedeeld worden, omdat de productie minder in het geheim hoeft plaats te vinden. Het leidt waarschijnlijk echter ook tot meer concurrentie. Vermindert de prijs van het product daardoor? Wellicht enigszins, maar zou dat de misdaad rondom harddrugs verminderen? Of biedt het juist kansen voor criminelen? Voeten stelt in zijn boek Drugs: ‘De drugswereld is een uiterst innovatieve sector met een razendsnelle leercurve.’

Als het productieproces van en de handel in synthetische drugs legaal zou worden in Nederland, zou dat niet juist gaan betekenen dat internationale criminelen, waaronder Mexicaanse en Colombiaanse drugskartels, zich hier nog actiever gaan vestigen?

Als hier drugs kunnen worden opgeslagen, gemaakt en verhandeld zonder de zorg van inbeslagname door de overheid resteren er slechts twee problemen. Ten eerste, de export naar het buitenland. Er kan verwacht worden dat andere landen extra streng worden bij reizigers uit Nederland. Maar de vindingrijke, adaptieve smokkelaars zullen altijd weer nieuwe routes ontwikkelen.

Ten tweede, de concurrentie. Een volledig vrije drugsmarkt kan zomaar leiden tot Mexicaanse taferelen. Opgefokte new kids on the block die een kartel willen overnemen, het met geweld claimen van een territorium voor handel, en het vermoorden van concurrerende bendes.

Zwichten voor geweld

Misdaadjournalist John van den Heuvel stelt terecht dat bij legalisering van harddrugs een ‘verkeerd signaal’ wordt afgegeven. Er wordt dan gezwicht voor intimidaties en geweld door criminelen. Dat een ‘war on drugs’ niet heeft gewerkt betekent niet dat er overgegaan moet worden tot legalisering, zoals de Amsterdamse burgemeester Femke Halsema meent.

Het geeft daarnaast een verkeerd signaal af naar jongeren en kwetsbaren. Van den Heuvel stelt dat geïnvesteerd moet worden aan de ‘vraagkant’, zodat gebruikers gaan begrijpen dat hun behoefte ongezond is en het systeem van onderdrukte cocaboeren, kartelcriminaliteit en liquidaties in Nederland in stand houdt.

Hans Werdmölder heeft mijns inziens gelijk wanneer hij in Wynia’s Week stelt dat het ‘Nederlandse gedoogbeleid [de voorwaarden heeft] gecreëerd voor de groei en bloei van de georganiseerde misdaad’. Hij legt de verantwoordelijkheid primair bij de overheid:

‘Niet de vele tienduizenden gebruikers van soft- en harddrugs, maar de Nederlandse overheid is verantwoordelijk voor het in stand houden van het systeem: het lucratieve en gewelddadige drugscircuit.’

Toch valt hier wellicht meer te zeggen voor het punt van Van den Heuvel. De huidige situatie is dat het produceren, handelen en bezitten van harddrugs internationaal verboden is. Die verboden creëren een onderwereld, waarin de realiteit is dat cocaboeren hard moeten werken voor weinig geld en er wereldwijd ernstig geweld plaatsvindt. Wordt door te gebruiken dat systeem niet in stand gehouden? 

Geen goed idee

Hoewel legalisering vanuit een liberaal perspectief waarschijnlijk de primaire uitkomst is, is het op dit moment echter geen goed idee. Het kan ervoor zorgen dat meer Nederlanders zich gaan bezighouden met drugshandel of -productie. En wellicht gevaarlijker: dat meer buitenlandse criminelen zich in Nederland gaan vestigen. Als er meer spelers op de drugsmarkt komen is er meer concurrentie en dat leidt doorgaans tot ernstig drugsgeweld.

Daarnaast rijst de vraag: waarom willen sommigen harddrugs nu legaliseren? Meestal is dat niet vanuit de liberale gedachte, maar om grote criminelen als Ridouan Taghi te doen stoppen met het bedreigen en laten liquideren van mensen. En ja, dan wordt er gezwicht voor de georganiseerde misdaad. Legalisering van harddrugs is vooralsnog geen goed idee.

Wynia’s Week verschijnt twee keer per week, 104 keer per jaar. Ons online magazine wordt volledig mogelijk gemaakt door de bijdragen van de donateurs. Doet u mee? Hartelijk dank!