Hulpeloos kabinet RutteVier breidt zonder noodzaak de staatsinvloed in de economie uit

Menno
Demissionair minister van Financiën Steven van Weyenberg (D66) wordt beëdigd door koning Willem-Alexander. Beeld: X.

De politieke koehandel met het Nederlandse staatsbedrijf Tennet neemt wel heel gênante vormen aan. De Nederlandse overheid onderhandelt inmiddels al 15 maanden over de verkoop van het Duitse dochterbedrijf van Tennet aan de Duitse regering en staatsbank KfW. Maar de onderhandelingen zitten in een impasse en wat gebeurde er afgelopen vrijdag?

Nederland kríjgt geen miljardenopbrengst uit de verkoop van Tennet Duitsland, zoals gehoopt, maar het demissionaire kabinet RutteVier legt 25 miljard euro op tafel als hulpkrediet voor Tennet voor 2024 en 2025.

Nederland staat voor schut

Tennet (7.400 medewerkers, 25.000 kilometer hoogspanningskabel) is voor de meesten van ons geen bekende naam. Het staatsbedrijf is verantwoordelijk voor de hoogspanningsleidingen in Nederland en een groot deel van Duitsland. Het Duitse deel is in 2009 gekocht. De Duitse regering had daar toen geen moeite mee. Sinds het staken van de Russische gasleveranties en de sluiting van Duitse kerncentrales denkt men daar in Berlijn anders over. Duitsland wil zijn energie-infrastructuur weer in eigen hand. Maar eind vorig jaar belandde de regering-Scholz in een begrotingscrisis. Duitsland heeft in oktober 2022 zelf om de terugverkoop van Tennet Duitsland gevraagd, maar komt niet over de brug . Nederland staat voor schut. Geen deal. Geen zilvervloot, maar zelf dokken.

De gang van zaken roept de nodige vragen op. Hoe zit het met het geld? Wat is de rol van het demissionaire kabinet? En wat is de betekenis van deze staatsinterventie.

Eerst het geld. De omvang van het hulpkrediet doet denken aan de reddingsacties voor ING en de nationalisatie van ABN Amro in de bankencrisis van 2008/2009. Dat ging om meer dan 30 miljard euro respectievelijk bijna 17 miljard. De redding van KLM tijdens de coronacrisis kostte de overheid 3,4 miljard euro, waarvan 1 miljard als lening, de rest als garantie.

Bij Tennet gaat het niet om een redding van het bedrijf zelf, maar wel om de redding van de investeringen in versterking van het stroomnet. Meer bedrijven en meer consumenten gebruiken meer stroom omdat gas en andere energiebronnen wegvallen, duurder zijn geworden of wettelijk taboe zijn verklaard (gasgestookte huizen). Anders gezegd: duurzaamheidspolitiek botst hier op de bedrijfseconomische realiteit dat de kosten voor de baten uitgaan.

Strijd binnen het ministerie van Financiën

Dit jaar bedraagt de kredietlijn 13,1 miljard euro. Daarmee verhoogde de demissionair minister van Financiën Steven van Weyenberg (D66) afgelopen vrijdag op zijn eerste werkdag de financieringsbehoefte van de Nederlandse staat in één klap met 17 procent tot 90 miljard euro. Dat bedrag moet de overheid lenen om de staatsuitgaven te financieren.

Het demissionaire kabinet maakt in deze affaire een afwachtende, om niet te zeggen hulpeloze indruk. Wat ook niet helpt: binnen het ministerie van Financiën was strijd over de beste oplossing, zo blijkt uit vrijdag openbaar gemaakte ambtelijke nota’s. De ene afdeling was voor het mammoetkrediet, de ander wilde extra aandelenkapitaal in Tennet storten zodat het staatsbedrijf zelfstandig op de financiële markt de financiering kon regelen. Waar men het wél eens over was: er was haast geboden.

Kaag kiest voor beursgevoelige oplossing

Op 3 november kreeg toenmalig minister Sigrid Kaag (D66), tot 8 januari jongstleden in functie, het eerste advies. Op 8 november zou zij met minister Rob Jetten (Economische zaken en Klimaat, ook D66) overleggen, meteen aansluitend praatten zij samen met Tennet.

Ondertussen kon Duitsland rustig afwachten. Want wie weet wilde Nederland wel akkoord gaan met een lagere opbrengst om van dit peperdure hoofdpijndossier verlost te zijn. Dat wilde Nederland niet. Op 16 november volgt een nieuwe ambtelijke notitie: er is geen deal met de Duitsers, neem een beslissing, minister. Dat doet Kaag. Ze kiest de hulplening en op 14 december is de zaak ambtelijk rond, maar wil men wachten op de ministerraad van 12 januari voor akkoord. Dat was afgelopen vrijdag.

Je zou zeggen: deze oplossing is niet alleen politiek gevoelig, maar ook beursgevoelig. Tennet heeft geen beursgenoteerde aandelen, maar wel obligaties. Hadden beleggers niet eerder moeten horen van dit kolossale hulpkrediet?

Wat politieke gezien verbaast is dat het demissionaire RutteVier de omvang van de financieringsrol van de overheid weer verder opblaast. Van een liberale minister-president verwacht je iets anders. Het had meer voor de hand gelegen Tennet een kapitaalinjectie te geven. Dan kan het staatsbedrijf vervolgens zelf de extra financiering regelen op de financiële markten, zoals tot nu toe de norm is. Dat was ook de voorkeursoptie van Tennet zelf. Het hulpkrediet was voor het bedrijf hooguit een ‘tijdelijke optie’, schrijven de ambtenaren.

Met de politieke keuze voor de staatsinterventie à 25 miljard euro gaat het demissionaire kabinet door op de eerder ingeslagen weg om staatsbedrijven in de energietransitie een steeds grotere rol te geven. Eerder al stak het kabinet 500 miljoen in het regionale stroomnetbedrijf Stedin. Bij Gasunie heeft de groeiende staatsbemoeienis de vorm gekregen van de aanleg van een nieuw waterstofnet.

Parlementariërs en Rekenkamer staan met lege handen

Met deze investeringen begeeft het kabinet zich op een glibberig pad. Staatsbedrijven worden een uitvoerende arm van de rijksoverheid. Dat holt de invloed van het parlement uit. Begrotingen van ministeries moeten worden goedgekeurd door het parlement. Ministers moeten ook verantwoording afleggen over de bestedingen. De Algemene Rekenkamer heeft inzage in de boeken. Maar staatsbedrijven? Daar staan parlementariërs en Rekenkamer met lege handen.

Demissionair minister Van Weyenberg wil voor 1 maart toestemming van het parlement voor het hulpkrediet. Dat kan niet zonder debat over de gevolgen van deze staatsinterventies, inclusief de zeggenschap van het parlement over de extra uitgaven van staatsbedrijven als Tennet.

Menno Tamminga  is economisch columnist van Wynia’s Week. Eerder was hij redacteur en columnist van Het Financieele Dagblad en van NRC Handelsblad.

Wynia’s Week wordt mogelijk gemaakt door de vrijwillig betaalde abonnementen van de lezers. Doet u al mee? Doneren aan Wynia’s Week kan HIER. Hartelijk dank!