Ook uit het Verwey-Jonker-rapport blijkt dat het asielbeleid wel degelijk een aanzuigende werking heeft

boot
Asielzoekers uit Afrika komen aan op het Italiaanse eiland Lampedusa. Beeld: euronews.com.

Tijdens een korte vakantie aan het Nederlandse strand las ik twee geschriften over asielbeleid in Nederland. Het ene was een soort academisch rapport van het Verwey-Jonker instituut (vanaf nu: VJ) over de aanzuigende werking van het asielbeleid in Nederland. Het andere was het boek De asielloterij van Ruud Koopmans. Ze konden niet meer verschillend zijn.

Koopmans: asielzoekers zijn daders  

In De asielloterij zijn vluchtelingen voornamelijk jonge mannen die in de helft van de gevallen helemaal geen recht op asiel hebben. Die quasi-vluchtelingen tonen geen documenten over hun identiteit, zodat ze ook niet teruggestuurd kunnen worden naar hun land van  herkomst.

Als ze dan eenmaal – ten onrechte – asiel hebben gekregen, blijken ze minder vaak actief op de arbeidsmarkt en bezondigen zij zich vaker aan ernstige criminele activiteiten. Verkrachting komt voor met vaak ook nog eens gevluchte vrouwen als slachtoffer. Anders zijn het wel vrouwen die deze mannen in een eerder stadium geholpen hebben asiel te krijgen.

Koopmans deinst er niet voor terug om dit soort schrijnende gevallen uitgebreid uit de doeken te doen. Hij is al even uitgebreid over de asielzoekers die later – als het te laat is – islamitische terroristen blijken te zijn. 

Kortom, bij Koopmans zijn vluchtelingen vaak geen slachtoffers, maar daders. Dat ligt natuurlijk niet alleen aan de daders. Het asielbeleid in de EU is vooral debet aan de misstanden. Het feit bijvoorbeeld dat zodra een ‘vreemdeling’ de EU weet binnen te komen – met of zonder documenten – hij of zij asiel kan aanvragen en niet meer teruggestuurd kan worden. De slechte screening van de asielzoekers die daar het gevolg van is, zorgt er dan voor dat het voor ‘slechte elementen’ een koud kunstje wordt om asiel te krijgen.

Daarmee zegt Koopmans niets nieuws. Het is in de EU al lang bekend dat 50 procent van de ‘vluchtelingen’ geen geldig asielmotief heeft, maar afkomstig is uit veilige landen. Dit blijkt uit statistieken die de Europese Commissie geregeld publiceert. De helft van de asielzoekers die de EU bereiken voldoen dus niet eens aan de ruime EU- definitie van een vluchteling.

Verwey-Jonker: asielzoekers zijn slachtoffers

In het VJ-rapport komen alleen maar vluchtelingen voor die op zoek zijn naar een beter en veilig leven in hun nieuwe immigratieland. Het VJ-rapport is dus juist heel politiek correct door alle vluchtelingen als slachtoffers te duiden. De vraag die het VJ-instituut probeert te beantwoorden is of het Nederlandse asielbeleid invloed heeft op de keuze van asielzoekers voor Nederland. Het antwoord op die vraag wordt gegeven in een nieuwsbericht van Verwey-Jonker: er is geen bewijs dat goede asielvoorzieningen en gunstige regels meer asielzoekers aantrekken, ofte wel, de zogenoemde aanzuigende werking van een genereus asielbeleid bestaat niet.

Het VJ-rapport bevat overigens geen eigen empirisch onderzoek, maar is een literatuuronderzoek. De conclusie over het ontbreken van een aanzuigende werking heeft het VJ-instituut dus niet van zichzelf, maar heeft het opgediept uit diverse geraadpleegde studies. De conclusie is daarom des te opvallender omdat het rapport ook bevindingen citeert die wel op een aanzuigende werking lijken te duiden.

Kunnen asielzoekers over het Nederlandse asielbeleid leren?

Daar komen we op terug. Laten we eerst eens de vraag en de conclusie van het VJ-rapport letterlijk nemen. Wat moeten we ons voorstellen bij het effect van het asielbeleid op de keuze van een migrant? Zou een willekeurige inwoner van, zeg, Nigeria die wil gaan migreren naar de EU het Nederlandse asielbeleid gaan bestuderen? Ik zou zelf niet eens weten hoe ik achter het Nederlandse asielbeleid moet komen.

Deze site van het IND lijkt me nog het meest zinvol, maar de gestelde eisen voor asiel zijn daar tamelijk algemeen. Naar ik aanneem zijn de eisen voor asiel niet anders dan in de meeste andere EU-landen. Een willekeurige Nigeriaan – Nigeria is een veilig land, overigens – kan er dus niet achter komen wat het Nederlandse asielbeleid voorstelt. Dan kan het asielbeleid dus ook geen effect hebben op de keuze van deze asielzoeker voor Nederland. QED.

Evengoed is het aantal asielaanvragen in Nederland alweer ruim duizend per week. Wat ‘zuigt’ deze asielzoekers naar Nederland? Niets dus, volgens het VJ-rapport. Hoe genereus Nederland ook is met het toekennen van asiel, het heeft geen effect op het aantal asielzoekers. Zou het? Als gezegd komt het VJ-rapport ook met diverse studies aanzetten die empirisch aantonen dat genereuze asielmaatregelen wel degelijk effect hebben. Zij noemen bijvoorbeeld een onderzoek van Diop-Christenen en Diop uit 2022:

‘Uit hun studie blijkt dat de kans op het verkrijgen van asiel en de mogelijkheden om met gezinsleden te herenigen belangrijke en bepalende factoren uit het asielbeleid zijn. Uit meerdere studies blijkt dat de slagingskans of het toekenningspercentage van asielaanvragen een belangrijk onderdeel vormen voor asielmigranten om een voorkeur te hebben voor een land om asiel aan te vragen (oa. Kuschminder & Koser, 2017).’ VJ-rapport, blz.37

Ook lezen we in het VJ-rapport:

‘Desalniettemin is voor asielmigranten de belangrijkste aantrekkingskracht van landen als Zweden het hoge toekenningspercentage van asielaanvragen en de makkelijke toegang tot gezinshereniging.’ VJ-rapport, blz. 39

De aanzuigende werking van asielbeleid zien we overal

Zweden is inderdaad een aansprekend voorbeeld om de aanzuigende werking van genereus asielbeleid aan te tonen. In 2013 werd een soepele regeling voor Syrische asielzoekers ingevoerd. Zij konden direct een permanente, in plaats van een tijdelijke verblijfsvergunning krijgen. Ook de mogelijkheden voor gezinshereniging werden verruimd. Uit empirisch onderzoek van Henrik Andersson en Kristoffer Jutvik blijkt dat deze beleidsverandering in Zweden tot bijna een verdrievoudiging van het aantal asielzoekers leidde. Verder namen de verzoeken om gezinshereniging sterk toe. De beide auteurs tonen, ten overvloede, ook nog eens aan dat er een causaal verband vastgesteld kon worden tussen de verandering van het asielbeleid en de omvang van de stroom asielzoekers.

Komt niet door aanzuigende werking?

Hoeveel meer bewijs voor een aanzuigende werking wil je nog hebben? Het is bekend (zie een eerdere blogpost) dat de kans op asiel sterk kan verschillen tussen landen. Het ligt voor de hand dat asielzoekers bij voorkeur naar landen gaan waar de kans op asiel hoog is. Op blz. 37 van het VJ-rapport staat dat strengere regels in het ene EU-land invloed kunnen hebben op ‘het aantal asielmigranten dat daardoor naar andere EU-landen gaat’. Dat is dus afstoten door het ene land en aanzuigen door het andere land. Maar, zegt het VJ-rapport er direct bij, het totaal aantal asielzoekers zal daardoor niet toenemen.

Keren we voor dat totale aantal asielzoekers dan nog even terug naar De asielloterij van Ruud Koopmans. Hij doet tegen het eind van zijn boek een gedachtenexperiment. Hij stelt zich voor wat er zou gebeuren als in Europa de lange asielprocedures worden afgeschaft. Als iedereen die dat wil naar Europa kan komen. Hoeveel mensen zouden er dan uit Afrika naar Europa willen komen? Hij citeert dan onderzoek van PewResearch waaruit blijkt dat er heel veel meer migranten zouden vertrekken:

‘In een representatieve enquête onder de bevolking van verschillende Afrikaanse landen zeiden grote meerderheden in Ghana (75 procent) en Nigeria (74 procent) en bijna de helft in Senegal (46 procent) dat zij naar het buitenland zouden verhuizen als zij de kans en de middelen hadden.’ De asielloterij, blz. 215

Dan volgt de angstaanjagende zin:

‘Aangezien er alleen al in Nigeria meer dan 200 miljoen mensen wonen, kan men zich een idee vormen van wat een opengrenzenbeleid zou betekenen.’ De asielloterij, blz. 216

De suggestie is duidelijk. Als de EU de meest genereuze asielprocedure zou invoeren die denkbaar is – namelijk geen asielprocedure – zou zeker de helft van de mensen uit veilige landen in Afrika naar de EU willen migreren. Met andere woorden, hoe soepeler de asielprocedure, des te hoger de aantallen asielzoekers.

Waarom is Verwey-Jonker zo selectief?

De tamelijk selectieve conclusie van het VJ-rapport werd vrijwel ongewijzigd door kranten, columnisten en websites overgenomen. Zie bijvoorbeeld Trouw, de NOS en het AD. Merel van Vroonhoven in haar column in de Volkskrant gebruikt het VJ-rapport zelfs om er VVD-Kamerlid Ruben Brekelmans mee om de oren te slaan (‘fabeltjesverteller pur sang’, ‘onzinverhalen vertellen op basis van eigen anekdotische bewijs over de vermeende aanzuigende werking van ons asielbeleid’).

Je vraagt je daarom af waarom het VJ-instituut zo’n selectieve conclusie afleidt uit zulke duidelijke tekenen dat een soepeler asielbeleid tot een toename van het aantal asielmigranten kan leiden, zie Zweden en Duitsland (‘wir schaffen das’). Het instituut had kunnen weten dat zo’n politiek correcte conclusie voor zoete koek geslikt zou worden.

Nu werd het VJ-rapport geschreven in opdracht van het WODC. Dit WODC zet in dit nieuwsbericht vol in op de politiek correcte conclusies van het VJ-rapport. Dat mag ik natuurlijk niet suggereren, maar je zou bijna gaan denken dat het WODC deze conclusies van het VJ-instituut besteld heeft. Had het VJ-instituut om haar eigen reputatie te beschermen niet beter de verleiding kunnen weerstaan om het haar opdrachtgever zozeer naar de zin te maken?    

Harrie Verbon was hoogleraar openbare financiën aan de Universiteit van Tilburg. Zie hier zijn blog. 

De donateurs vormen het fundament van Wynia’s Week. U maakt het als donateur mogelijk dat ons online magazine 104 keer per jaar verschijnt. Doneren kan op verschillende manieren, kijk HIER. Alvast hartelijk dank!