Zo werkt deze activistische subsidiefuik die de overheid met het eigen belastinggeld op de knieën krijgt

WouterRoorda 28-1-23
Daniëlle Hirsch, directeur van de overheidsgefinancierde actiegroep Both ENDS en kandidaat-Kamerlid voor GroenLinks. (Beeld: Both ENDS)

Een actiegroep, opgericht door ambtenaren en milieuactivisten en gefinancierd vanuit de grote subsidiepot van de ontwikkelingshulp. Dat is in het kort hoe het begon met NGO (non-gouvernementele organisatie) ‘Both ENDS’. De overheid als financier is de rode draad door de geschiedenis van deze club. Een particuliere achterban is er niet. Behalve de Nederlandse staat zijn er alleen wat binnen- en buitenlandse filantropen en soms een partner-NGO die de portemonnee trekken.

Both ENDS begon in 1986 met haar activiteiten die voortvloeiden uit twee projecten van de internationale milieuorganisatie IUCN. Dit is een grote NGO, waar ook veel overheden (waaronder de Nederlandse) lid van zijn. Het initiatief van ambtenaren van VROM en vijftien milieuorganisaties kreeg pas concreet vorm in 1990, toen PvdA-minister van Ontwikkelingssamenwerking Jan Pronk deed waar hij goed in is: subsidie verstrekken.

Het begon in Rio

De activiteiten namen een verdere vlucht na de zogenaamde ‘Rio Declaration’ in 1991, waar werd opgeroepen tot duurzame ontwikkeling. Both ENDS maakte bij internationale conferenties hierover vast deel uit van de delegaties van het ministerie van Buitenlandse Zaken (BuZa). De verstrengeling met politiek en ambtenarij is altijd intens geweest. Saillant detail is bijvoorbeeld dat in 2002 met ‘Inzet’de internationale tak van de PvdA werd opgenomen in de organisatie. Dit had naar eigen zeggen van Both ENDS een gunstig effect op de subsidierelatie met de overheid.

Both ENDS begon als netwerk van contacten tussen westerse milieuorganisaties en soortgelijke groepen in ontwikkelingslanden. ENDS staat voor Environment and Development Service. Daarbij stond al vanaf het begin voorop dat voor een duurzame en inclusieve wereld ook het Westen moet veranderen.

Tegenwoordig vat Both ENDS haar activiteiten samen met de modieuze term ‘intersectionaliteit’, ontleend aan het woke-jargon. Intersectionaliteit maakt dat volgens Both ENDS issues als gender en mensenrechten, gebruik en beheer van land en water, handel en investeringen, klimaatbeleid, en publiek geld en ontwikkeling allemaal met elkaar zijn verbonden. Een dergelijk brede waaier aan activiteiten is handig als het aankomt op het vragen van subsidie. En zo praat je overal over mee.

Intersectionaliteit komt ook tot uiting in de duurzame ontwikkelingsdoelen, die Both ENDS heeft omarmd en waar ze de Nederlandse overheid aan wil houden. Met het aannemen door de VN van deze doelen in 2015 vond Both ENDS een nieuwe missie en wist deze stichting vanaf 2016 via deelname aan twee lucratieve strategische partnerschappen, gefinancierd met ontwikkelingsgeld, de eigen subsidiestroom voor jaren veilig te stellen.

Een kopie van het ministerie

De strategie die Both ENDS tot 2025 voor de eigen organisatie heeft vastgesteld vertoont opmerkelijke overeenkomsten met de ‘verandertheorie’ die organisaties van het ministerie van Buitenlandse Zaken moeten onderschrijven om in aanmerking te komen voor deelname aan een strategisch partnerschap. Beide beogen het creëren van een ‘krachtig en invloedrijk’ maatschappelijk middenveld in ontwikkelingslanden.

Hiervoor is nodig dat het systeem van instituties niet alleen in deze landen verandert, maar ook in de rest van de wereld. Dit gebeurt via het opschalen van zogenaamde ‘transformatieve praktijken’. Projecten die ‘de transformatie’ van de maatschappij in gang moeten zetten, vormen de kernactiviteit van Both ENDS.

‘Penvoerder’ van ‘partnerschappen’

Voor de periode 2021-2025 is Both ENDS ‘de penvoerder’ van het strategische partnerschap Fair Green and Global Alliance (FGG), dat ruim 61 miljoen euro aan ontwikkelingshulpgeld ontvangt en zich richt op natuur- en milieubescherming. In de eerste periode 2016-2020 ontving FGG bijna 69 miljoen euro. Deelnemers aan FGG zijn in deze kolommen bekende NGO’s die zichzelf ook weer grotendeels bedruipen met overheidsfinanciering, zoals Milieudefensie, SOMO en Transnational Institute.

Daarnaast heeft Both ENDS een belangrijke rol in een tweede strategische partnerschap Global Alliance for Green and Gender Action (GAGGA), waarvan het in Nicaragua gevestigde Central American Women’s Fund samen met Mama Cash de penvoerder is. GAGGA, dat zich richt op vrouwenemancipatie, wordt in de huidige periode door BuZa gesubsidieerd met een bedrag van 40 miljoen euro. In de periode 2016-2020 was dit ruim 32 miljoen euro. Ook de Postcodeloterij helpt financieel mee.

Meer dan de helft: belastinggeld

Het uitkeren van de volledige subsidie van FGG via de penvoerder aan de andere deelnemers, draagt bij aan het sterk opblazen van de inkomsten van Both ENDS. Echter, ook zonder het geld van FGG is het beeld duidelijk: Both ENDS draait voor meer dan de helft van haar inkomsten op belastinggeld. Het restant is afkomstig van filantropische organisaties en de Postcodeloterij. In 2021 gaven particulieren slechts enkele duizenden euro’s:  €5446. En in 2020 nog iets minder: €4174.

 20212020
Subsidie strategische partnerschappen BuZa4,5 miljoen4,6 miljoen
FGG-subsidie totaal11,4 miljoen10,1 miljoen
Postcodeloterij0,5 miljoen0,5 miljoen
Filantropische organisaties/NGO’s3,7 miljoen3,3 miljoen
Totaal20,1 miljoen18,6 miljoen

Van de eigen inkomsten wordt ruim de helft (in 2021 4,6 miljoen euro) uitgegeven aan wat Both ENDS noemt ‘lobby en advocacy’. Gevoegd bij de ruim 1 miljoen euro per jaar voor management en organisatie bevestigt dat het beeld dat Both ENDS van zichzelf geeft als een makelaar en verbinder in plaats van een donorfonds dat geld uitgeeft.

Strijd tegen ‘fossiele’ bedrijven

Both ENDS werkt graag met andere NGO’s en filantropische instellingen aan specifieke ‘transformatieve’ projecten. Veel energie gaat naar de strijd tegen fossiele brandstoffen. Hierin passen niet alleen acties in ontwikkelingslanden die proberen het winnen en transporteren van fossiele brandstoffen te voorkomen, zoals een gaswinningproject in Mozambique of een oliepijpleiding in Oeganda.

Both ENDS participeert ook in de rechtszaak tegen Shell om de CO2-uitstoot te verminderen en acties om het ABP te laten stoppen met beleggen in fossiele energiebedrijven. Dit laatste maakt deel uit van een breder initiatief dat met geld van de Amerikaanse Wallace Foundation en de Deense KR Foundation pensioenfondsen bewerkt om hun beleggingen in volgens activisten klimaatonvriendelijke activiteiten te beëindigen. De hogere energierekening die daar het gevolg van is als ook de miljarden aan door het ABP gemist rendement, vormen voor Both ENDS blijkbaar overzienbare nevenschade.

Met de Britse Bulb Foundation, gelieerd aan de gelijknamige producent van hernieuwbare energie, en de KR Foundation, het filantropische vehikel van de familie Rasmussen dat het geld beheert van de uitvinder van het Velux dakraam, wordt gelobbyd voor het niet langer door overheden verzekeren van exportkredieten voor projecten die betrekking hebben op fossiele energie. Ook de door George Soros gefinancierde Open Society Foundations (OSF) stelde voor dit doel de afgelopen jaren meer dan een half miljoen euro aan Both ENDS beschikbaar.

Volgens de website van Both ENDS sluiten deze activiteiten naadloos aan op die van FGG en liften ook mee qua financiering. De Nederlandse overheid betaalt dus mee om de Nederlandse overheid onder druk te zetten om bepaalde activiteiten stop te zetten. En met succes: De Nederlandse overheid besloot eind 2021 met dergelijke verzekeringen te stoppen.

De KR Foundation heeft, los van Both ENDS, een bedrag van ruim een half miljoen euro beschikbaar gesteld om Nederlandse overheden te bewerken om advertenties voor fossiele energie te verbieden. Media, festivals, culturele en sportevenementen worden onder druk gezet om reclame en sponsoring door fossiele energiebedrijven te weren.

Both ENDS ontvangt verder bijdragen van de Nederlandse filantropische instellingen Porticus (van C&A-familie Brenninkmeijer), Turing Foundation (van de oprichters van TomTom), het Anton Jurgens Fonds (van de oprichters van Unilever) en DOB Ecology.

De Postcodeloterij

Stichting DOEN, het met geld van de Postcodeloterij gevulde goededoelenfonds van loterij-oprichter Boudewijn Poelmann, financiert een project ‘voedselbos’. Hieraan draagt via een ander project ook het ministerie van LNV bij, welke bijdrage dan weer loopt via RoyalHaskoning DHV.

De internationale tak van vakbond CNV sluist een subsidie van rijksdienst RVO door naar Both ENDS voor duurzaam bosbeheer. Met diverse provincies is een overeenkomst ondertekend om producenten van biologische producten uit onder andere voedselbossen een ruimere toegang tot afzetmarkten te verschaffen. Rondpompen van belastinggeld voor specifieke hobbyprojecten is geen probleem.

Op gespannen voet met de door de ANBI-wetgeving geëiste openheid staan de ‘non disclosable’ inkomsten binnen de bijdragen van filantropen/NGO’s. Deze post betrof €553.349 in 2021 en €752.658 in 2020. Voor 2020 lijkt het vooral te gaan om een bijdrage van €375.000 van Soros-vehikel OSF, die wel zichtbaar is op de OSF-website. 

Both ENDS houdt kantoor aan de Nobelstraat in de binnenstad van Utrecht, waarvan de huur ruim 100.000 euro per jaar bedraagt. De organisatie omvatte in 2021 31,0 FTE. Directeur Danielle Hirsch stond op plaats 16 van de lijst van GroenLinks bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2021.

Hirsch is niet de enige binnen de organisatie die actief is voor GroenLinks. Haar jaarsalaris bedraagt ruimt 100.000 euro per jaar. Blijkens haar Twitteraccount heeft ze een intensieve taak aan het bestoken van de samenleving met allerlei alarmerende oproepen over met name de staat van het klimaat en het gebrek aan actie daaromtrent.

Zonder de miljoenenfinanciering door het ministerie van Buitenlandse Zaken zou Both ENDS niet bestaan. Een achterban is er niet. De vraag rijst dan ook naar het bestaansrecht van deze club, waarvan de activiteiten en de activistische agenda volledig overlappen met die van andere NGO’s waar Both ENDS ook weer mee verknoopt is en die ook voor een groot deel worden gefinancierd met belastinggeld.

Wouter Roorda brengt regelmatig verslag uit van zijn speurtocht naar de omvangrijke financiering van de beleid- en meningsvorming met behulp van door de overheid betaalde ‘actiegroepen’.

Wynia’s Week krijgt geen subsidie en wil ook geen subsidie. Wynia’s Week is onafhankelijk en ongebonden. De donateurs vormen het fundament van Wynia’s Week.  Doneren kan op verschillende manieren, kijk HIER. Alvast hartelijk dank!