De geldverslindende schijnvertoning in het kwetsbare Amazonegebied heeft niets te maken met effectief klimaatbeleid

WW Van Andel 20 november 2025_BEELD
De deelnemers en onderhandelaars van COP30 hebben in weerwil van de inheemse protesten een Verklaring voor Groene Industrialisatie gelanceerd. Beeld: YouTube.

Halverwege de VN-klimaattop COP30 in het Braziliaanse Belém hebben inheemse bewoners van het Amazonegebied opnieuw vreedzaam geprotesteerd tegen de kaalkap van hun regenwouden. De ontbossing schrijdt ook onder president Lula da Silva voort, om plaats te maken voor steeds meer landbouw en mijnbouw. Bovendien komt er een 1000 kilometer lange spoorlijn door het regenwoud, om al die landbouw- en mijnbouwproducten te vervoeren. Vertegenwoordigers van de getroffen inheemse stammen drongen de geaccrediteerde zone van COP30 binnen, blokkeerden toegangen en veroorzaakten lange wachtrijen die het conferentieschema danig in de war schopten. 

Dat is nog eens wat anders dan de gevaarlijke en vandalistische acties van westerse milieuactivisten, die kennelijk geen idee hebben hoeveel leed en milieuschade het door hen bevochten klimaatbeleid veroorzaakt aan de andere kant van de wereld. De vele Nederlandse en Europese deelnemers in de afgeschermde geaccrediteerde zone beseffen hopelijk dat ook zij in belangrijke mate verantwoordelijk zijn voor de ontbossing waartegen de oorspronkelijke Brazilianen met recht en reden protesteren. 

Subsidie voor grootschalige ontbossing  

Ons milieuschadelijke elektrificatiebeleid voor mobiliteit, verwarming en industrie stimuleert een verveelvoudiging van lithium-, kobalt- en kopermijnbouw elders in de wereld. Ons CO2-verhogende biomassabeleid bevordert grootschalige trans-Atlantische houtkap voor onze elektriciteitsopwekking, en voor het verbouwen van biobrandstofgewassen voor onze E10-benzine en biodiesel. Nederland en Europa subsidiëren dat contraproductieve elektrificatie- en biomassabeleid met miljarden euro’s per jaar, en je kunt het de minder welvarende Brazilianen moeilijk kwalijk nemen dat ze daar een verdienmodel van hebben gemaakt. 

Sinds het Klimaatakkoord van Parijs in 2015 heeft Brazilië 30 miljoen hectare regenwoud verloren, dat is bijna tien keer zo veel als heel Nederland. Wij hebben zelf in de middeleeuwen en de Gouden Eeuw ons eigen land ontbost, en nu zorgen we er met grof geld voor dat landen aan de andere kant van de Atlantische Oceaan dat ook doen. Rond 1850 had Nederland nog maar 1 procent bosbedekking. Dat sindsdien wat opgekrabbeld naar 11 procent, maar we zijn nog altijd een van de meest ontboste landen ter wereld. Als we doorgaan met ons huidige klimaatbeleid gaat Brazilië ook die kant op. 

De deelnemers en onderhandelaars van COP30 hebben in weerwil van de inheemse protesten een Verklaring voor Groene Industrialisatie gelanceerd. Die papieren verklaring gaat onder meer over ‘groene groei’, een illusie waarvan demissionair minister Sophie Hermans (VVD) de portefeuille beheert. Economische groei blijkt altijd gepaard te gaan met toenemend verbruik van grondstoffen, natuurgebied en energie. De oorspronkelijke Brazilianen betalen daar nu de prijs voor. Zij kunnen niet veel meer doen dan vreedzaam de aandacht trekken van meer dan 50.000 ingevlogen COP30 deelnemers, die twee weken lang vergaderen over een natuurvernietigende energietransitie en een fictieve groene industrialisatie. 

Somini Sengupta, een toonaangevende klimaatverslaggever van The New York Times, analyseert deze geldverslindende schijnvertoning van de Verenigde Naties scherp. Zij stelt dat het niet gaat om de verklaringen en beloftes die uit COP30 zullen komen, maar om de uitblijvende acties en resultaten van verklaringen en beloftes van de afgelopen tien jaar. De bewoners van de Braziliaanse regenwouden die hun leefgebieden zien verdwijnen, zullen dat met haar eens zijn. Ik ben het ook met haar eens. De mondiale CO2-uitstoot en fossiele brandstofconsumptie blijven gestaag doorgroeien, en wij hebben daar met westerse miljardensubsidies een toenemende hoeveelheid milieuschadelijke mijnbouw en ontbossing aan toegevoegd. 

Wanhopige zoektocht 

Het wereldnieuws is naast de klimaattop aan de monding van de Amazonerivier ook vol van allerlei andere energiekwesties. Kritische analisten van het westerse klimaat- en energiebeleid hebben nooit gebrek aan nieuws, integendeel. De veelheid van kleine en grote energiezaken overal ter wereld illustreert wellicht de wanhopige zoektocht van miljarden mensen naar oplossingen waarvan niemand weet of ze wel bestaan. Van groene groei, CO2-neutrale biomassa, milieuvriendelijke elektrische auto’s en hernieuwbare energiebronnen die fossiele brandstoffen vervangen weten we in elk geval dat ze niet bestaan. 

Autofabrikant Hyundai wil miljarden euro’s investeren in waterstofauto’s, eveneens een niet bestaande oplossing voor het reduceren van CO2-uitstoot. Waterstof is geen delfstof, en dus geen energiebron zoals aardgas en aardolie. Het maken en verbruiken ervan heeft een energetisch rendement van slechts 35 procent. Waterstof is schaars, duur, zeer volumineus en moeilijk om mee te nemen als brandstof in auto’s en zelfs schepen. Het Nederlandse offshorebedrijf Allseas ontwikkelt daarom een zogenaamde Small Modular Reactor (SMR), een kleine kernreactor voor grote civiele zeeschepen. Militaire vaartuigen zoals onderzeeërs en vliegdekschepen varen al op kernenergie, en Allseas wil dat vanaf 2030 ook gaan doen met hun grote handelsschepen. 

Ze werken daartoe samen met de Technische Universiteit Delft en de nucleaire reactor van NRG in Petten. Urenco in Almelo is de grootste uranium-verrijker ter wereld, en Allseas bundelt zo de hoogwaardige nucleaire kennis van Nederland in een wél bestaande oplossing om CO2-emissie, ontbossing en milieuvervuiling te reduceren. Schepen op kernenergie stoten geen broeikasgassen, geen stikstof, geen zwaveldioxide en geen luchtvervuiling uit. Ze veroorzaken geen ontbossing, en kunnen tientallen jaren (!) varen zonder te hoeven bijtanken. Een nieuwe Nederlandse regering kan hier een voorbeeld aan nemen voor een daadwerkelijk schone, betaalbare en betrouwbare energievoorziening voor onze kinderen en kleinkinderen. 

Vermorzelende macht  

Dat is hard nodig, gezien de protesten in het Noord-Hollandse Hensbroek tegen het zogenaamde ‘groene tracé’. Dat is een eufemisme voor nieuwe bovengrondse hoogspanningskabels vlakbij woonhuizen, om de netcongestie door toenemend stroomverbruik en toenemende instabiliteit van wind- en zonnestroom enigszins te verminderen. Het wordt in Hensbroek waarschijnlijk vechten tegen de bierkaai, net als in Belém. De plaatselijke bewoners hebben het nakijken bij de vermorzelende macht van politieke correctheid en het grote geld. 

De oplossing voor een veel doelmatiger en goedkoper klimaatbeleid is nochtans zo voor de hand liggend, zo effectief en zo goedkoop: pas op de plaats maken met elektrificatie en hernieuwbare energiebronnen, vol inzetten op energiebesparing en kernenergie, en bestaande klimaatfondsen besteden aan klimaataanpassing in binnen- en buitenland. Daar worden Brazilianen, Nederlanders, alle wereldburgers en alle bomen en dieren op aarde veel beter van dan van de zoveelste megalomane klimaattop, met tienduizenden deelnemers en over elkaar heen buitelende papieren verklaringen en beloftes. 

Wynia’s Week verschijnt 156 keer per jaar en wordt volledig mogelijk gemaakt door de donateurs. Doet u mee, ook straks in het nieuwe jaar? Doneren kan zo. Hartelijk dank! 

Donateurs kunnen ook reageren op recente artikelen, video’s en podcasts en ter publicatie in Wynia’s Week aanbieden. Stuur uw reacties aan reacties@wyniasweek.nl. Vergeet niet uw naam en woonplaats te vermelden (en, alleen voor de redactie: telefoonnummer en adres). Niet korter dan 50 woorden, niet langer dan 150 woorden. Welkom!