Zwarte Piet en de Caraïbisering van het Nederlands cultureel Erfgoed

Zwarte Piet en Caraibisering erfgoed

Afgelopen juni 2022 is het Sinterklaasfeest, zonder er ruchtbaarheid aan te geven, verwijderd van de lijst Nederlands immaterieel erfgoed. Het Rotterdamse zomercarnaval is juist toegevoegd en loopt zich warm om Werelderfgoed te worden. Het Sinterklaasfeest is van de lijst verdwenen omdat het Sint & Pietengilde, de officiële beheerder van de traditie, Zwarte Piet als essentieel onderdeel ziet van het feest.

KIEN, Kenniscentrum Immaterieel Erfgoed Nederland

Het KIEN beheert de lijst van Nederlands immaterieel erfgoed. Deze organisatie heeft op 23 juni 2022 besloten de Sinterklaastraditie van de lijst te schrappen, nadat het borgingsplan van de stichting Sint & Pietengilde door een toetsingscommissie van het KIEN is afgekeurd. Het is niet bekend wie in de toetsingscommissie zitten. Het rapport van de commissie is niet openbaar.

Volgens het KIEN voldoet het borgingsplan van het gilde niet aan de uitgangspunten van UNESCO voor immaterieel erfgoed omdat de stichting “eraan vast wil houden dat de figuur van Zwarte Piet historisch niet racistisch bedoeld is, waarmee zij voorbij gaat aan het feit dat deze figuur een kwetsende uitwerking heeft op verschillende groepen.” KIEN gaat niet in op de vraag waarom het kwetsend is. Hoewel activisten al jarenlang beweren dat Zwarte Piet afkomstig is van trans-Atlantische slavernij, blijkt dat niet uit historische bronnen. Het is een ingebeeld idee, een vooroordeel. Het kennisinstituut laat zich niet leiden door kennis maar enkel door gekwetstheid vanuit de woke-ideologie.

UNESCO

In 2003 is de Unesco conventie over immaterieel erfgoed opgesteld en in 2012 door Nederland geratificeerd. Het doel is het beschermen van immaterieel erfgoed, onder andere tegen de gevolgen van toenemende globalisering. De ervaring leert dat globalisering negatieve effecten kan hebben op waardevolle lokale tradities.

Dit leidt onherroepelijk tot een dilemma. Wat als lokaal immaterieel erfgoed niet voldoet aan de internationale uitgangspunten van de organisatie die dat lokale erfgoed tegen globalisering zegt te beschermen? De VN heeft in de persoon van de Caraïbische professor Verene Shepherd in 2013 al de nodige opschudding veroorzaakt. Zij kwam vertellen hoe Nederlanders hun eigen tradities dienen te interpreteren en verklaarde dat Zwarte Piet terug voert naar de periode van slavernij: “The UN working group cannot understand why people in the Netherlands do not see this is a throwback to slavery and that in the 21st century this practice should stop”.

Ook de UNESCO interesseert zich niet in de werkelijke lokale betekenis van Zwarte Piet. Ze baseert zich enkel op haar eigen internationale vooroordelen.

De praktijk

Elk land kan via een nationale Unesco Commissie immaterieel erfgoed voordragen tot werelderfgoed oftewel “Intangible Cultural Heritage of Humanity”. Dit erfgoed moet geselecteerd worden uit een nationale lijst die in Nederland wordt beheerd door het KIEN.

De sinterklaastraditie, toch een summum van Nederlands immaterieel erfgoed, is verwijderd. De afgelopen jaren zijn er ook een aantal typisch Nederlandse tradities toegevoegd. Om er enkele te noemen: Rotterdams zomercarnaval, Keti Koti, Surinaams Javaanse Gamelantraditie, Afro-Surinaamse aflegrituelen, Pangi, Anansi, Holi Phagwa, Tambú. U kent ze ongetwijfeld. We zijn er allemaal mee opgegroeid.

Uit dergelijke tradities kan de Nederlandse Unesco Commissie kiezen en als werelderfgoed promoten. Er zijn inmiddels drie tradities werelderfgoed geworden. Ambachten rond windmolens, Bloemencorso’s en Valkenieren. De laatste is werelderfgoed in samenwerking met landen als de Verenigde Arabische Emiraten.

Het Rotterdams zomercarnaval

De Unesco Commissie heeft nog twee andere tradities in de procedure om werelderfgoed te worden. Het gaat om traditionele irrigatie en het Rotterdams zomercarnaval. Dat laatste is nauwelijks Nederlands te noemen. Het is in 1983 begonnen als Antilliaans carnaval en is bedoeld – zoals de organisatie zelf op haar site uitlegt – “om de tropische carnavalsuiting, zoals deze bekend is op de Antillen, in de Nederlandse samenleving in te bedden”. Het is dus een Caraïbisch evenement dat toevallig in Rotterdam gehouden wordt. Zodra dit op de Unescolijst staat is Nederland verplicht om dit Caraïbisch zomercarnaval te beschermen.

Kathleen Ferrier

De voorzitter van de Nederlandse Unesco Commissie is Kathleen Ferrier. Geboren in Paramaribo en dochter van de latere president van Suriname Johan Ferrier. Zij volgde op 1 september 2019 GroenLinks coryfee Andrée van Es op als voorzitter van de Unesco Commissie.

Ferrier maakte al snel na haar aantreden duidelijk dat ze Zwarte Piet wilde veranderen. Precies op de dag van verwijdering van de Sinterklaastraditie van de KIEN-lijst, publiceerde ze een artikel. In beide artikelen verdedigt ze haar eis om Zwarte Piet te schrappen omdat tradities nu eenmaal veranderen en dat “Zwarte Piet kwetsend is voor heel veel mensen in ons land en dan maakt het niet uit of hij historisch gezien als figuur wel of niet kwetsend bedoeld is.” Dit is precies de motivatie waarom KIEN de traditie van de lijst heeft gehaald.

Zwarte Piet

Het KIEN ontkent dat het schrappen van het Sinterklaasfeest het einde betekent van de Nederlandse Sinterklaastraditie. Andere organisaties mogen het Sinterklaasfeest alsnog gaan opvoeren op de lijst. Deze voorstellen zullen echter alleen goedgekeurd worden als Zwarte Piet er niet in voorkomt. Het is een verdeel-en-heersstrategie. Zo zorgt KIEN ervoor dat de uiteindelijke vorm van Sinterklaas zal passen binnen het format dat UNESCO bepaalt.

De Nederlandse bevolking heeft geen stem in de keuze van haar eigen tradities. Zij wordt genegeerd door KIEN en UNESCO. Zwarte Piet eruit, Keti Koti en het zomercarnaval erin.

Unesco zegt het immaterieel erfgoed te beschermen tegen nadelige effecten van globalisering, maar ze doet precies het tegengestelde. Ze vaart mee op de internationale woke beweging en vernietigt op ondemocratische wijze de meest markante en waardevolle Nederlandse traditie.

Wynia’s Week verschijnt twee keer per week, 104 keer per jaar. Ons online magazine wordt volledig mogelijk gemaakt door de bijdragen van de donateurs. Doet u mee? Hartelijk dank!