Hoe zijn de 25.000 Eritreeërs in Nederland beland?

HansWerdmölder 14-1-23
Eritreeërs in Nederland. Bron: vreemdelingenvisie.nl.

Eritrea is een jong land dat na een lange onafhankelijkheidsoorlog in 1991 zelfstandig werd. Tot het einde van de Tweede Wereldoorlog was Eritrea een Italiaanse kolonie, vervolgens een Brits protectoraat en tussen 1952 en 1962 een federatie met Ethiopië. In 1962 werd het land, tegen zijn zin, ingelijfd als een provincie van Ethiopië. Dat was aanleiding tot een jarenlange strijd en oorlog.

Eritrea, met naar schatting vijf miljoen inwoners, grenst aan de strategisch belangrijke vaarroute van de Rode Zee die overgaat in het Suez-kanaal, één van de belangrijkste internationale zeeroutes ter wereld.                      

Ook na de onafhankelijkheid in 1991 heeft Eritrea te maken met oorlogen en ontvluchten veel Eritreeërs hun land. In 2015 verblijven zo’n 100.000 Eritrese vluchtelingen in Soedan. Het is hun bedoeling door te reizen naar Libië en vandaar via gammele bootjes over zee naar Italië. Libië is sinds de dood van Kadhafi een chaotisch en verdeeld land; ook een ideale plek voor netwerken van mensenhandelaren en smokkelaars. Italië, maar ook Nederland, behoort tot de favoriete bestemmingslanden. Tot 2013 was ook Israël favoriet als bestemmingsoord. Naar schatting wonen meer dan 30.000 Eritreeërs in Israël, maar de regering van Israël erkent hen niet als legitieme vluchtelingen.       

Op dit moment wonen in Nederland zo’n 25.000 Eritreeërs. Opvallend is het hoge aantal statushouders in de leeftijdscategorie van 15-25 jaar die in de afgelopen acht jaar (sinds 2014) naar Nederland zijn gekomen. Zeven op de tien statushouders is een man. Wat is de reden voor deze massale vlucht? En hoe komen de gevluchte Eritreeërs in Nederland terecht? 

‘Het Noord-Korea van Afrika’

Al meer dan dertig jaar is de Hoorn van Afrika een oorlogsgebied. Somalië, Soedan, Ethiopië en Eritrea leven voortdurend op voet van oorlog. In 1991 werd Eritrea zelfstandig, nadat de Eritrese troepen het Ethiopische leger verdreven uit de hoofdstad Asmara. Na een referendum werd in 1993 de onafhankelijkheid officieel erkend door de Verenigde Naties.              

Eritrea kent sindsdien een van de meest onderdrukkende regimes ter wereld en wordt om die reden ‘het Noord-Korea van Afrika’ genoemd. De huidige regering vormde de oppositie tegen het moederland Ethiopië, maar is sinds 2000 zelf ook een onderdrukkend regime geworden. Dezelfde man die de Eritrese onafhankelijkheidsstrijders naar de overwinning hielp, Isaias Afewerki, is nu de president van Eritrea. Zijn partij, de People’s Front for Democracy and Justice (PFDJ), is de enige toegestane partij. Veel leden van de oppositie en ook een deel van de burgerbevolking is zonder veroordeling gevangen gezet.

In 1998 brak een nieuwe oorlog met Ethiopië uit. Hoewel het conflict twee jaar later ten einde kwam heeft het Eritrese regime tot op heden de implementatie van de grondwet geblokkeerd en zijn alle presidents- en parlementsverkiezingen afgelast.                                 

Oorlog met Tigray

Anno 2023 is het land wederom in oorlog. Het leger van Eritrea en aanverwante milities zijn verwikkeld in een bloedige strijd met het Volksbevrijdingsleger van Tigray, een opstandige provincie in het noorden van het land. Eritrea voert een haatcampagne tegen de Tigreeërs, die dezelfde taal spreken, dezelfde cultuur hebben en buren zijn. Tigreeërs krijgen de schuld van alles dat niet goed gaat in Eritrea. De aanwezigheid van Eritrese troepen in Tigray dient nog een ander belang. Eritrea is vooral uit op instabiliteit in de hele regio, om zo de eigen positie te versterken. 

De oorlog in Tigray duurt al bijna twee jaar en heeft aan tienduizenden mensen het leven gekost. Miljoenen mensen zijn op de vlucht geslagen. Al meer dan tien jaar is sprake van een continue vluchtelingenstroom. Sinds 2011 is het aantal Eritrese asielzoekers zelfs vervijfvoudigd.    

Continue vluchtelingenstroom

Kritiek op de regering van Eritrea is verboden en tegenstanders worden gearresteerd. De dienstplicht, die meer dan tien jaar kan duren, is voor velen een belangrijke reden om het land te verlaten. De dienstplicht duurt officieel achttien maanden, maar kan in de praktijk oplopen tot meer dan tien jaar.

Dienstplichtigen kunnen niet besluiten waar ze wonen en zijn vaak voor lange periodes van hun familie gescheiden. Dit heeft ook een grote impact op families, omdat er vaak niemand is overgebleven die voor inkomen kan zorgen. Dienstplichtigen moeten bovendien werken onder omstandigheden die zijn te kwalificeren als ‘slavernij’.

In Eritrea krijgen kinderen krijgen vanaf 15 jaar militaire training. Volwassenen – ook vrouwen – moeten verplicht achttien maanden in militaire dienst. Daarnaast blijft een Eritreeër tot z’n vijftigste als reservist dienstplichtig. Deserteurs en dienstweigeraars worden wreed bestraft en ook familieleden lopen het risico te worden opgepakt. Sinds kort heeft de regering in Eritrea mannen onder de 55 jaar opgeroepen om mee te vechten tegen het Volksbevrijdingsleger van Tigray. De 20.000 extra militairen zouden zich moeten voegen bij de Eritrese troepen die al in Tigray aanwezig zijn.

Eritreeërs mogen hun land niet verlaten zonder toestemming van de Eritrese autoriteiten. Ze moeten een uitreisvisum aanvragen. In de praktijk krijgt echter bijna niemand zo’n uitreisvisum. Wie het land illegaal probeert te ontvluchten, loopt het risico te worden opgepakt. Desondanks ontvluchten veel Eritreeërs hun land.   

‘Eritrea heeft geen baat bij vrede’

De komst van nog meer Eritrese troepen jaagt niet alleen de bevolking in Tigray angst aan, het verontrust ook Tigreeërs in de diaspora. ‘Ik volg de ontwikkelingen op de voet’, zegt Sami (een gefingeerde naam). Hij woont al jaren in Nederland, maar heeft nog veel familie in Tigray. ‘Eritrea heeft een slechte naam. Ze moorden, gebruiken seksueel geweld en maken alles met de grond gelijk. Ze haten ons.’

Mirjam van Reisen, hoogleraar Internationale Betrekkingen in Tilburg, heeft zich in dit onderwerp gespecialiseerd. In een interview met de VPRO meldt zij dat Eritrea en Tigray al heel lang aartsvijanden zijn. In opdracht van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) schreef Van Reisen, samen met andere auteurs, het lijvige rapport Eritrea en Eritrese Vluchtelingen.

Hoewel Eritrea potdicht zit, komt er volgens Van Reisen wel informatie over de mobilisatie naar buiten. ‘Zo worden mensen van huis meegenomen, jongeren gaan naar militaire trainingskampen en kerkgangers worden zelfs uit diensten geplukt en naar het front gestuurd.’ ‘Eritrea heeft geen baat bij vrede’, stelt Van Reisen, ’het wil vooral zélf machtiger worden door buurlanden te verzwakken.’

Mensensmokkel

De vraag is hoe Eritrese vluchtelingen in Nederland terechtkomen. Daar moet een organisatie achter zitten. De recente arrestatie van een 39-jarige Eritreeër, aangehouden in de Verenigde Arabische Emiraten, werpt enig licht op de zaak. De man werd aangehouden tijdens een internationaal politieonderzoek naar witwassen van de Verenigde Arabische Emiraten. Hij zit daar nu vast. Nederland heeft de Verenigde Arabische Emiraten gevraagd om uitlevering.

In Nederland is de man, Kidane Zekarias Habtemariam, hoofdverdachte in een onderzoek van het Openbaar Ministerie en de Koninklijke Marechaussee (KMar) naar grootschalige mensenhandel. Habtemariam stond aan het hoofd van een kamp in Libië waar duizenden migranten verblijven. Zijn slachtoffers hadden onder meer te maken met zware mishandelingen, ontvoering en verkrachtingen.

Een jongeman, die op dat moment slechts veertien jaar oud was, getuigt van de meest wrede praktijken. ‘Sommige reisgenoten heb ik dood zien gaan’, zegt hij. ‘Soms als één persoon iets had gedaan wat niet mocht, werden we met z’n allen gestraft. Dat deed hij door ons bijvoorbeeld uit te hongeren. Deze man hoort niet vrij rond te lopen. Voor mij is dit allemaal achter de rug, maar mijn broeders en zusters zitten nog in die kampen.’                        

Uiterst gewelddadig

De afranselingen waren genadeloos, vertelt Esube Mesele, een andere overlevende. ‘De enige keer dat je naar buiten mocht en zonlicht en lucht te zien kreeg, was wanneer Kidane je opriep voor een pak slaag.’ Een vrouwelijke migrant zegt door Habtemariam met de dood te zijn bedreigd, als ze hem geen 4000 euro aan losgeld zou betalen. Ze werkte een jaar lang onder dwang in een van zijn pakhuizen in Libië, vertelde ze tegen The Irish Times.

Het OM spreekt van een ‘uiterst gewelddadige criminele organisatie’ die vooral Afrikaanse migranten naar Europa smokkelt. Op de internationale opsporingslijst wordt hij omschreven als ’een van de meest beruchte en wreedste mensensmokkelaars ter wereld’. Vorig jaar veroordeelde een rechtbank in Addis Abeba Habtemariam tot achttien jaar cel (in een ander bericht staat levenslang) wegens mensensmokkel in Afrika. Deze rechtszaak heeft in de internationale media relatief weinig aandacht gekregen.

Habtemariam zou zijn ontsnapt nadat hij een beveiliger had omgekocht. ‘Zo gaat het helaas in Ethiopië’, zei een slachtoffer vorig jaar tegen Middle East Eye. ‘Met geld koop je hier een uitweg. Natuurlijk was ik blij dat hij eindelijk vastzat. Kidane was verantwoordelijk voor zoveel dood en leed. Maar ik was naïef om te denken dat we gerechtigheid zouden krijgen.’                      

Ook in Nederland worden vluchtelingen nog afgeperst

Naast mensensmokkel gaat het volgens het OM ook om afpersing. Daarmee zou de criminele organisatie van Habtemariam grote sommen geld hebben verdiend. Velen overleefden de reis naar Europa niet en ook als zijn slachtoffers wel in Nederland aankwamen, zou Habtemariam zijn slachtoffers hebben afgeperst door ze geld te laten betalen voor een volgend familielid dat onderweg was naar Europa.

Eén van de slachtoffers vertelde vorig jaar aan Opsporing Verzocht over zijn ervaringen. ’Ik zat in Libië in een van zijn kampen. Dat was afschuwelijk. Je wordt geslagen totdat je voor je reis hebt betaald. Dat deden ze door met een kabel of stok op je natgespoten lichaam te slaan. Daardoor wordt je huid ontveld.’                                                       

Walid

In oktober vorig jaar leverde Ethiopië een andere verdachte in deze zaak uit aan Nederland. Dat is de 38-jarige Eritreeër Tewelde Goitom. Goitom zou samen met Habtemariam leiding hebben gegeven aan een criminele organisatie die zich richt op migranten uit Eritrea. De mannen deelden een huis in Bani Walid, een Libische stad die door migranten de bijnaam ‘spookstad’ kreeg vanwege de wetteloosheid en het grote aantal mensen dat daar is verdwenen.

Het Openbaar Ministerie verdenkt Goitom ervan dat hij tussen 2014 en 2020 op grote schaal Eritreeërs van Afrika naar Nederland heeft gesmokkeld. Dit zou gepaard zijn gegaan met ernstig geweld, zoals mishandeling, marteling en verkrachting. ‘Walid (de bijnaam van TeweldeGoitom) is een van de wreedste mensenhandelaren en heeft onvoorstelbare misdaden gepleegd tegen Eritrese vluchtelingen’, zei een van de slachtoffers eerder tegen The Guardian.

‘Niet eens geweld tegen kippen’

Het Nederlandse Openbaar Ministerie heeft voor het onderzoek naar grootschalige mensensmokkel samengewerkt met Italië, het Internationaal Strafhof, Europol en Interpol. De vele duizenden slachtoffers van de twee kopstukken hebben volgens het OM in Libië opgesloten gezeten in kampen, waar zij ten prooi vielen aan grof geweld.

Meerdere migranten zouden daar zijn overleden, aldus het OM. Tegelijkertijd wordt, aldus het OM, familie in Nederland afgeperst en moeten zij grote sommen geld betalen voordat een opgesloten familielid door mag reizen. Tewelde Goitom verscheen op 10 januari 2023 op een eerste pro-formazitting voor de rechtbank Overijssel te Zwolle.

‘We zullen ook nog vijf mensen uit Nederland voor de rechter brengen, die worden verdacht van hulp bij de afpersing,’ aldus de officier van justitie Petra Hoekstra. In de rechtszaak ontkende de verdachte de beruchte mensensmokkelaar Walid te zijn ‘De naam die u heeft genoemd, dat ben ik niet. Ik durf niet eens geweld te gebruiken tegen kippen.’               

De zaak is ook uniek, omdat voor het eerst in Nederland een Eritrese mensensmokkelaar terechtstaat. Het proces wordt in april voortgezet.

Hans Werdmölder is antropoloog en criminoloog. Hij publiceert regelmatig in Wynia’s Week over criminaliteit en criminaliteitsbeleid.

Wynia’s Week verschijnt twee keer per week, 104 keer per jaar. De donateurs maken dat mogelijk. Doet u mee? Hartelijk dank!