Wil het kabinet wel echt uit de migratiecrisis komen? Dan moeten ze andere adviseurs nemen.

rtl
Premier Mark Rutte verlaat dinsdagmiddag 8 november 2022 een uitzonderlijke vergadering met de VVD-Tweede Kamerfractie over een asiel-dwangwet en de omvang van de asiel-instroom. (Beeld: screenshot RTL Nieuws).

Politiek Den Haag zit met de handen in het haar nu de immigratie en in het bijzonder de ongecontroleerde instroom van asielzoekers volkomen uit de hand dreigt te lopen. Het wordt steeds lastiger om te verbloemen dat het om veel meer gaat dan problemen in de asielopvang.

Het duidelijkst blijkt dit uit de desastreuze situatie van de volkshuisvesting. Daar kwam vorige week nog een uitspraak van de Raad van State bovenop, waardoor geplande nieuwbouw voorlopig geen doorgang kan vinden wegens ‘stikstof’.

De situatie van ingezetenen die al jaren op de wachtlijst staan voor een sociale huurwoning wordt door het voortrekken van groeiende aantallen statushouders steeds uitzichtlozer. Meer algemeen komen de grenzen van wat dit land aan bevolkingsdichtheid aan kan in zicht.

Terzijde: De onbezonnen overdracht van bevoegdheden aan de EU heeft ons opgezadeld met starre regelgeving waardoor het onmogelijk is om in te spelen op veranderende omstandigheden en om prioriteiten tegen elkaar af te wegen. In dit concrete geval leidt het zelfs tot twee tegengestelde eisen die de EU stelt aan de nationale overheid. We moeten onbeperkt asielzoekers opvangen en na inwilliging van hun asielverzoek huisvesten, maar we mogen, vanwege stikstofperikelen, niet de huizen bouwen die daarvoor nodig zijn.

 Meer asielzoekers, meer immigratie

Dat het zover is gekomen valt opeenvolgende kabinetten zwaar aan te rekenen. Regeren is vooruitzien, behalve als het om immigratie gaat, zo luidde kennelijk het onuitgesproken devies in Den Haag. Gaat nu de wal het schip keren? Als je naar de laatste cijfers kijkt lijkt dit onontkoombaar.

Alleen al in de eerste drie kwartalen van dit jaar groeide de bevolking met 191.000 personen, vrijwel geheel door immigratie (verminderd met de emigratie). Dit is ongeveer 2,5 maal zoveel als in dezelfde periode vorig jaar. 30 procent van de immigratie betreft ontheemden uit Oekraïne. Het moet raar lopen willen we over heel 2022 niet op een groei van ver boven de 200.000 uitkomen. Zo rond de 250.000 lijkt mij een plausibele schatting.

Intussen zit de instroom van asielzoekers, die met vertraging bijdraagt aan het migratiesaldo, in de lift. In een zeer recente rapportage spreekt de betrokken staatssecretaris c.q. de IND de verwachting uit dat het aantal asielaanvragen over heel 2022 zal uitkomen tussen de 48.200 en 55.700.

Ter vergelijking: vorig jaar bedroeg het overeenkomstige cijfer volgens de IND 36.620. De prognose voor 2023 bedraagt 50.650. Maar volgens Binnenhof-watchers van De Telegraaf wordt zelfs rekening gehouden met een scenario waarbij de instroom volgend jaar oploopt tot richting 60.000. Al deze cijfers zijn exclusief de ontheemden uit Oekraïne. Eén ding is duidelijk: de trend is stijgend.

Kabinet wordt wakker

Nu de immigratie in het algemeen, en de asielinstroom in het bijzonder, draconische proporties begint aan te nemen, is eindelijk tot het kabinet doorgedrongen dat de zaak op zijn beloop laten niet langer een optie is. De NOS meldde afgelopen vrijdag het volgende:

‘Het kabinet komt vanavond bijeen om te praten over het inperken van migratie. Daarbij wordt niet alleen naar asielzoekers gekeken, het overgrote deel van de migranten komt op een andere basis naar Nederland, bijvoorbeeld arbeidsmigranten. Mede door deze cijfers leeft er in het kabinet steeds breder het besef dat er iets gedaan moet worden aan de instroom van migranten. Daar wordt vanavond in een ‘benen op tafel-sessie’ over verder gedacht.

Bij de brainstorm zijn de ministers Yesilgöz (Justitie en Veiligheid), Ollongren (Defensie), Schouten (Armoedebeleid), Van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) en De Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening). Ook staatssecretaris Van der Burg (Asiel en Migratie) praat mee. Er wordt niet meteen een oplossing verwacht, maar het is bijzonder dat het heikele onderwerp van een beperking van de migratie-instroom op tafel ligt, want tot nu toe durfde niemand zijn vingers eraan te branden.

Hoe serieus moeten we deze move van het kabinet nemen? Het zou ook niet meer dan een gebaar van premier Rutte kunnen zijn, bedoeld om de omstreden asieldwangwet er bij de VVD-fractie door te kunnen drukken.

Eerder al plaatste minister Hugo de Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening) kritische kanttekeningen bij de huidige praktijk van het op zijn beloop laten van de immigratie. En in het afgelopen weekend deed minister Wopke Hoekstra, partijleider van het CDA, een soortgelijke duit in het zakje. Afgaande op de laatste peilingen begint zich zo langzamerhand een Kamermeerderheid af te tekenen voor beperking van de immigratie, tenminste als er nieuwe verkiezingen zouden worden gehouden.

Beoordelen asielverzoeken moet strenger kunnen

In het gesprek met de MP op televisie afgelopen vrijdag werd premier Rutte uitvoerig ondervraagd over de kwestie. Dat bracht weinig duidelijkheid, op één uitzondering na. Dit betreft het percentage ingewilligde asielverzoeken, dat in Nederland veel hoger ligt dan in andere landen. Dat wil de premier in het kabinet ter discussie stellen. In bovengenoemde recente rapportage van de IND staat hierover het volgende:

‘Het inwilligingspercentage in Nederland is in eerste aanleg […] 85 procent (januari – juni 2022), terwijl dat EU-breed op 48 procent ligt. Het inwilligingspercentage in een viertal vergelijkbare lidstaten in dezelfde periode was als volgt: Duitsland (62 procent), België (43 procent), Oostenrijk (53 procent), Frankrijk (26 procent). Om meer conclusies uit deze cijfers te trekken is echter meer onderzoek nodig. Het betreft hier namelijk inwilligingscijfers van de afdoening in eerste aanleg.’

Het moet raar lopen als hier geen aanknopingspunt ligt om, zolang we nog geen controle hebben over de instroom in de asielprocedure, toch het aantal statushouders substantieel terug te dringen. Bovendien zal zo’n ingreep Nederland minder aantrekkelijk maken als bestemming van asielzoekers en zo leiden tot minder instroom.

‘Richtgetallen’ gevraagd

De NOS kwam verder met de mededeling dat de Adviesraad Migratie (voorheen Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken) binnenkort komt met een advies over zogenaamde ‘beleidsmatige richtgetallen’ dat in de coalitie zwaar zal wegen bij de beleidsontwikkeling. En dat is, anders dan de voorzichtige draai die het kabinet nu lijkt te maken, minder goed nieuws.

Want deze adviesraad, die is te beschouwen als de belangrijkste adviseur van het kabinet in migratiezaken, heeft in de afgelopen jaren hopeloos gefaald als het gaat om het waarschuwen van opeenvolgende kabinetten dat het niet aanpakken van de ongecontroleerde immigratie uiteindelijk zou leiden tot de maatschappelijke ontwrichting die zich nu begint af te tekenen.

Adviseur 1: Monique Kremer

Voorzitter van de adviesraad is, sinds ruim twee jaar, de sociale wetenschapper Monique Kremer. Van haar is de uitspraak ‘De woningnood wordt niet door statushouders veroorzaakt, maar ze hebben er wel last van.’ Daar kun je natuurlijk tegenoverstellen dat vermindering van de asielinstroom, respectievelijk van het aantal statushouders een probaat middel is om de woningnood in te dammen.

Verder is de voorzitter van de adviesraad, blijkens een onder haar verantwoordelijkheid uitgegeven rapport, pleitbezorger van dwang bij de opvang van asielzoekers en de huisvesting van statushouders. Ook neemt zij het op voor vreemdelingen, van wie de verblijfsvergunning wordt ingetrokken omdat zij in het verleden ‘onjuiste inlichtingen’ hebben verstrekt, een gevaar vormen voor de openbare orde of omdat niet langer aan de voorwaarden voor de verblijfsvergunning is voldaan. Allemaal opvattingen die er niet direct op wijzen dat beperking van de immigratie bij Monique Kremer hoog op de agenda staat.

Adviseur 2: Helga de Valk

Behalve de Adviesraad Migratie hebben we sinds kort ook nog de (tijdelijke) Staatscommissie Demografische ontwikkelingen 2050, die eind volgend jaar verslag zal moeten uitbrengen. Plaatsvervangend voorzitter is Helga de Valk, directeur van het Interdisciplinair Demografisch Instituut (NIDI).

Naar mijn inschatting zal De Valk de feitelijke leiding nemen in dit gezelschap, dit gezien haar kennisvoorsprong op de voorzitter en de andere leden van de staatscommissie, een enkeling misschien uitgezonderd. Bovendien heeft zij de hele braintrust van het NIDI binnen handbereik. Er is echter alle reden om het werk van de staatscommissie onder de feitelijke leiding van deze plaatsvervangend voorzitter kritisch te volgen. Haar uitlatingen in de media geven daar aanleiding toe.

Helga de Valk verscheen onlangs in de televisierubriek Nieuwsuur en in het radioprogramma Met het Oog op Morgen, om commentaar te geven op de sterk gestegen immigratiecijfers. Zo zou de vergrijzing ons noodzaken arbeidsmigratie te faciliteren om de economie draaiende te houden. Dit klinkt plausibel, maar op zo’n categorische bewering valt echter wel het nodige af te dingen. Je moet immers altijd een afweging maken waarin ook de negatieve externe effecten voor de samenleving worden betrokken. Of zoals topambtenaar Rits de Boer van de arbeidsinspectie het uitdrukt:

‘Per saldo geldt dat het private verdienmodel voor arbeidsmigratie gekenmerkt wordt door private baten en publieke lasten. De maatschappelijke opgaves en kosten verbonden aan migratie komen niet tot uitdrukking in de kosten/baten-afweging van uitzendbureaus/werkgevers.’

Ook bagatelliseerde de NIDI-directeur impliciet de maatschappelijke impact van de asielmigratie door te memoreren dat het maar om een klein percentage van de totale immigratie gaat. Ze vergat hierbij te wijzen op de demografische follow-up: relatief lage retourmigratie, maar wel substantiële volgmigratie en natuurlijke aanwas. Bovendien is de maatschappelijke belasting van asielmigratie aanzienlijk groter dan die van arbeids- en studiemigratie.

Uitglijder

In een eerdere radio-uitzending met Jort Kelder beging Helga de Valk een uitglijder toen het rapport Grenzeloze Verzorgingsstaat ter sprake kwam. Het begon al met de bewering dat het niet zo simpel is om de kosten en baten van immigratie te berekenen. Het rapport gaat echter niet over alle kosten en baten, maar beperkt zich specifiek tot de kosten en baten voor de schatkist.

De NIDI-directeur ging eraan voorbij dat het rapport Grenzeloze Verzorgingsstaat is gefundeerd in de wetenschappelijke literatuur en dat dergelijke ‘fiscal impact’-studies in tal van landen worden uitgevoerd. Vervolgens kwam zij met een kritiekpunt betreffende remigratie van Polen, suggererend dat de onderzoekers daarmee geen rekening mee zouden hebben gehouden, terwijl dat wel degelijk het geval is. Zij wilde dit, na hierop te zijn gewezen, niet rectificeren.

Nog meer adviseurs

Een les die we uit het voorgaande kunnen trekken is dat het kabinet meer acht zou moeten slaan op experts als de hoogleraren Jan Latten en Joop Hartog, migratieonderzoeker Jan van de Beek en topambtenaar Rits de Boer, die in tegenstelling tot de gebruikelijke adviseurs, wel eerder hebben gewaarschuwd voor de risico’s van ongecontroleerde immigratie, te weten: onttakeling van de verzorgingsstaat, meer woningnood, overbelasting van voorzieningen, aantasting van de leefomgeving en vermindering van de sociale cohesie.

Wynia’s Week publiceerde tientallen artikelen en rapporten over Nederland Immigratieland. U vindt die artikelen HIER.

Wynia’s Week is er 104 keer per jaar, twee keer per week. Dat wordt volledig mogelijk gemaakt door de vrijwillige bijdragen van sponsors en andere donateurs. Doet u mee? Hartelijk dank!